Starters kijken naar het imago van bedrijven

Bedrijven die als een kip zonder kop afgestudeerde jongeren binnenrijven zijn slecht bezig. Ze zouden beter werk maken van een efficiënte imagocampagne.Ze kunnen daarvoor inspiratie zoeken in het onderzoek naar het imago van potentiële werkgevers bij starters dat carrièreadviseur GO in samenwerking met het marktonderzoeksbureau Synovate Censydiam uitvoerde.

Volgende week studeren opnieuw duizenden jongeren af en die bieden zich weldra op de arbeidsmarkt aan. In een periode dat bedrijven het steeds moeilijker hebben om de juiste werknemers aan te trekken doen ze er goed aan te onderzoeken wat de verwachtingspatronen zijn van de ‘starters’ op de arbeidsmarkt. Het onderzoek dat carrièreadviseur GO in samenwerking van het marktonderzoeksbureau Synovate Censydiam voor de vierde keer uitvoerde en waarbij het imago van de potentiële werkgevers bij starters onder de loep wordt genomen, probeert daarop een antwoord te geven. Voor de imagometing van bijna 100 bedrijven werden bijna 2000 starters ondervraagd (zie kader De methodologie van het onderzoek).

De enquête vroeg aan alle starters om hun ideale werkgever te beschrijven aan de hand van twee criteria. Eerst werden de persoonlijkheidskenmerken van een werkgever bevraagd. Kortom: over welke eigenschappen moet een werkgever beschikken om interessant te zijn? Welk imago moet het bedrijf hebben? Uit het onderzoek blijkt dat de ideale werkgever betrouwbaar en stabiel moet zijn. Ook collegialiteit staat bovenaan. Uniek en machtig zijn eigenschappen die onderaan de ladder staan. (Zie tabel De persoonlijkheidskenmerken van een ideale werkgever).

Een tweede reeks vragen is op zijn minst even belangrijk: wat zijn de belangrijkste bedrijfseigenschappen? Moet een bedrijf internationale carrièremogelijkheden bieden? Is een aantrekkelijk salaris belangrijk? Of willen starters vooral ergens aan de slag gaan omdat er werkzekerheid heerst? Uit het onderzoek blijkt dat een interessant salarispakket bovenaan staat. Dan volgen een aangename werksfeer en een gepaste functie. (Zie tabel Belangrijke bedrijfseigenschappen van een ideale werkgever).

Betekent dit dat bedrijven die over zulke eigenschappen beschikken geen moeite zullen hebben om vacatures op te vullen? Zeker niet. Uit het onderzoek van GO en Synovate Censydiam blijkt immers dat er eigenlijk vier verschillende types van starters bestaan, die elk hun eigen motivaties hebben. Elk van die groepen heeft dan ook een voorkeur voor een bepaalde soort van bedrijven.

De uitdagers

De grootste groep starters (42 %) zijn de uitdagers. Zij zien het starter zijn als een gelegenheid om de eigen grenzen en mogelijkheden te leren kennen en te verleggen. Ze zijn nog niet echt gericht op het uitbouwen van een carrière maar willen in eerste instantie ervaring opdoen. Dat betekent dan ook dat ze specifieke verwachtingen hebben over hun eerste job. Ervaring opdoen betekent dat ze afwisselende opdrachten willen uitvoeren en eindelijk de kans krijgen hun theoretische kennis in de praktijk om te zetten en nieuwe mensen te leren kennen. Ze willen ook gestimuleerd worden om zelfstandig te werken.

Een bedrijf dat de groep van uitdagers wil aanspreken moet dus aandacht hebben voor de ontplooiing van de werknemers binnen het bedrijf en moet bijvoorbeeld aandacht hebben voor opleiding. Vooral jonge en innovatieve bedrijven staan bovenaan het verlanglijstje van de uitdagers. Bij voorkeur willen ze ook een bedrijf dat internationaal actief is, want dat verhoogt de mogelijkheid tot reizen en wisselende contacten. Naast bedrijven die sterk internationaal actief zijn, zijn het vooral ondernemingen in ICT, telecom, media en communicatie, en financiën, die zulke medewerkers moeten weten aan te trekken. Bij deze groep starters staan Deme en Jan De Nul, twee internationale bedrijven bij uitstek, bovenaan in het lijstje bedrijven waar ze graag zouden werken. Daarna volgen Roularta Media Group, Ernst & Young en KBC.

De carrièremakers

Een veel kleinere groep (8 %) vormen de carrièremakers. Zij zijn erg toekomstgericht en zijn dus druk bezig met hun carrière. Ze weten op voorhand en eigenlijk nog tijdens hun studies in wat voor sector en wat voor functie ze terecht willen komen en ze doen er alles aan om dat doel te bereiken. Ook al toen ze voor een bepaalde studierichting kozen, gebeurde dat met hun carrière in het achterhoofd. Ze willen een functie en een carrière waarin ze zichzelf kunnen bewijzen. Ze hebben nood aan erkenning en het materiële aspect – het loon – is voor hen zeer belangrijk. Het verleent hun een sociale status. Carrièremakers beschikken ook al vroeg over leiderscapaciteiten.

Een bedrijf dat de carrièremakers wil aantrekken moet competitief zijn, over een duidelijk toekomstproject beschikken en moet een structuur hebben waarbij iemand met een bepaalde status binnen het bedrijf op de voorgrond kan treden en waarbij de nodige materiële compensaties voorhanden zijn. De carrièremakers komen vooral in ICT, telecom en in financiën en verzekeringen terecht.

De zekerheidszoekers

Terughoudender en voorzichtiger zijn de zekerheidszoekers (20 %). Zij moeten afscheid nemen van de vorige levensfase en dat is voor hen niet altijd even eenvoudig. De periode als starter is voor hen een fase van onzekerheid en het is ook een moeilijke periode. Ze hebben weinig praktijkervaring en komen professioneel in een moeilijke omgeving terecht. Na verloop van tijd weten ze dat ze in een periode komen waar zekerheid de overhand haalt. Een vaste baan biedt houvast. Ze vragen aan het begin van hun carrière niet te veel stress of verantwoordelijkheid. Wel verwachten ze welomschreven taken en geen te zware druk of stress. Voor hen is er nog een leven buiten het werk.

Het type bedrijf waarnaar ze op zoek zijn, hoeft niet direct in een zeer competitieve sector actief te zijn. Ze geven de voorkeur aan een egalitaire structuur maar verlangen ook naar een duidelijke leiding. Het bedrijf waar ze werken mag groot zijn, want in zo’n geval ligt de nadruk niet te veel op het individu. In de ogen van de zekerheidszoekers zijn privébedrijven als KBC en Dexia zeer aantrekkelijk, maar al evenzeer voelen ze zich aangetrokken door bedrijven die zich op de grens tussen privé en overheid bevinden (SD Worx) of instellingen als het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.

De sociale netwerkers

De laatste groep zijn de zogenaamde sociale netwerkers (30 %). Zoals de naam het zelf zegt, is hun baan een manier om een sociaal netwerk uit te bouwen. Het sociale aspect van een job neemt een stuk van hun onzekerheden weg waardoor ze zich niet alleen voelen. Ze genieten ervan om in een nieuwe groep van mensen te komen en nieuwe contacten te leggen. Belangrijk is daarbij dat ze in teamverband kunnen werken en dat ze hun collega’s beter leren kennen via hun job.

Carrièremogelijkheden en loon zijn voor deze groep minder belangrijk. Ze voelen zich vooral aangetrokken tot bedrijven waar geen sterke hiërarchie heerst en waar een losse sfeer de overhand haalt. De mogelijkheid tot extraprofessionele activiteiten is een pluspunt. Grote bedrijven zijn voor sociale netwerkers ook aantrekkelijk omdat ze dan sociale contacten kunnen leggen en teambuildingactiviteiten kunnen ontwikkelen. Hun voorkeur gaat uit naar de gezondheidszorg en de medische sector. De bedrijven waarvoor ze vooral interesse tonen zijn Bayer Antwerpen, KBC, Thomas Cook Belgium, maar ook het Ministerie van de VlaamseGemeenschap.

En de mix ervan

Nu willen die vier categorieën niet zeggen dat er een soort van Chinese muur bestaat tussen de verschillende groepen van starters. En het feit dat bijvoorbeeld de ‘carrièremakers’ bij voorkeur in de ICT-sector werken, betekent niet dat de ‘zekerheidszoekers’ geen interesse hebben in die sector.

Meer algemeen blijkt uit de enquête trouwens dat 66 % van de starters in de eerste plaats voor een interessante job kiest. Daarna kiezen ze voor een sector. Uit het onderzoek blijkt bovendien dat economisten en informatici meer op zoek gaan naar een interessant bedrijf. Juristen, wetenschappers, ingenieurs en algemene graduaten gaan meer op zoek naar een interessante sector. Belangrijk om weten is ook dat de overgrote meerderheid (71 %) van de starters solliciteren via het internet efficiënter vindt dan via de krant. Een verschil dat groter is geworden in vergelijking met vorig jaar. (T)

Door Alain Mouton

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content