Saab 9-5 Aero

Een discreet maar dynamisch uiterlijk, krachtige motoren en een verlaagde sportophanging maken van de nieuwe Saab Aero-modellen auto’s voor sportieve fijnproevers.

Nicheconstructeur Saab maakt sinds de lancering van de 900 Turbo Aero in 1984, sportieve varianten van modellen uit de gewone gamma’s. De Aero-versies vielen immers in de smaak van een publiek dat houdt van discrete, veilige auto’s met performante prestaties. De nieuwe, verfijnde 9-3 en 9-5 Aero zet deze traditie voort.

Tijdens een proefrit in de gietende regen, met de 9-5 Aero genoten wij van het comfortabel, stabiel en veilig rijgedrag tegen hoge snelheid. Met de onlangs gelanceerde 9-3 Viggen – de meest extreme Saab – en de twee nieuwe Aero-gamma’s kan Saab probleemloos concurreren met onder meer de sportieve BMW-modellen uit de 3- en 5-reeks. Een bijkomend voordeel van de Aero-versies, is dat deze Saabs koetswerk hebben met een eigen stijl en persoonlijkheid. Uiterlijk zijn de nieuwe Aero-versies enkel te herkennen aan de voorspoiler, de geprofileerde zijschorten en de achterschort. Typisch is ook de ovale, verchroomde uitlaat en het Aero-embleem op de voorvleugels.

Daar waar de ontwerpers van de vroegere Aero’s veeleer oog hadden voor de sportieve prestaties, zijn de nieuwe Aero-versies zeer comfortabel onder meer dankzij de ontwikkeling van een prestatiegericht onderstel. Dankzij dit onderstel reageren de Aero’s steeds zoals de bestuurder wil. De ophanging is immers zodanig gebouwd dat kleine rijfouten niet onmiddellijk afgestraft worden. De bestuurder krijgt vanuit het onderstel voldoende signalen over het weggedrag van de Aero zodat er voldoende tijd is om de nodige stuurcorrecties veilig uit te voeren.

De Aeromotoren in de 9-3 en 9-5 onderscheiden zich door het grote motorkoppel dat beschikbaar is in het grootste toerentalbereik. Voor de 9-3 is dat vanaf 2000 toeren tot 5000 toeren. De 9-5 Aero beschikt over de maximale trekkracht vanaf 1800 tot 4000 toeren. Dynamische chauffeurs halen het maximum rijplezier en het zuinigste verbruik uit de Aero door geregeld te schakelen en op ‘koppel’ te rijden. Rustig en schakelarm rijden kan ook daar beide motoren in de hoogste versnelling beschikken over een uitstekend acceleratievermogen. De 9-5 Aero accelereert, in vijfde versnelling, van 80 km/u. tot 120 km/u. in 8,9 seconden. Dit is voor de rijveiligheid van de snelle zaken- en reiswagen een veel belangrijker gegeven dan de topsnelheid van de nieuwe Aero-modellen. De 9-5 Aero is verkrijgbaar als berline of exclusieve break, terwijl de 9-3 Aero in drie koetswerkversies geproduceerd wordt: de driedeurs coupé, de vijfdeurs hatchback en de cabriolet.

Wie nog sportiever wil rijden, kiest de 9-3 Viggen met een viercilindermotor (225 pk) uitgerust met een watergekoelde turbo en intercooler.

patrick op de beeck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content