PROVENCE

Zonnehotels

De Provence leent zich uitstekend voor een vakantie buiten seizoen. Lente en herfst zijn zeer aangename seizoenen, bovendien ontloopt u de massa en wordt u extra verwend in de betere hotels. Een impressie uit drie luxehotels in Saint-Tropez, Avignon en Saint-Rémy.

TEKST : HENK VAN NIEUWENHOVE

Saint-Tropez.

Het is herfst. De meer dan honderd platanen op de Place des Lices laten hun bladeren vallen, zodat de petanquespelers ze met handen en voeten moeten wegvegen. Het is gedaan met de files en je struikelt niet meer over de blote borsten op de Plage de Pampelonne. Integendeel, wanneer het zonnetje door de wolken priemt en het kwik boven de twintig klimt, ben ik helemaal alleen op het strand. Zodat ik mijn verbeelding de vrije loop kan laten. Ik zie Brigitte Bardot op haar blote voeten over het strand wandelen. Ze ziet er nog net uit als toen, in 1956, toen God met de gratie van Roger Vadim de vrouw schiep : ‘Dieu créa la femme’. Maar Saint-Tropez is niet alleen Bardot. Voor haar waren er al Signac, Colette, de Maupassant, Matisse en Jean Cocteau die de schoonheid van het vissershaventje bewierookten in schilderijen en pennenvruchten. René Clair draaide er ‘Beauté du Diable’ en Françoise Sagan schreef er ‘Bonjour Tristesse’. Saint-Tropez heeft altijd een bijzondere aantrekkingskracht uitgeoefend op artiesten, in de jaren vijftig gevolgd door de grote stars, en in hun zog kwamen de snobs, would-be vedetten, excentriekelingen en charlatans. Een gedroomde plek voor wie wilde zien en gezien worden : monokini, tanga en niksikini werden er geboren.

Wanneer de horden vertrokken zijn, merk je dat Saint-Tropez, ondanks alles, zichzelf gebleven is. Het dorp ademt nog authenticiteit uit en de Tropéziens spelen hun concours de jeu de boules met evenveel overgave als weleer. De meesten zijn vissers en boeren die intussen wat rijker geworden zijn daar ze hun gronden voor veel geld verkocht hebben. Maar net als vroeger drinken ze voor en na het spel hun pastis in Café des Arts, waar vissers en andere bonken van de zee sterke verhalen schenken.

De hernieuwde kennismaking met Saint-Tropez na al die jaren valt best mee, mijmer ik op het terras van Château la Messardière, hoog boven het dorp gelegen in een domein van negen hectare parasoldennen, met een breed uitzicht over de beroemde baai, waar oude zeilschepen verzamelen geblazen hebben voor de jaarlijkse regatta La Nioulargue. Het kasteel doet me verder wegdromen. Het werd in de 19de eeuw gebouwd als huwelijksgeschenk voor officier en cavalier Henri Brisson de la Messardière en zijn echtgenote Louise Dupuy D’Anjac. Het was een bekend feestadres tijdens les années folles, maar na de vroege dood van Henri, moest de jonge weduwe het uitgestrekte domein verkopen. De eigenaars wisselden elkaar snel af. Het pand kwam uiteindelijk leeg te staan en raakte in verval. Gelegen boven op de heuvel, blootgesteld aan de vier winden, werd het een uitverkoren plaats voor mystieke en esoterische lieden die er hun sabbat kwamen vieren. Het bleef er spoken tot 1990, toen onder toeziend oog van Monuments Historiques met de restauraties werd begonnen. Een groep van Franse industriëlen kocht het domein twee jaar later om er een buitengewoon hotel van te maken met 70 kamers, 12 suites en 8 appartementen. De 19de-eeuwse bouwstijl werd gekoppeld aan moorse invloeden, in het gebruik van kleuren, bogen en ornamenten. En merkwaardig genoeg krijgen we een gelijkaardige mix van Provençaalse origine met oosterse toetsen op het bord voorgeschoteld. Chef Jean-Louis Vosgien geeft zelfs kooklessen waar je kan leren gember, citroenkruid en kummel samen met basilicum en saffraan te gebruiken bij een stukje lam of zeewolf in wat hij noemt de ‘zonnekeuken’.

Geel en oranje zijn dus niet toevallig de basiskleuren, ook in de ruime kamers, die heel mooi aangekleed zijn. Tussen haakjes : overal hangen schilderijtjes aan de muren van gravin Victoire de la Messardière, de achterkleindochter van de bouwheer van het kasteel. De vloeren bestaan uit oude gepatineerde stenen, de badkamers zijn in marmer uit Carrara uitgevoerd. Het oogt allemaal heel sjiek en de bediening is zeer attent. “Onze gasten zijn hier niet op hotel, ze logeren niet in een paleis, ze zijn hier thuis”, zegt general manager Gerald Hardy. Wanneer het toevallig toch ‘ns een keer zou regenen, krijg je ‘s avonds een (aanmoedigend) kaartje op de kamer met de (zonnige) voorspelling voor morgen. De voorspelling komt zelfs uit : dat is pas klasse.

Avignon.

Half maart, ‘s avonds frisjes, overdag twintig graden. Het is heel rustig in de pauselijke stad, waar de dames van de laatste solden profiteren en de terrasjes reeds volop in gebruik zijn. Op de pont d’Avignon is niemand die je het dansen kan beletten, in het pausenpaleis tel je de bezoekers op één hand. Avignon is een stad met een uitstraling, met een geschiedenis.

Even buiten de stad, in het gehucht Le Pontet, ligt de Auberge de Cassagne, een gastronomisch paradijs voor lekkerbekken, door Michelin sedert vele jaren met een ster bekroond. Een romantische bestemming, dat ziet men op het eerste gezicht. Met zijn 25 kamers en 5 appartementen, die rond een intieme tuin gelegen zijn, heeft deze Auberge de Cassagne nog het echte karakter van een ‘auberge de famille’. Terras en tuin, waar men kan tafelen onder een knoestige plataan van meer dan honderd jaar oud, nodigen uit voor een romantische tête-à-tête. De amoureuze gesprekken zullen verder aangewakkerd worden door de zuiderse recepten van de klassiek geschoolde Philippe Boucher, die de knepen van het vak leerde bij Bocuse en Georges Blanc. Hij goochelt met roodbaars, gegrilde kreeft in maagdelijke olijfolie, sint-jacobsvruchten à la coque, en laat als apotheose een waaier van luchtige desserts aanrukken. De streekwijnen die André Trestour aanbeveelt, doen de rest. Hij werkte lange tijd als wijnmeester bij de helaas te vroeg ontvallen Willy Slavinski van het sublieme restaurant Apicius in Gent : “Hij was de beste van België en misschien wel van Europa”, getuigt Trestour. De gasten trekken zich na een stevige cognac terug in de Provençaals ingerichte kamers… waar ze ‘s morgens aangenaam gewekt worden door het gejoel van kinderen op de aanpalende speelplaats van het dorpsschooltje.

Saint-Rémy.

Het is begin april. ‘s Middags kan men al heerlijk zonnebaden bij 25 graden. Het piepkleine geboortehuis van Nostradamus en het Cloître Saint-Paul de Mausole waar Vincent van Gogh verpleegd werd nadat hij zich in een bui van razernij een oor had afgesneden, helpen ons de relativiteit van de dingen inzien. Vlakbij ligt de bijzonder interessante opgraving van Glanon of Glanum, eerst een Griekse, later een Romeinse stad. De oppasser zit met de duimen te draaien en loopt een uur met ons mee als gids. Hij toont ons de steengroeven, waarin ooit 4000 slaven werkten. “Als ze door die opening naar beneden gingen, kwamen ze nooit meer boven, tenzij dood”, vertelt de man akelig. Het geluk was toen al voor weinigen weggelegd.

Dat geluk is wel weggelegd voor de gasten van Hostellerie du Vallon de Valrugues, een weelderig paleis, midden in de natuur. De antieke oudheid en de barok dienden tot inspiratie bij de inrichting van het hotel. Overal stoten de gasten op sculpturen van naakte vrouwen in alle mogelijke houdingen, Afrodite of Venus voorstellend. De favoriete kleur is groen : zelfs de met hout beklede zuilen in de grote eetzaal zijn groen gemarmerd. Kristallen luchters, wandtapijten en muurschilderingen, houten lambrizeringen vervolledigen het decor. De 34 kamers en 18 appartementen zijn ruim, luxueus ingericht, hebben een jacuzzi en een groot zonneterras. Er is zelfs een suite van 200 vierkante meter, met privé-zwembad. De cliënteel bestaat uit rijke burgers en sterren van de film- en rockscene.

De kookkunsten van Frank Aubert zijn een staaltje van hoogstaande gastronomie. De nieuwe chef werd ingehuurd om de vorig jaar verloren gegane Michelinster weer binnen te rijven. Met lichtvoetige bereidingen brengt hij een ode aan de Provençaalse aroma’s. Vissen, duifjes en lammeren worden door magische mengelingen van oliën en kruiden opnieuw tot leven gewekt op het bord. De betere wijnen uit de Provence en de Rhône-vallei danken hun volle smaak aan de zon. Levensgenieters plukken de dag in Vallon de Valrugues.

Info vindt u in de reisbrochure van All Air, bij de reisagent.

Château de la Messardière in Saint-Tropez. Luxehotel, met moorse invloeden, verborgen in het groen.

Auberge de Cassagne nabij Avignon. Zalig genieten van een Michelinster onder een knoestige plataan.

Hostellerie du Vallon de Valrugues in Saint-Rémy. Weelderig paleis te midden van Provençaalse bloemenpracht.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content