‘OVERAL IN HET AVONDLAND STAAT O&O ONDER DRUK’

Zonder fundamenteel onderzoek, geen ondernemerschap. Zonder ondernemerschap, geen innovatie. Zonder innovatie, tja, weinig toekomst voor Vlaanderen. Innovatie-expert Koenraad Debackere onthult de logica van ondernemen en innoveren.

“Als ik arriveer in Zaventem en ik neem een bagagekar, dan moet ik de remmen lossen vooraleer ik kan rijden. Als ik in het Londense Heathrow land, dan kan ik dadelijk met de kar rijden en heb ik remmen om te stoppen. In Boston zijn er zelfs helemaal geen remmen aan de kar.” Het was een vaststelling die professor Jim Utterback (MIT) aan Koenraad Debackere meegaf. “Het is een mooie metafoor. Hier moeten we bij de mensen eerst de remmen losmaken om ze te laten ondernemen, terwijl er in de VS geen remmen zijn”, zegt Debackere. De prof is algemeen beheerder aan de KU Leuven en geldt als een van de grootste innovatie-experts van ons land.

Nu ons land wegzinkt in de statistieken over uitgaven in onderzoek en ontwikkeling (zie kader), is een analyse van Koenraad Debackere geen overbodige luxe. Maar eerst beginnen met de nodige nuance. “Er moet een onderscheid gemaakt worden tussen Vlaanderen en België in de statistieken. Vlaanderen heeft zeker nog troeven, al moeten we opletten dat we die niet snel laten eroderen. Grote bedrijven verhuizen hun activiteiten meer en meer ten gevolge van de globalisering. En onderzoek en ontwikkeling (O&O) volgt altijd de markt. Het idee van een aantal jaren geleden, dat de productie weliswaar verhuist maar dat de O&O-activiteiten in Vlaanderen blijven, is een illusie. Het idee van We are the brains, wij hebben de kennis en O&O blijft wel. Vergeet het. Waarom zouden er in China en India minder slimme mensen rondlopen dan hier? Dat moeten ze mij eens uitleggen.”

“Bedrijven trekken steeds vaker naar China en India vanuit een marktperspectief en niet alleen om de kosten te drukken. Een gigantische potentiële markt betekent dat je voor die markt producten en diensten moet ontwikkelen en dus ook daar aan O&O doet. Het uitbouwen van O&O-activiteiten ginds is een logische zaak waardoor de investeringen hier wel onder druk komen te staan.”

KOENRAAD DEBACKERE. “Klopt. Maar ook in de ons omringende landen is het niet allemaal rozengeur en maneschijn. In Nederland gaat het absoluut niet goed. Het VK vindt dat fundamenteel onderzoek elders in de wereld moet gebeuren. Uit Frankrijk horen we dat er geen tien excellentiepolen, maar wel zes worden opgericht als startbasis. En dan is er nog Duitsland. De Angela-norm voorziet in een stijging van de O&O-budgetten met 7 procent. Hier kijken vele mensen daarnaar op. Maar het is de federale regering die het budget laat stijgen met 7 procent, terwijl we van de deelstaten weten dat ze fors besparen. Wat de som van die twee zal zijn, kunnen we maar zeggen over één of twee jaar. In het hele avondland staat O&O onder druk.

“Als is er ook goed nieuws. In onze jongste enquête voor de Europese Commissie zagen we dat de O&O-inspanningen van middelgrote bedrijven in België toenemen. Dat stemt hoopvol, en toont aan dat we ondernemers nodig hebben om innovatie weer op de kaart te zetten. Ik hoop oprecht dat die kleine positieve trend bij de typisch Vlaamse bedrijven, is doorgezet in 2009. Want dan zie ik toch wel een lichtpunt.”

U verwacht wel veel. 2009 is net het jaar waarin vele bedrijven zwaar saneerden.

DEBACKERE. “Klopt, het blijft een groot vraagteken. Ik ontken dan ook niet dat O&O onder druk staat. Ik ben er echt van overtuigd dat ondernemers pas in O&O investeren als ze marktopportuniteiten zien.”

Misschien zien Vlaamse bedrijfsleiders gewoon te weinig marktkansen?

DEBACKERE. “Vlaamse bedrijven internationaliseren. Want de Vlaamse markt is de parochie, bij wijze van spreken. Innovatieve bedrijven beseffen dat ze internationaal moeten gaan om rendement te halen uit hun O&O-investeringen. Ze verhuizen dan een stuk van hun onderzoek, maar dat wil niet zeggen dat ze alles uit Vlaanderen weghalen. Kijk naar Bekaert, waar de O&O-activiteiten sneller groeien in China dan in Vlaanderen. Maar ze zijn hier niet weg. Het is een en/en-verhaal. En het is juist dat verhaal dat we mogelijk moeten blijven maken.”

De VS zijn veel innovatiever dan Europa. Omdat Europa meer actief is in ‘oudere’ sectoren?

DEBACKERE. “In de VS is er al sinds jaar en dag veel meer competitie en concentratie. Kijk naar de federale O&O-budgetten in de VS. Die zijn groot en zijn geconcentreerd in grote departementen – gezondheid, energie… – die duidelijk weten welke richting ze uit willen. De budgetten gaan ook naar een beperkt aantal staten. Wij werken in een heel andere constellatie. De inbreng van Europa in het O&O-budget is slechts 5 procent, de rest komt van de landen en de regio’s. Daardoor krijg je een heel grote versnippering van middelen. Als je in Europa 10 miljard euro wil bijeenhalen, moet je daar landen en regio’s voor mobiliseren en dat is geen gemakkelijke oefening. Je staat daar voor een heel complex institutioneel vraagstuk.

“In tijden van schaarste moeten we misschien meer kijken hoe we de middelen efficiënter kunnen gebruiken, dan hoe we meer middelen kunnen vergaren. De schaarste is een opportuniteit. Om na te denken over de keuzes die we maken en de kwaliteit die we ermee halen. Maken we daar een goede oefening, dan zijn we misschien een goede bocht aan het nemen.”

De vraag stellen is ze beantwoorden. Maken we dan vandaag niet de juiste keuzes?

DEBACKERE. “Ik denk dat er in de politiek en de bedrijven te weinig duidelijke keuzes worden gemaakt. Duidelijke keuzes durven te maken, is cruciaal. Neem fundamenteel onderzoek. Ik sta versteld van een discours waarin wordt gezegd dat er meer van het ene en minder van het andere type onderzoek moet zijn. Spin-offs als Ablynx, Remynd, ThromboGenics en dergelijke, zijn ontstaan dankzij het fundamenteel onderzoek dat in Vlaanderen gebeurd is. Door de grenzen van de kennis te verleggen, verleg je ook de grenzen van innovatie. De industrie, bedrijven en kenniscentra zijn bondgenoten van elkaar. We moeten elkaar niet op de kast jagen met discussies over meer of minder fundamenteel onderzoek. Het is én-én. Voor mij is de eerste prioriteit het evenwicht te bewaren tussen gericht en niet-gericht onderzoek.”

Moeten we ons niet afvragen hoe we het onderzoek beter naar de economische wereld kunnen transplanteren?

DEBACKERE. “Dat is de grote uitdaging. Ik zie een aantal leemtes. Zoals onderzoek meer vertalen in spin-offactiviteiten, maar ook maken dat al onze gedoctoreerden ondernemender worden. We moeten die mensen leren te ondernemen. En we moeten de grote bedrijven die tot de conclusie komen dat ze bepaald onderzoek niet zelf verder willen ontwikkelen, stimuleren om aan spin-outs te doen. We vergeten dat daar prachtige voorbeelden van bestaan. Silicon Valley, tot in den treure beschreven, is zo ontstaan. Je hebt die derde component, ondernemerschap uit ondernemingen, echt nodig. En niet alleen intrapreneurship. In Vlaanderen moeten we op die drie componenten, parallel, naast elkaar werken.”

Ontbreekt het ons niet aan een ecosysteem waarin dit alles gebeurt?

DEBACKERE. “Als ik kijk naar de output van onze kennisinstellingen, kunnen we ons met de betere van de wereld meten. Wat ontbreekt, is een stuk durf, ambitie, ondernemerschap om dat te vertalen naar de volgende stap. Dat ondernemerschap moet niet alleen uit bedrijven komen, maar ook uit universiteiten en uit de overheid. Iedereen moet doordrongen zijn dat innoveren ondernemen betekent.”

Staan onze bedrijven te weinig open voor open innovatie, wegens te veel behoudsgezind?

DEBACKERE. “Open innovatie is een delicaat concept waar vaak heel naïef over gedacht wordt. Ik krijg weleens een flowerpowergevoel als ik sommigen hoor. Open innovatie is een balans vinden tussen de limieten van je eigen kunnen en externe knowhow, maar in de wetenschap dat een onderneming altijd haar eigen doel zal nastreven. We moeten niet denken dat we het warm water alleen uitvinden, vaak is er iemand die het al voor je heeft gedaan. Ga vervolgens met dat warm water aan de slag, differentieer u ermee, dat is voor mij de essentie van open innovatie.”

Het is toch deprimerend om te zien hoeveel tijd er nodig is om de ommekeer te maken, als we daar al in slagen.

DEBACKERE. “We hebben nood aan een sense of urgency. Wij proberen er in ons Leuvense microklimaat iets aan te doen. Je kunt toch niet stellen dat het niet in onze genen zit? Misschien zitten we nog te veel in een valse comfortzone? In Azië zien de inwoners vandaag wat wij in de jaren vijftig zagen: een enorme vooruitgang, een perspectief, en dat geeft een boost. Wij zitten in een defensieve modus. Als het zo voortgaat, dan wordt de kloof groter, net als de pijn om de transitie te doen. De VS zijn het land van de endless frontier, wat de EU nooit is geweest. Wij zijn te veel naar binnen gericht.”

an goovaerts en lieven desmet

‘VLAANDEREN HEEFT ZEKER NOG TROEVEN, OOK AL MOETEN WE OPLETTEN DAT WE DIE NIET SNEL LATEN ERODEREN’ – Koenraad Debackere

‘DE INDUSTRIE, BEDRIJVEN EN KENNISCENTRA ZIJN BONDGENOTEN VAN ELKAAR’ – Koenraad Debackere

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content