Partner van het Vlaamse zorgbeleid

Hij heeft weinig vrije tijd en geen kinderen. Golfen doet Paul Callewaert niet, maar lezen over de sociale zekerheid vindt hij wel fijn. Zo iemand wordt geen CEO bij een multinational, maar komt wel hogerop bij het socialistische ziekenfonds.

” Ik ben ooit wel in de lokale politiek van Nijlen actief geweest”, vertelt Paul Callewaert. “Maar al snel bleek dat het politieke spel mij minder lag. Dan ben ik liever een manager achter de schermen.” Hij wordt nu algemeen secretaris van de Socialistische Mutualiteiten. Traditioneel behoort die ook tot het kransje van invloedrijke socialisten in ons land. Dat was in elk geval zo met Callewaerts voorganger, Guy Peeters. Peeters schuift op naar de voorzittersrol, en volgt daar de VUB-socioloog Marc Elchardus op.

De 48-jarige Callewaert is socioloog van opleiding. Hij specialiseerde zich aan de UIA in sociale zekerheid en organisatietechnieken. Die interesse in de sociale zekerheid is voor hem een natuurlijk vervolg op zijn afkomst. Vader was magazijnier in een garage, moeder werkte bij een plaatselijke coöperatieve. “We hadden het thuis niet breed”, zegt hij. “We waren met drie kinderen. Ik kon studeren dankzij een studiebeurs en door te werken als jobstudent. En ik heb het geluk gehad dat mijn zus op een cruciaal moment thuis mee voor de inkomsten kon zorgen. Ik weet dus perfect wat gelijke kansen in het onderwijs betekenen.”

Sociaal bewogen

Callewaert is van bij zijn geboorte een product van de naoorlogse welvaartsstaat. Hij werd drie maanden te vroeg geboren. In 1963 waren de kosten voor prematuurtjes hoog en de overlevingskansen laag. Het lijkt wel alsof hij de ziekteverzekering voor haar tussenkomst toen eeuwige dankbaarheid is verschuldigd. Hij ziet onze gezondheidszorg dan ook als een kostbaar goed. “Ik denk dat we in België echt trots mogen zijn op onze ziekteverzekering”, benadrukt hij.

“Sociale bewogenheid en sociale zekerheid zijn niet saai. Ze hebben mij altijd geïnteresseerd”, stelt Callewaert. “Het zijn de fundamenten van de welvaart die er vandaag is. Als je vergelijkt met andere landen, dan zie je dat de sociale zekerheid hier goed is uitgebouwd. De gezondheidszorg is daarvan voor mij het belangrijkste aspect. Dat gooi je niet zomaar te grabbel. Vanuit die overtuiging ben ik bij de mutualiteiten terechtgekomen.”

Als vrijzinnige was het logisch niet bij de christelijke zuil aan de slag te gaan. Bovendien waren zijn ouders al actief in de socialistische beweging. Callewaert is meer een manager en organisator. Iemand die zegt waar het op staat. “Dat werkt het best”, vindt hij. “In het begin komt dat misschien hard over, maar uiteindelijk weet je dan snel wat je aan elkaar hebt.” Die aanpak heeft alleszins gewerkt toen hij in 2004 de fusie van de socialistische ziekenfondsen van Mechelen, Turnhout en Antwerpen in één jaar tijd moest klaarspelen. Callewaert noemt dat het meest hectische jaar in zijn carrière.

Die carrière staat al 23 jaar in het teken van het socialistische ziekenfonds. Hij begon er in 1988 als projectleider gezondheidszorg op het informaticadepartement, een functie die destijds niet zo geliefd was, maar die hem in staat heeft gesteld alle geledingen van het ziekenfonds te leren kennen. “Daar is mijn helikoptervisie gegroeid”, blikt hij terug. Later werd hij adjunct-directeur informatica alvorens de taak van provinciaal secretaris in Mechelen op zich te nemen en de fusieoperatie in Antwerpen te leiden.

Fundamenten bewaken

Wie zegt dat het imago van de ziekenfondsen niet goed is, krijgt van Callewaert lik op stuk. “Wij doen veel meer dan het uitbetalen van de facturen en doktersbriefjes”, zegt hij. Zo heeft het ziekenfonds een rol te spelen in het bewaken van de fundamenten van de ziekteverzekering. De toegankelijkheid en de betaalbaarheid van het systeem zijn voor hem dan ook heilig. Volgens hem is het ook nodig om het persoonlijk contact met de mensen te blijven verzorgen. Wie een echt gezondheidsprobleem heeft, wil niet via een website worden geholpen. Zo iemand heeft in de visie van Calleweart nood aan persoonlijk contact

De cijfers over klantentrouw geven hem gelijk. Uiteindelijk blijft het verloop tussen de ziekenfondsen uiterst beperkt. En als politieke partijen in het verleden al een privatisering van de ziekteverzekering hebben aangekaart, dan haalden die daar niet meteen veel electoraal voordeel uit. “Wij hebben een draagvlak bij de bevolking”, stelt Callewaert. “De mensen zien ons als de partner voor het organiseren van hun gezondheidszorg.”

De ziekenfondsen moeten wel evolueren. “Daarom hebben we een plan om van een uitbetalingsorganisatie naar een dienstverlener te evolueren. We worden als het ware een kanaal met een visie op gezondheid en niet enkel een praktische tussenschakel in de gezondheidszorg. Ik denk bijvoorbeeld aan preventie: wij zijn goed geplaatst om daarbij een partner te zijn van de regio’s.”

Extra taken invullen kost natuurlijk geld. Waar dat moet vandaan komen? “We hebben al bewezen dat ziekenfondsen zuinig met middelen omspringen. Onze administratie is complex, maar we gebruiken daarvoor niet meer dan 3,8 procent van de omzet. Het lijkt ons daarom jammer dat op onze werkingsmiddelen wordt beknibbeld in het nieuwe regeerakkoord. Maar ik denk dat er ook nieuwe inkomsten mogelijk zijn. Zo kunnen we een perfecte partner zijn van het preventiebeleid dat Vlaanderen uitstippelt.”

ROELAND BYL, ILLUSTRATIE DAAN ROSSEELS

“We mogen in België echt trots zijn op onze ziekteverzekering”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content