Normen voor ‘echte’ werknemers

Marc Buelens
Marc Buelens Professor-emeritus aan de Vlerick Business School.

Zoals we sinds de historische uitspraak van Denis Knoops, CEO van Delhaize België, weten, zijn het echte Delhaiziens die werken. De valse Delhaiziens mopperen wat, nemen het woord staking in de mond, schrijven boze lezersbrieven, zijn lid van een vakbond en doen hun boodschappen bij Colruyt. Dat er valse Delhaiziens zijn, is uiteraard het echte drama voor Delhaize, het grote failliet van een slecht gevoerd hr-beleid. Jarenlang heeft dit bedrijf blijkbaar valse werknemers aan de borst gekoesterd. Oud worden kost geld, niet alleen aan de ziekteverzekering, maar ook aan Delhaize. Maar als je zolang je personeel kan indoctrineren, dan zou je toch verwachten dat het allemaal ‘echte’ medewerkers zijn. Neen, een aantal personeelsleden spuwt op de hand van wie hen zo vele jaren heeft gevoed. Ze beginnen moeilijk te doen bij de eerste de beste kleine tegenslag.

Dat moet beter kunnen. Een bedrijf als Delhaize moet zijn personeel kwaliteitsvoller kunnen opvoeden. Echte kwaliteitszorg begint met het expliciteren van de normen, van de verwachtingen. Wie daar vaag of dubbelzinnig over blijft, is echt niet goed bezig. Delhaize moet geholpen worden, dat is duidelijk. Daarom formuleren we hier nu een samenhangend geheel van kwaliteitsvolle verwachtingen rond een echte Delhaizien.

Een echte Delhaizien blijft niet te lang bij zijn bedrijf. Dan ontstaan er geen problemen van hoge anciënniteit.

Een echte Delhaizien stelt geen moeilijke vragen. Alle neuzen in dezelfde richting. Allen achter de vlag. Werken, geen vragen stellen.

Een echte Delhaizien moppert niet, en is altijd tevreden. Mopperen, zeuren, klagen, dat ondermijnt het arbeidsethos, tast het arbeidsklimaat aan. Als dan ooit de bedrijfsresultaten tegenvallen, dan is dat uiteraard de schuld van de rotte appels met een negatief-kritische ingesteldheid. Klagers dragen een verpletterende verantwoordelijkheid. Dat moeten ze goed beseffen.

Een echte Delhaizien heeft geen weerstand tegen verandering. Als de directie achtereenvolgens een beleid voert van groei door overnames, breed assortiment, eng assortiment, topkwaliteit en vers, lage prijzen voor basisproducten, nadruk op snel roterende producten, duurzaam, operationele uitmuntendheid, snel rendement, nadruk op specialiteiten met grote marge, ken-je-klant, kostenbesparing, luxe, prijsperceptie, en gezonde voeding, dan zal de echte Delhaizien enthousiast, supergemotiveerd, geïnspireerd en vooral dankbaar zijn. Wie krijgt er de kans zo veel verschillende vormen van beleid aan den lijve te mogen ervaren?

Een echte Delhaizien heeft empathie. Hij begrijpt de mens. In de eerste plaats uiteraard heeft hij empathie met de aandeelhouder. Het is normaal dat die maximaal rendement wil. Met de juiste empathie zal een Delhaizien begrijpen dat kapitaal mobiel is, veel mobieler overigens dan de meeste werknemers. Werknemers hebben schoolgaande kinderen, bouwen een huis-met-tuintje en zijn daardoor vaak te sterk gebonden aan hun streek. Het is daarom natuurlijk dat een echte Delhaizien geen kinderen heeft en een woning huurt.

Een echte Delhaizien heeft empathie. Hij begrijpt de mens. In de tweede plaats begrijpt hij de directie. Deze heren en vrij zeldzame dames werken hard, zeer hard, dragen een grote verantwoordelijkheid, nemen moeilijke beslissingen. Geen enkele Delhaizien wil geleid, gemotiveerd, geïnspireerd worden door middelmatigen. Maar helaas is topmanagementtalent zeer schaars en uiteraard duur. De echte Delhaizien begrijpt zonder meer dat zijn directie welkomstpremies krijgt, hoge lonen heeft, bonussen verdient en riante afscheidspremies krijgt. Bovendien begrijpt de echte Delhaizien dat deze directieleden ook maar mensen zijn. Zij hebben een eigen woning (villa genaamd), hebben schoolgaande kinderen en moeten bij mooi weer een barbecue geven, het liefst niet met producten van Colruyt of, erger nog, van Aldi of Lidl, en dat scheelt een slok op de borrel.

Een echte Delhaizien doet aan pensioensparen. Want dan wil hij een maximumrendement op zijn belegging. Dan begrijpt hij hoe het kapitalisme werkt. Dan heeft hij niet alleen empathie met de aandeelhouder, maar heeft hij ook een appeltje voor de dorst mocht de directie ooit moeilijke bedrijfseconomische beslissingen moeten nemen.

Een echte Delhaizien leest dit type column niet. Hij past op de winkel. En hij werkt.

De auteur is partner-hoogleraar management aan de Vlerick Business School.

MARC BUELENS

Een ‘echte Delhaizien’ stelt geen moeilijke vragen. Alle neuzen in dezelfde richting. Allen achter de vlag. Werken, geen vragen stellen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content