Realistische test

Tientallen jaren lang werden het normverbruik en de emissie van wagens gemeten op basis van de NEDC-norm. Die test had niets te maken met de manier waarop een auto in de realiteit wordt gebruikt. Hij gebeurde in een soort labo-omgeving: alle luchtspleten in de auto afgeplakt, alternator uitgeschakeld, elektrische systemen uitgezet, veel te hard opgepompte banden, en snelheden en acceleraties die niets met normaal rijgedrag te zien hadden.

De NEDC-norm is bijna verleden tijd. Sinds januari zijn automerken verplicht van iedere auto in de showroom – ook modellen die een paar jaar geleden zijn gelanceerd – het verbruik en de emissie op te geven zoals die zijn bepaald in de nieuwe WLTP-test. Die doet naast labotests ook tests in reële omstandigheden, zoals een rit van anderhalf tot twee uur. De norm kwam tot stand na jaren onderhandelen en lobbyen, maar zal wel degelijk een verschil maken. De nieuwe Up GTi illustreert dat perfect: volgens de oude NEDC-norm verbruikt hij gemiddeld 4,8 liter en stoot hij 110 gram CO2 uit. Volgens de nieuwe WLTP-test klimmen die waarden tot 5,7 liter en 129 gram CO2.