Suzuki GSX1400

De ‘spierballenmotor’ uit de jaren tachtig is terug.

S uzuki biedt de motorrijder anno 2002 een teletijdmachine: terug naar de jaren tachtig. In die periode kwamen de Japanse fabrikanten met zogenaamde musclebikes, vrij vertaald: motoren met spierballen. Het concept was eenvoudig: een viercilinder in lijn met een cilinderinhoud van 1000 of 1100 cc die – toen in ieder geval – veel vermogen leverde. Kawasaki bracht de Z1100R op de markt, Suzuki de GS1000S en Honda de CB900Boule d’Or. In de Verenigde Staten gebruikte men dergelijke motoren tijdens wedstrijden en enkele groten uit het wereldkampioenschap 500cc hebben op die machines hun eerste successen geboekt: viervoudig wereldkampioen Eddie Lawson (op een Kawasaki Z1100R), drievoudig wereldkampioen Wayne Rainey (idem) en drievoudig wereldkampioen FreddieSpencer (op een Honda CB900).

En kijk, alles komt terug. Enkele jaren geleden stelde Suzuki de GSF1200 Bandit voor. Yamaha opteerde voor de XJR1200, later opgeboord tot 1300cc ( XJR1300). Honda van zijn kant had een tijdje de CB1000 in het gamma, en Kawasaki bracht de ZRX1200 (Eddie Lawson-replica) op de markt.

Suzuki kwam midden vorig jaar echter met de overtreffende trap wat het aantal cc’s betreft: 1402 cc, de GSX1400. Qua vormgeving speelt de constructeur in op toen, de techniek is evenwel aangepast aan nu. De GSX1400 is bijvoorbeeld uitgerust met benzine-injectie, iets wat in het begin van de jaren tachtig zeer exotisch was op een motorfiets. De achtervering is duidelijk eighties: stereodempers (tegenwoordig is één schokdemper achter de norm).

Hoewel ze musclebikes worden genoemd, is het aantal pk’s van deze machines naar hedendaagse maatstaven niet zo spectaculair. De GSX1400 heeft volgens fabrieksopgave 106 pk. Suzuki’s supersportmotor GSX1000R (400cc minder) zit aan 160,5 pk! Maar betekent zulks dat de GSX1400 minder motorplezier garandeert? Verre van. Wat hij aan pk’s ‘mist’ (meer dan 100 is al pittig), maakt deze motor goed met veel koppel.

Wij reden enkele dagen met de GSX1400. De motor is inderdaad potent: bij 4000 toeren in zijn hoogste versnelling geeft de snelheidsmeter 140 kilometer per uur aan. Het rode gebied op de toerenteller begint pas bij 9000 toeren. Bij die snelheden moet u het stuur stevig vasthouden want u zit vol in de wind (vandaar spierbalmotoren?). De motor is niet extreem zwaar in gewicht, is ook niet heel groot en dus makkelijk te berijden. Het is een plezier om met de GSX over een bochtige weg te jagen of flitsend door de file te gaan.

Nadeel is wel dat de machine redelijk dorstig is: iets meer dan acht liter op 100 kilometer. Maar de GSX1400 is een mooie motor: het blok is matzwart met hier en daar wat chroomaccenten. De tekening op de tank is eenvoudig en het vier-in-twee uitlaatsysteem geeft een mooi symmetrisch beeld. Jammer dat die Suz na enkele dagen weer naar de importeur moest.

Ad van Poppel

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content