Oorlogskas gevuld

De Gimv gaat wellicht in mei ’97 naar de beurs. Dat vertellen Gérard Van Acker en Raynier van Outryve. De Gimv heeft de laatste maanden fors wat meerwaarden geboekt en zit op een cashberg van ruim 10 miljard frank. Een fraaie oorlogskas, die echter liever niet voor Tractebel en zeker niet voor Suez wordt gebruikt.

Vorig jaar leverde de verkoop van aandelen op basis van warrants van Barco al 1,9 miljard frank op aan de Gimv. Dit jaar kwamen er vrij onverwachts enkele versnelde, zij het gedeeltelijke, exits : Lernout & Hauspie en Xeikon. En dan de kroon op het werk : Plant Genetic Systems (PGS), dat verkocht werd aan het Duitse Agrevo. “We hebben daarvoor dicht tegen de vijf miljard frank ontvangen,” zegt Gérard Van Acker, directeur-generaal van de Gimv, Investeringsmaatschappij voor Vlaanderen. “Netto levert dat een meerwaarde op van ruim 4 miljard frank.” En nu gaat Innogenetics, waarin de Gimv 17 % heeft, naar de Easdaq.

Ook de participatie in Daf werd verkocht, maar de opbrengst daarvan is voor het Vlaams gewest, omdat die participatie door de Gimv werd genomen voor rekening van dat Vlaams gewest.

“We zitten nu ruim bij cash, onze nettopositie overschrijdt zeker de tien miljard frank,” zegt Gérard Van Acker. “Die ruime cashthesaurie is een recent fenomeen,” relativeert Gimv-voorzitter Raynier van Outryve. “Zonder een stevig financieel stootkussen zijn we niet geloofwaardig. Je kan niet met grote klanten praten als je geen cash bij de hand hebt. Bovendien hebben we in ons beheerscontract met het Vlaams gewest ons vastgelegd op vijf miljard investeringen in de periode ’95-’97. De eerste negen maanden van dit jaar hebben we al 2,3 miljard frank geïnvesteerd, waarvan 1,6 miljard in het derde trimester. 650 miljoen ging naar Telenet, 550 miljoen naar Mobistar. De Gimv heeft nog 20 andere dossiers gedaan, goed voor ruim 800 miljoen. Kamofin 12 dossiers voor 200 miljoen, het Take Off Fonds 4 dossiers voor 60 miljoen, Fonds Nieuw Europa 3 dossiers voor 25 miljoen. De verschillende entiteiten van de Gimv stellen momenteel ook hun commerciële actie op punt.

Welke mogelijkheden biedt deze ruime cashpositie ?

Van Acker : Ten eerste blijven we gericht op venture capital, gaande van seed money, over start up tot follow up. Onze inspanningen naar de onderzoekscentra en universiteiten om daar een entrepreneurial spirit te bevorderen, zullen we intensifiëren. Ten tweede kunnen we nu dankzij ons groter eigen vermogen belangrijkere operaties aan inzake groeifinanciering. Van een half miljard en meer, terwijl vroeger onze limiet 250 miljoen frank bedroeg. Ten derde zullen we nog meer met Vlaamse bedrijven naar het buitenland kijken.

Er liggen ook een aantal grote operaties op tafel. Recent kwam het Nederlandse Gasunie vragen om mee te stappen in hun plannen voor een aansluiting op de Interconnector in Zeebrugge.

Van Outryve : De mensen van Gasunie zijn hier anderhalf uur geweest. Ze hebben plannen en ideeën, maar we hebben nog geen blad papier met cijfers gekregen. Ze hebben hun business plan in de tweede helft van november beloofd. We zullen dat bekijken inzoverre er een ondernemingsinitiatief uit kan groeien. Maar ze moeten eerst hun huiswerk op federaal niveau doen, om te kijken of ze toelating krijgen voor gasvervoer.

En wat met Tractebel of eventueel Suez ? Stapt de Gimv mee op ?

Van Outryve : De voogdijminister heeft gezegd dat als er een initiatief komt, het moet uitgaan van de privé-sector, die ook het gros van het geld op tafel moet leggen. De Gimv zou kunnen meespelen als bindmiddel. Maar ik hoor daar niets concreets over.

Er is echter een probleem. We profileren ons meer en meer, zeker nu we naar de beurs gaan, als een investeringsmaatschappij. Dat betekent dat we participaties nemen en daarna uitstappen, liefst met een meerwaarde. Maar de rol in het Tractebel-dossier is meer een verankeringsrol voor lange, lange jaren. Dat is niet het imago dat we nu willen opbouwen. We worden ook uitgenodigd om hogerop te gaan participeren in Suez. Daar is geen rol voor ons weggelegd. Zeker niet.

Omdat u geen voldoende sterke positie kunt opbouwen ?

Van Acker : Zo’n operatie past niet in onze globale visie als investeringsmaatschappij. Bovendien heb je deep pockets nodig om een belangrijke positie op te bouwen in Suez of Tractebel.

Van Outryve : Suez is ongeveer 200 miljard frank waard. Je ziet dus wat je nodig hebt om 5 of 10 % te krijgen en dan heb je één vertegenwoordiger in Parijs. Dat is niets voor ons. Wij participeren in kleinere, snelgroeiende, hoogtechnologische ondernemingen. Of in klassiekere bedrijven die willen exporteren.

We begrijpen ook wel de bedoeling van de minister die via Tractebel een soort concessiecultuur wil bevorderen in Vlaanderen, waarbij bedrijven Tractebel gebruiken om contracten in het buitenland te krijgen. De vraag is of dat mogelijk is. We hebben die concessiecultuur zelf ontwikkeld in het verleden, in de waterzuivering en het milieu. Er zijn andere middelen om die cultuur ten voordele van Vlaamse bedrijven te ontwikkelen. De bevordering bijvoorbeeld van de samenwerking van Vlaamse bedrijven in het buitenland.

Verankering past niet meer in de Gimv-filosofie ?

Van Outryve : Verankering is voor ons het veiligstellen van een groeifase van een bedrijf, zodat het management zich 200 % kan concentreren op zijn werk. En eens dat werk afgelopen is, stappen wij eruit via een beursnotering of verkoop. De beste verankering is een beursgenoteerd bedrijf.

Van Acker : Verankeren is niet vergrendelen. Wij willen verankeren op zijn Angelsaksisch, via de beurs.

Wat met Telenet ? De opstart gaat daar erg traag.

Van Acker : Maandag ( nvdr 18 november ; dit gesprek had vorige week plaats) hebben we een belangrijke raad van bestuur, die hopelijk beslissingen kan nemen over de algemene directie en over de eerste grote aanbestedingen.

Van Outryve : Dit dossier zal enorm beslag leggen op onze cash. We hebben ons geëngageerd voor 2,6 miljard frank.

Voor wanneer is de beursnotering van de Gimv gepland ?

Van Acker : We zijn een nv, maar opgericht bij decreet. Als we als beursgenoteerde onderneming alle aandeelhouders gelijk moeten kunnen behandelen, dan moeten we uit het decreet gelicht worden. We moeten onze aanvraag kunnen doen als portefeuillemaatschappij. Het Vlaams gewest zal dit tegen eind dit jaar regelen. Onze rekeningen van ’96 zullen klaar zijn in februari. Dan moeten we de kandidaten kiezen om het aandeel naar de beurs te brengen. En tenslotte de roadshows. Het wordt iets voor de maand mei. Tenminste, als de beursomstandigheden gunstig blijven.

En als dat niet het geval is ?

Van Outryve : Er is géén verplichting om naar de beurs te gaan in ’97. Deze beursnotering levert ons trouwens geen bijkomende cash op. Het is geen kapitaalverhoging. De opbrengst is voor het Vlaams gewest dat 15 % van zijn aandelen verkoopt.

Bij de private plaatsing van 10 % vorig jaar kwam er nogal wat kritiek op de gehanteerde prijs. Hoe zal nu de prijszetting gebeuren ?

Van Acker : De kritiek was vooral op het grote disagio van 38,5 % gericht. Die discount kwam er vanwege de illiquiditeit en omdat we een portefeuillemaatschappij zijn. Laat ons hopen dat de markt nu bereid is een geringere discount te verrekenen.

Alle portefeuillemaatschappijen op de Brusselse beurs hebben een disagio tussen 18 en 40 %. Er zijn maar twee voorbeelden in heel Europa, het Engelse 3I’s en de Nederlandse Participatie Maatschappij, die een premie hebben. Maar wij moeten kijken naar de Brusselse markt.

Van Outryve : 3I’s bijvoorbeeld is voor een groot deel gewoon een bank met een gegarandeerd inkomen. Een maatschappij als de Gimv is voor de belegger niet zo eenvoudig te begrijpen. Je verdient jaren weinig en dan plots piek je, zoals bij de verkoop van PGS. We zullen een enorme inspanning moeten leveren qua communicatie naar de belegger om uit te leggen wat we hier eigenlijk doen.

Communicatie is niet het sterkste punt van de Gimv.

Van Acker : Tot vorig jaar hadden we er geen belang bij om elke participatie aan de grote klok te hangen. Er was enkel bij het jaarverslag een communicatie. Nu zullen we ook occasionele informatie moeten verstrekken. Dat vraagt interne aanpassingen. Ook bij de bedrijven waarin we participeren, vooral bij de middelgrote, betekent dat een cultuurschok. Als minderheidsaandeelhouder respecteren we de autonomie van het management, maar nu moeten we informatie verspreiden. Het beste zou zijn dat de ondernemingen dat zelf doen.

Van Outryve : We staan op een historisch punt. Met de beursnotering worden we een volledig andere instelling. Maar onze klemtonen blijven. We worden een investeringsportefeuillemaatschappij op Angelsaksische manier. Eigenlijk zijn we dat al, maar we moeten het nu duidelijk maken aan de buitenwereld.

Wanneer de Gimv aan de beurs genoteerd zal zijn, wordt die beurskoers belangrijk. Bestaat dan niet het gevaar dat risico gemeden zal worden ? Dat er nog minder aandacht zal zijn voor starters ?

Van Acker : Helemaal niet. Bij onze Angelsaksische collega’s belet een beursnotering hen niet actief te zijn op het vlak van seed money en start up-kapitaal. Als je echt een investeringsmaatschappij wil zijn, moet je zelfs net daar investeren om in de toekomst behoorlijke meerwaarden te hebben. Maar we moeten de beleggers duidelijk maken dat wij mikken op de middellange termijn. Kick and rush met snelle meerwaarden is niets voor ons.

Zal de belegger ook niet duidelijker gemaakt moeten worden hoe de verhouding is tussen eigen initiatieven en initiatieven voor het Vlaams gewest ?

Van Acker : Zeker. In ’95 hebben we bekomen dat de acties voor rekening van het Vlaams gewest niet meer worden opgenomen in de toelichting van onze jaarrekening. Momenteel heb je de Gimv en daarbinnen PMV, Participatiemaatschappij Vlaanderen, 100 % eigendom van het Vlaams gewest. PMV groepeert de overheidstaken van de Gimv. Maar dat onderscheid is niet duidelijk genoeg. Daarom komt er eind dit jaar een Vlaamse Participatiemaatschappij, die 100 % van de overheid is. Die nieuwe vennootschap zal 85 % (en na de beursnotering 70 %) van de Gimv bezitten. PMV zal een apart filiaal worden, 100 % van die Vlaamse Participatiemaatschappij. Wij hebben ons wel kandidaat gesteld om bij PMV het management te doen. We hebben ook gevraagd de naam van Gimvindus te veranderen. Want nu met Boelwerf worden al die problemen weer aan ons gekoppeld.

In een opmerkelijk interview in de Financieel Economische Tijd noemde industrieel Hendrik Seghers de Gimv de Witte Brigade, die moet strijden tegen de Franse overheersing in de Vlaamse economie. Kunt u zich in die omschrijving terugvinden ?

Van Acker : Als investeringsmaatschappij moet je degelijk lokaal ingeplant zijn. We leveren een bijdrage tot de ondernemingscultuur in Vlaanderen. Maar anderzijds is het van belang om ook internationaal actief te zijn. We hebben met Amerikaanse partners over de oceaan een sterke positie uitgebouwd in venture capital, ook in West-Europa hebben we een netwerk. Met Fonds Nieuw Europa gaan we richting Oost-Europa, Centraal-Azië en Rusland. We hebben het management van een fonds in Kazachstan. En nu stappen we samen met de Rabobank in het Fonds Zwarte Aarde, gericht op een regio ten westen van Oekraïne. Rabobank is de lead investor, maar heeft ons erbij gevraagd vanwege onze ervaring in deze regio. Het Fonds krijgt 20 miljoen ecu middelen mee. En vorig jaar zijn we zelf met een netwerk in Zuidoost-Azië gestart.

Van Outryve : Bij het beheer van die fondsen zoeken we naar synergieën met onze portefeuille. We zijn een paar weken geleden in Kazachstan geweest en hebben daar veel mogelijkheden gezien. Internationalisering is voor ons een speerpunt.

GUIDO MUELENAER

GERARD VAN ACKER EN RAYNIER VAN OUTRYVE (GIMV) Verankeren is niet vergrendelen. Wij willen verankeren op zijn Angelsaksisch, via de beurs.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content