Ontslagbescherming voor bestuurders ?

Kan een bestuurder zich beschermen tegen het feit dat de algemene vergadering ten alle tijde, zonder motivering, en vooral, zonder “ontslagvergoeding”, zijn mandaat kan herroepen ?

Bestuurders in een nv worden benoemd door de algemene vergadering voor een termijn van maximaal zes jaar. Diezelfde algemene vergadering kan evenwel ten alle tijde d.i. ad nutum dat bestuurdersmandaat herroepen vooraleer die termijn verstreken is (art. 55 Venn.W.). De algemene vergadering dient deze herroeping niet te motiveren. De ad nutum herroepbaarheid van een bestuurdersmandaat raakt de openbare orde. Dit werd in 1989 nog door het Hof van Cassatie bevestigd. Bepalingen in statuten of overeenkomsten die strijdig zijn met dit beginsel zijn aangetast door een absolute nietigheid en dus onafdwingbaar.

Mogelijke “ontslag”bescherming ?

Het feit dat de algemene vergadering het mandaat van de bestuurder tegen diens wil kan herroepen, kan voor de bestuurder een bron van onzekerheid zijn. Kan hij zich hiertegen beschermen ?

Via een arbeidsovereenkomst ? Een bestuurdersmandaat kan niet uitgeoefend worden in het kader van een arbeidsovereenkomst, om twee redenen. Vooreerst, omdat een bestuurder in de vervulling van zijn taak niet ondergeschikt is aan een hoger orgaan dat gezag kan uitoefenen. De bestuurder is weliswaar rekenschap verschuldigd aan de algemene vergadering, maar die is niet in staat gezag uit te oefenen. Ten tweede, omdat dit precies strijdig zou zijn met de ad nutum herroepbaarheid van het bestuurdersmandaat. De bescherming voortvloeiend uit de beëindiging van dergelijke arbeidsovereenkomst (opzeggingstermijn, ontslagvergoeding) is niet voor hem weggelegd. Ook een belofte gegeven door de vennootschap aan haar bestuurder op het moment van zijn aanstelling, om hem een arbeidsovereenkomst te verlenen bij het einde van zijn mandaat dreigt te stranden op de herroepbaarheid ad nutum. Een uitwijkmogelijkheid in deze context kan erin bestaan dat dergelijke belofte verleend wordt door een derde (b.v. een andere vennootschap van dezelfde groep).

Onrechtstreekse arbeidsrechtelijke bescherming ? Bescherming via een arbeidsovereenkomst kan wel onrechtstreeks bekomen worden : bij het uitwerken van zijn statuut zou de vennootschap de bestuurder tevens andere taken of opdrachten kunnen toebedelen die duidelijk onderscheiden zijn van zijn bestuurdersopdracht. Een voor de hand liggend voorbeeld bestaat erin de bestuurder eveneens te belasten met het dagelijks bestuur. Uit cassatierechtspraak van 1984 kan immers afgeleid worden dat de opdracht van het dagelijks bestuur te onderscheiden is van de opdracht van bestuurder zodat de ad nutum herroepbaarheid niet van toepassing is op de opdracht van dagelijks bestuur. Volgens deze cassatierechtspraak kan het dagelijks bestuur worden uitgeoefend in ondergeschikt verband, en dus in het kader van een arbeidsovereenkomst. Hierdoor zal de bestuurder wiens bestuurdersopdracht ad nutum herroepen kan worden toch van de arbeidsrechtelijke ontslagbescherming kunnen genieten wanneer de vennootschap tevens zijn opdracht van dagelijks bestuur herroept. Een ander voorbeeld bestaat erin dat aan de bestuurder taken van boekhoudkundige, technische, administratieve of commerciële aard toegekend worden. Op voorwaarde dat deze uitvoeringstaken duidelijk onderscheiden zijn van zijn taak als bestuurder, staat niets in de weg dat de bestuurder deze taken in het kader van een arbeidsovereenkomst uitoefent, onder het gezag van een vennootschapsorgaan. Overwogen zou kunnen worden om de bestuurder dergelijke uitvoeringstaken in andere vennootschappen van dezelfde groep te laten uitoefenen als bediende. Volledigheidshalve merken we op dat het uitoefenen van die andere taken niet noodzakelijk hoeft te gebeuren in het kader van een arbeidsovereenkomst om van enige ontslagbescherming te kunnen genieten. Zo zou bijvoorbeeld een bestuurder in het kader van het dagelijks bestuur een lastgevingsovereenkomst kunnen sluiten met de vennootschap, buiten enig bediendestatuut om, waarin de herroeping van het dagelijks bestuur aan beperkingen onderworpen wordt. Dit veronderstelt uiteraard dat er geen band van ondergeschiktheid voorhanden is bij het uitoefenen van het dagelijks bestuur.

Via statutaire of conventionele clausules ? Statutaire of conventionele clausules die de herroeping van het bestuurdersmandaat onderwerpen aan een opzeggingstermijn of die het mandaat onherroepelijk maken of de herroeping aan beperkingen onderwerpen zijn nietig, precies omdat zij afbreuk doen aan de herroepbaarheid ad nutum. Om dezelfde reden is de statutaire clausule nietig die de herroeping van een bestuurder onderwerpt aan een bijzondere meerderheid. Hetzelfde lot ondergaan de clausules die de vennootschap ertoe verbinden om een bestuurder gedurende een welbepaalde termijn in functie te houden of die de vennootschap verplicht een vergoeding te betalen bij (vroegtijdig) beëindiging van het mandaat van een bestuurder. Een variante op deze laatste types van clausules dat wél werkt, bestaat erin dat niet de vennootschap zelf maar wel een individuele aandeelhouder deze verbintenissen op zich neemt. Een aandeelhouder zou de verplichting kunnen aangaan om zijn stemrecht aan te wenden om voor het behoud van het bestuurdersmandaat van een welbepaalde persoon gedurende een bepaalde tijd te stemmen of om de bestuurder een beëindigingsvergoeding te betalen. Vanuit diezelfde optiek verdedigt een deel van de rechtsleer dat stemafspraken tussen een aantal aandeelhouders die de herroepbaarheid ad nutum van een bestuurder beperken (door bijvoorbeeld af te spreken dat zij tegen het ontslag van een bepaalde bestuurder zullen stemmen), geldig zijn.

Adviesovereenkomst ? Een alternatieve denkpiste bestaat erin dat de bestuurder of zo mogelijk, de managementvennootschap van de bestuurder een adviesovereenkomst sluit met de vennootschap. Deze adviesovereenkomst kan voor bepaalde duur gesloten worden of een opzeggingstermijn en/of opzeggingsvergoeding stipuleren. Op voorwaarde dat de adviesverlening onderscheiden is van de opdracht van bestuur en beantwoordt aan werkelijke prestaties, zal de vennootschap, zo zij de bestuurder wenst te weren uit de vennootschap, niet enkel de bestuurder moeten herroepen, tevens zal zij een einde moeten stellen aan deze bijkomende adviesovereenkomst.

Slotbemerking.

De bestuurder kan de ad nutum herroepbaarheid niet ontlopen. Hij kan de toepassing ervan wel pogen te milderen via minutieus uitgewerkte technieken.

Jean-Paul Timmermans en Liesbeth Liefsoens

Jean-Paul Timmermans en Liesbeth Liefsoens zijn juridische raadgevers bij Price Waterhouse.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content