Schone schijn bedriegt

Willy Van Damme medewerker Trends

6,4 miljard frank vergaarde De Prins uit de verkoop van Super Club-aandelen. Wat startte als een Vlaams sprookje, spatte uiteen als een luchtballon. Het verhaal van een lukratieve odyssee.

Het mag een wonder heten dat Super Club NV 1983, zijn eerste jaar, overleefde. Gesticht met een kapitaal van 15 miljoen frank, waarvan slechts 6,05 miljoen volstort, leed het 14,7 miljoen verlies. Maar het videobedrijf van Maurits De Prins werd gered door elkaar snel opvolgende kapitaalverhogingen ; tot aan de verhuis naar Zwitserland eind ’90 vijftien in totaal. Wat uiteindelijk de kapitaalklok op 9 miljard deed stilstaan.

Wie leverde dat geld ? Bedrijfsrevisor André Deschamps berekende dat De Prins, gezien het aantal aandelen dat hij medio ’89 claimde, tussen de 351 en 357,7 miljoen frank heeft geïnvesteerd in Super Club. Wat deze voormalige bankwerker, komende uit een normaal arbeidersgezin, onmogelijk lijkt te kunnen verklaren. Zeker gezien zijn geldgebrek, dat het resultaat was van de mislukte periode van ’78 tot ’82 waarin hij frituren uitbaatte. Als het De Prins niet was, wie was dan zo filantropisch om 350 miljoen in een schimmig videobedrijfje uit het Antwerpse te pompen ?

Aanvankelijk bestelde Super Club (in 1982, toen het nog een samenwerkende vennootschap was) videofilms aan huis van de leden van de SV. Een zwaar verlieslatende bezigheid. De doorbraak kwam er na een kontrakt waarbij Super Club in een aantal Maxi GB’s een afdeling voor de verhuur van videofilms mocht opzetten. Later werden dan geleidelijk de eerste videowinkels geopend. En de komst in ’85 van de gewezen Kredietbank-bankier Jan Maes naar het gloednieuwe videobedrijf, zorgde ook voor beterschap.

POLITIEKE VRIENDEN.

Het bedrijf groeide ultrasnel. De Prins maakte daarbij handig gebruik van de goede kontakten die hij had gekultiveerd met figuren uit de kristen-demokratie.

Charles Cool, jurist en rechterhand van De Prins, gevraagd naar de geruchten dat politici en politieke partijen aandeelhouders van een zekere omvang zouden zijn : “Ik kan er enkel aan toevoegen dat de CVP genoemd werd”. Hij verklaart ook dat aan de bestuursvergadering van Super Club in Dallas medio augustus ’90 de gebroeders Jozef en Leo Delcroix “deelnamen als zijnde vertegenwoordigers van een belangrijke groep van aandeelhouders”. Leo Delcroix ontkent echter ten stelligste dit verhaal : “Ik ben mee kunnen gaan naar Dallas omdat een Nederlander, geloof ik, niet mee kon. Buiten een vriendschappelijke relatie met De Prins heb ik niets te maken gehad met het bedrijf, zeker niet als aandeelhouder. En met de zakelijke aktiviteiten van mijn broer bemoei ik mij niet.”

“De Prins was een graag geziene gast tijdens de fondsenwerving van de CVP,” aldus een vroegere bestuurder.

Ook op zakelijk vlak zocht De Prins kontakten in de kristen-demokratie. Via de voetbalinvesteringsmaatschappij Saluna van RFC Antwerp ontwikkelt De Prins goede relaties met onder meer toenmalig KB-voorzitter Eddy Wauters, die zonder officieel aandeelhouder te zijn toch een bestuurszetel krijgt bij Super Club.

Ook de participatie bij reisbureau Ticket is hier niet onbelangrijk. Gesticht door een aantal monumenten uit de kristelijke ondernemerssfeer als baron Antoine Bekaert, was dat bureau vrij snel in moeilijkheden gekomen. De KB-holding Almanij roept De Prins ter hulp. Hij en Jan Maes zullen de zaak verder besturen naast Lode Campo en Jozef Van Waeyenberge. “Op die wijze bouwden zij hun kontakten binnen het katolieke establishment verder uit,” zegt een gewezen kaderlid van Ticket.

Almanij heeft een belangrijke rol gespeeld in de opgang van Super Club en De Prins. Na een mislukte poging tot kapitaalverhoging via Investco, de investeringsarm van Almanij, worden Euroventures Benelux en Benevent, een fonds van Almanij, bereid gevonden om op 20 november ’86 mee in het kapitaal van Super Club te treden.

Het zijn Euroventures en Kredietbank die PhilipsBelgië, hun nauwe zakenrelatie, overhalen om op 23 januari ’89 aandeelhouder te worden. “Het was voor ons een goede koop,” verklaart een ex-Philips-man. “Zij hadden een distributie-apparaat voor onze produkten, en wij konden voor hen de Mister Video-apparaten produceren ( nvdr zie kader), waardoor we onze tewerkstelling in Leuven gedeeltelijk konden redden. Het was een kontrakt van 5 miljard, in ruil voor 700 miljoen frank kapitaal.”

VERLIEZEN.

De meeste projekten die Super Club opstartte, waren verlieslatend en/of te duur ingekocht. Zo werden vanaf augustus ’89 een aantal Amerikaanse videoketens en muziekwinkels opgekocht. In totaal voor 197,6 miljoen dollar. “Te duur,” schrijft het Amerikaanse vakblad Billboard. Eind ’93 zal Philips de dan rendabel en tot een geheel gemaakte keten verkopen voor 150 miljoen dollar ; met een verlies dus van 47,6 miljoen dollar.

In de periode ’89 tot mei ’90 lijkt het alsof De Prins wel de hele wereld wil kopen. “Hij kwam mij op zeker ogenblik het voorstel doen om de bank waar ik bestuurder van was over te nemen om zodoende op termijn Almanij in te pikken,” zegt een ex-topbankier. In de Verenigde Staten ging hij marktleider Blockbuster overnemen, in Ierland de tekenfilmstudio Don Bluth, in Groot-Brittannië videodistributeur Vestron en retailer City Vision. Verder was er sprake van een keten van bioskoopcomplexen in Woluwe, Deurne, Anderlecht, Oostende, Sint-Niklaas, Rijsel en Antwerpen en in de buurlanden Engeland, Duitsland en Nederland (Rotterdam). Ook ging hij MGM, één van de filmgiganten uit Hollywood, kopen, televisiestations uitbaten in het Russische Sint-Petersburg en filmstudio’s bouwen in Limburg.

In werkelijkheid zat Super Club in zware moeilijkheden. Een analyse van de jaarrekeningen (zie tabel) leert dat vooral de tesauriepositie het steeds moeilijker kreeg. Super Club had een onlesbare dorst naar kapitaal. In totaal komt er tussen 30 maart ’88 en met 28 juni ’90 officieel 8,228 miljard frank via de opeenvolgende kapitaalverhogingen bij Super Club toegestroomd. Ook heeft het bedrijf tegen die tijd 6,5 miljard aan bankkredieten uitstaan en heeft het via een obligatielening nog eens 2,5 miljard verzameld. Alles bijeen 17,288 miljard frank.

Maar niets baatte, want zowel de tesauriepositie als de rendabiliteit op het eigen vermogen bleven zienderogen achteruitgaan. “Wij dachten via schaalvergrotingen en het opkopen van andere bedrijven synergieën te bekomen en zo rendabel te worden,” verontschuldigt zich een gewezen bestuurder. Dit gebeurde echter niet. Integendeel, de toestand werd alsmaar erger.

Onbegrijpelijk is ook dat een rist bankiers blijkbaar vol lof waren over een bedrijf dat door ieder professioneel kredietkomitee op de korrel zou worden genomen. Maar die lieten zich blijkbaar verblinden door de schittering van bepaalde cijfers. Eén voorbeeld. Zo werd het boekjaar op 31 januari ’90 afgesloten met een nettoresultaat van 1,1 miljard frank. De omzet van Super Club was nochtans gezakt van 1,5 miljard naar 0,9 miljard en het bedrijfsresultaat klokte af op min 560 miljoen. Hoe was de winst van 1,1 miljard frank dan bereikt ? Twee dagen nadat De Prins een groot pakket aandelen verkocht had aan KS voor 1,35 miljard (28 november ’89), wordt er bij Horizon 2000 Holdings, een Luxemburgse dochter van Super Club, een balans voor de maanden oktober-november ’89 gemaakt, waarbij deze vennootschap 1,816 miljard frank winst als dividend uitkeert aan Super Club. Officieel afkomstig van aandelenopties op Super Club Retail & Entertainment, de Amerikaanse videoketen. Die opties waarderen de keten, die pas voor 6,9 miljard frank werd gekocht, plots aan 22 miljard. Verder krijgt Super Club nog 366 miljoen binnen via aandelenopties die uitgeoefend, maar nooit volledig betaald werden door de NV Pyramid Invest en de Luxemburgse sa Sirius, een door De Prins bestuurde en door de Liechtensteinse Merkurhaus Anstalt opgerichte postbus. Hierbij werd het aandeel Super Club gewaardeerd aan 22.608 frank, terwijl het op de beurs op dat moment slechts 4000 haalde. Niet te verwonderen dus dat het Antwerps parket in zijn onderzoek Super Club verdenkt van “valse jaarrekeningen”.

BEGIN VAN HET EINDE.

De Prins valt door de mand. Tot dan toe wist hij heel wat mensen te overtuigen. Zo schrijft Luk Van Heden van de studiedienst van Kredietbank, in een rapport op 13 juli ’90, over de voormalige bankwerker en frituuruitbater De Prins : “Vooraleer Super Club te stichten, heeft hij als bedrijfsleider en als consultant ervaring opgedaan in verschillende sektoren als vastgoed, restauratie en fast food, elektronika, distributie, konsumentengoederen, reizen, informatica, produktie van werktuigen en plastiekproduktie. Tevens was hij aktief in verschillende deelaspekten van het ondernemingsbeleid : design van produktieprocessen, verkoop, marketing, motivatiekursussen, personeelsopleiding en -beleid.”

“Wij vonden het projekt goed maar hebben ons vergist in de personen,” geeft Remi Vermeiren, gedelegeerd bestuurder van KB, achteraf toe.

Op 15 mei ’90 wordt dan het rapport van bedrijfsrevisor Deschamps gepubliceerd. Dat rapport, dat opgesteld werd op vraag van een aantal zich vragen stellende en ongeruste Belgische videodistributeurs, schudt de financiële wereld definitief wakker.

Hoewel het rapport fouten bevat, is de essentie ervan overeind blijven staan. “Wij bevelen dan ook dat men met de grootste omzichtigheid tewerk gaat bij het doen van zaken met de… Super Club-groep,” schrijft Deschamps. Een waarschuwing die door alle investeerders en banken zal gevolgd worden. Het bedrijf dat gezien zijn aard konstant kapitaalhonger had, werd ineens drooggelegd. “Ik poogde bij mijn fonds nog geld te vinden, maar het was overal noppes. Men weigerde, op 3 miljoen gulden in mei ’90 na,” aldus Flor Mouthaan, bestuurder bij Super Club en man van Noro Ventures dat in ’88 zwaar in het videobedrijf had geïnvesteerd.

“De Prins zat in ’90 regelmatig bij Philips te smeken om hulp,” aldus een ex-medewerker van Super Club. De banken weigerden nog enig krediet zonder extra waarborg en de enige die dit gaf, was Philips. “Er werden alleen rekeningen betaald na dagvaarding,” zegt een kaderlid van Super Club. Het gerechtelijk onderzoek dat een uitvloeisel was van het rapport-Deschamps en van de betwiste handel in aandelen Super Club (waar we volgende week dieper op ingaan) verergerde de situatie verder. Ook de pers werd eindelijk kritisch.

Op 28 mei ’90 brengt Philips (en voor een klein deeltje Noro) toch nog 3,5 miljard frank aan. Tijdens de bestuursvergadering over deze kapitaalverhoging zwijgen Maes, De Prins en Wauters in alle talen over de boze en dreigende brief van de Bankkommissie over de aandelenhandel van Super Club (zie ook volgende week). Noro en Philips werden daarover in het ongewisse gelaten. Nochtans hadden De Prins, Maes en Kredietbank, huisbank van Philips, die brief toen al ontvangen.

WINST.

Als Philips op 20 maart ’91 de aandelen van de groep De Prins overneemt, volgt een schok. De Prins heeft die dag nog amper 191.666 aandelen (1 % van Super Club) in volle bezit.

Wat was er gebeurd ? 900.000 aandelen werden verkocht aan KS voor 1,35 miljard frank. 1.715.000 aandelen waren in pand gegeven bij banken voor minstens 1 miljard aan private kredieten, waarbij zeker één lening met zo’n borg toen al driemaal in gebreke was. Wat betekende dat dit pand dreigde aangeslagen te worden. Verder verkocht hij er 100.000 aan Philips voor 260 miljoen en deed hij deals met Super Club-dochters. 224.900 aandelen aan de bv Super Club Nederland voor 821 miljoen, 250.000 aandelen aan Horizon 2000 Holding voor 650 miljoen (een overeenkomst die pas maanden later op 18 februari ’91 in de boekhouding werd ingebracht ; een vergetelheid of een antidatering ?), en 282.593 aandelen aan Rodeo Holding voor 1544 miljoen. Daarbij had hij ook nog zijn patent van Mister Video aan Super Club verkocht voor 400 miljoen en had hij zijn lopende rekening laten oplopen tot praktisch 400 miljoen. In totaal 6,425 miljard frank die De Prins heeft geïnd.

Super Club werd bovendien dikwijls voor eigen doeleinden gebruikt. Zo gaf Super Club borgen voor leningen van De Prins of diens Pyramid Invest bij financier Luc Thibaut. Verder had Pyramid Invest bij Super Club medio ’91 een schuld uitstaan van 173,5 miljoen. Ook was er een lening van 20 miljoen frank uitstaande aan André De Schutter, de man achter de door De Prins gekontroleerde bouwgroep Sismo-Desbo. Robert Scheers, een zakenvriend van De Prins van het eerste uur, moest aan Super Club bij de overname door Philips via de lopende rekening meer dan 20 miljoen.

“Terugblikkend kan je stellen dat we met zijn allen zeer, zeer naïef geweest zijn. En dat is dan nog heel, heel voorzichtig uitgedrukt,” zegt Jaap Van Weezendonk, opvolger van De Prins bij Super Club.

WILLY VAN DAMME

SUPER CLUB VIDEOTEKEN Begin van een uitbouw die later als een zeepbel zou uiteenspatten.

JAN MAES, MAURITS DE PRINS EN CHARLES COOL (SUPER CLUB) De baas en zijn twee rechterhanden.

JAAP VAN WEEZENDONK (EX-PHILIPS) We zijn allen zeer, zeer naïef geweest.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content