Onbekend lekkers uit de Kempen

JEANNE CLOETENS EN GEERT VERMEERSCH "We wilden zelf aan het stuur zitten en beslissen." © Emy Elleboog

Ook een kleine kmo kan een sleutelrol spelen in de voedingssector. Bij de doorsneeconsument is Colac in Beerse onbekend, maar in de horeca en de voedingsindustrie is het een naam als een klok. “Wij hebben een plaats naast de multinationals.”

In de productiehal van Colac in Beerse hangt de prikkelende geur van abrikozen, perziken, karamel en chocolade. Jeanne Cloetens inspecteert de dampende ketels, waarin de werklui allerlei ingrediënten strooien. “En wat maakt gij?” vraagt de zaakvoerder aan de arbeider bij een van die ketels. “Vanille”, luidt het antwoord.

Bij de doorsneeconsument doet de naam Colac geen belletje rinkelen. Nochtans ziet en proeft u de producten wellicht elke dag. Als u een ijsje eet bijvoorbeeld, of naar de bakker gaat. Ook voor Jeanne Cloetens was Colac geen bekende naam toen ze in 2004 het bedrijf samen met haar echtgenoot Geert Vermeersch overnam. “Wij werken bijna uitsluitend voor de professionele markt. In de horeca en de voedingsindustrie is Colac nu een naam als een klok”, zegt Jeanne Cloetens. De overname legde het echtpaar, beiden 57 en handelsingenieurs van de KU Leuven, geen windeieren. Colac bleef groeien en is een gezonde kmo ( zie tabel).

COLAC
COLAC “Onze onderzoekers zien meteen het resultaat van hun werk. Dat werkt ongelooflijk motiverend.”© Emy Elleboog

Na een jarenlange carrière bij Pieters Visbedrijf wilde Geert Vermeersch zelf een voedingsbedrijf overnemen. “Mijn man wilde zelf aan het stuur zitten en de beslissingen nemen. We wilden iets voor onszelf”, vindt Jeanne Cloetens. Het echtpaar belandde bij Colac, dat toen nog in Malle was gevestigd. Een rendabel bedrijf, in 1980 opgericht, en met twee eigenaars die wilden verkopen. Na jaren van aanhoudende groei werd het pand in Malle te klein, zelfs na de aankoop van een aangrenzend perceel. “We kozen in 2017 voor een nieuw gebouw, enkele kilometers verderop, in Beerse. Dat betekende een investering van 10 miljoen euro, maar onze productiecapaciteit werd de helft groter. We hebben de nieuwe fabriek gebouwd met het oog op de verdere groei. We hebben vandaag nog voldoende ruimte. We willen niet om de vijf jaar verhuizen.”

Onbekend lekkers uit de Kempen
© Emy Elleboog

Meer impact

Het bedrijf steunt op drie pijlers. De eerste is het product waarmee het allemaal begon: een basismix in pastavorm voor de bereiding van roomijs. De naam Colac verwijst er ook naar: ‘gecondenseerd’ en ‘melk’. “Ingrediënten, mixen en smaakstoffen voor ambachtelijke en industriële roomijsmakers zijn ons eerste belangrijke product”, duidt Jeanne Cloetens. “Die producenten zijn roomijssalons, ijsventers en pretparken. Maar ook de horeca, en bakkers die zelf ijs maken.”

Dessertsauzen, als topping voor roomijs, wafels en pannenkoeken, vormen een tweede productengamma. In het vergaderkantoor in Beerse staan 45 sauzen keurig naast elkaar in een lange rij. “We maken heel veel verschillende soorten, bijvoorbeeld met meer of minder suiker. De tendens is steeds meer aandacht voor gezondere voeding, met minder suiker en meer natuurlijke kleurstoffen. We hebben ook een gamma zonder toegevoegde suikers, geschikt voor diabetici.”

De derde pijler zijn fruitbereidingen. Voorbeelden zijn gebonden krieken, appeltjes met rozijnen en kaneel, tropisch fruit of bosvruchten. Die worden kant en klaar aan de horeca geleverd, maar ook bakkers. Of ze worden gebruikt in zuivelproducten.

“In die drie grote pijlers zijn we dan zeer gespecialiseerd”, zegt Jeanne Cloetens. “We werken heel professioneel en heel technisch. De voedingsindustrie heeft heel uiteenlopende klanten. Dat maakt dat wij veel recepturen en variaties moeten kunnen aanbieden. Daarom hebben we ook een team van vier mensen voor onderzoek&ontwikkeling. En dat voor een bedrijf met iets meer dan 40 werknemers. Dat komt omdat we heel technisch bezig zijn. Een saus is niet zomaar een saus. Een ijsje op een stokje waarin een sausje mooi is gedraaid, is technisch niet zo gemakkelijk te maken.”

Voedingstechnologie en O&O lijkt vooral het speelveld van de grote multinationals zoals Nestlé of Unilever. “Wij doen zeker niet dezelfde dingen als onze grote collega’s. Zij zullen op andere domeinen nog veel meer doorgedreven onderzoek doen. Maar wij hebben een bepaalde plaats in de markt. Het voordeel van een kmo is dat je als medewerker veel meer impact hebt. Als onze onderzoekers iets bedenken, zien ze meteen het resultaat. Dat werkt ongelooflijk motiverend. Je ontwikkelt iets, en zes maanden later zie je dat in de winkel liggen. Een multinational heeft ook zijn voordelen, maar je impact is daar kleiner.”

Vierde golf

Door de gestage groei werd 2020 het beste jaar in de geschiedenis van de kmo. En 2021 wordt nog beter. Nochtans is de horeca, zwaar getroffen door covid-19, een belangrijke klant van Colac. “We groeien al jarenlang, maar we hebben wel geleden onder de pandemie”, vertelt Jeanne Cloetens. “Zeker in onze horeca-activiteiten. Dat de ijssalons nog afhaalbestellingen mochten doen, was het enige lichtpuntje tijdens de lockdown. In de eerste weken regende het annuleringen van bestellingen. Gelukkig was de lente van 2020 heel mooi.”

De impact van de vierde golf is vooral voelbaar in de export. Die is goed voor twee derde van de omzet, en groeit sneller dan de verkoop in eigen land. “Onze belangrijkste exportlanden zijn Frankrijk en Saudi-Arabië. In het Midden-Oosten kwamen we terecht via voedingsbeurzen, die samen met het Vlaams agentschap voor buitenlandse handel FIT werden georganiseerd. Samen met FIT trokken we ook naar China, Japan en Singapore. We hebben in Azië stevig prospectie gedaan. Maar de export naar Azië kreeg een flinke knauw door covid-19. In China kunnen we bijvoorbeeld onze klanten niet langer bezoeken.” Daar heeft Colac zijn enige buitenlandse vertegenwoordiger, in een kantoor in Sjanghai.

Onbekend lekkers uit de Kempen

Moeilijke bevoorrading

Voedingsmiddelen leveren aan China lukt wel nog. Soms met logistieke haperingen, en het transport werd aanzienlijk duurder. Maar niet alleen dat. “Prijsstijgingen zoals dit jaar hebben we nog nooit gezien. Alles wordt duurder: fruit, suikers, cacao. Karton voor verpakking kost al ruim een kwart meer. Geen enkele grondstof is dit jaar goedkoper geworden. Dat is nieuw. Ik vrees dat de winkelketens niet anders zullen kunnen dan hun prijzen te verhogen. De prijsstijgingen zijn gewoon te fors.”

“Bovendien is de bevoorrading moeilijk. Je moet langer wachten op leveringen. In normale tijden kregen we kartonnen verpakkingen na drie weken, nu zijn er dat achttien. Bovendien worden sommige producten beperkter beschikbaar. Dit hebben we nog nooit meegemaakt.”

De voorzitter van Fevia Vlaanderen

Geert Vermeersch is sinds 2019 de voorzitter van Fevia Vlaanderen, de koepel van Vlaamse voedingsbedrijven. “Fevia stond van oudsher dichter bij de grote bedrijven, nu leunt het meer aan bij de kmo’s. Vooral de kleine bedrijven hebben baat bij de promotie van Belgische voeding als merk. We moeten als kmo’s bovendien meer samenwerken. Informatie delen met elkaar: technologie, ontwikkelingen, machines. In Nederland werken de bedrijven meer samen.”

Geert Vermeersch besteedt een dag per maand aan zijn werk voor Fevia. “Maar wij werken hoe dan ook zeven dagen per week.”

41 werknemers

had Colac in 2020, tegenover nog 13 in 2010.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content