Nicolas Negroponte

De digitale mens

Duizenden jongeren en enkele staatshoofden luisteren naar wat hij te zeggen heeft. Hij schrijft voor het trendy tijdschrift Wired en is directeur van het Media Lab van het Massachusetts Institute of Technology in Boston. Nicholas Negroponte analyseert de digitale mens van de toekomst. Een interview in bits.

TEKST : SERGE VANMAERCKE

Het is minder ingewikkeld dan het lijkt. Digitaal verwijst naar alle informatie in de vorm van bits die met de computer kan worden bewerkt of verwerkt. Zowel teksten als foto’s, video’s en klanken kunnen worden gedigitaliseerd, d.w.z. omgezet in bits. Al die informatie beweegt zich met een waanzinnige snelheid door de lucht (radio, satelliet) of onder de grond (kabels). Wat zal dat volgens Nicholas Negroponte tot gevolg hebben ? “Ik denk dat de winkels die videocassettes verhuren over hooguit tien jaar allemaal hun deuren zullen sluiten.” Maar de mogelijkheden zijn onbegrensd. Dankzij ontwikkelingen tot stand gebracht door het Media Lab, experimenteren de-man-die-zich- Prince-noemde en het Kronos Quartet met nieuwe manieren om muziek te componeren en te vertolken. De makers van Toy Story zouden maar een magere film hebben geproduceerd als het Media Lab niet had bestaan. De informatica is meer dan gedoe met computers, het is een levenswijze. Dixit Nicholas Negroponte.

Voor één keer hebben we de eenheid van ruimte en tijd van het traditionele interview verlaten om ons aan een digitaal interview via e-mail te wagen. Dus via de uitwisseling van bits. Besluit ? Wat de bereikbaarheid betreft : met de ons beschikbare tijd konden we er wel van ‘dromen’ de uitvinder van de term multimedia (1978) rechtstreeks te interviewen, maar daar hield het dan ook op. Agenda’s op elkaar afstemmen is niet evident en afrekenen met tegenstribbelende secretaresses (secretarissen) evenmin. Ook zal er volgens onze gesprekspartner nog voorzichtig met dit soort interviews moeten worden omgesprongen, zeker als er geen visuele verbinding wordt gelegd. De controle van de inhoud en de gegevens is immers niet zo gemakkelijk. Toch wagen we het erop. De kids van het Net zullen zeggen : “Beter laat dan nooit.”

Verbinding

met het Media Lab. Het gebouw werd ontworpen door architect I.M. Pei, die ook tekende voor de piramide van het Louvre in Parijs. Dat Nicholas Negroponte ook architect is, bepaalt ongetwijfeld mee zijn keuzes. Hij is een mengeling van Jules Verne en Leonardo da Vinci en was ooit nog raadgever van François Mitterrand. Conform de etiquette laten we een bericht achter op het elektronische adres (e-mail = elektronische post) van de professor, waarin we om een interview vragen. De transmissie over de Atlantische Oceaan gaat zo snel als het licht.

Er komt snel een positief antwoord (wel wou Negroponte eerst duidelijkheid omtrent onze identiteit). Negroponte is een druk bezet man. Minstens vijf keer per dag loopt er bij hem een vraag voor een interview binnen. Hij reist veel en in het Media Lab manipuleren hij en zijn driehonderdvijftig jonge medewerkers wat graag de speeltjes van miljoenen dollars, betaald door de industriële reuzen uit de branche. In juni jongstleden signaleerde Knack overigens nog dat de Belg Riverland, de uitgever van Wave, zich bij de club had gevoegd. Toch komen de antwoorden al een paar dagen later bij ons binnen. Intussen had zijn public relations manager zijn foto al met Federal Express verstuurd. Let wel, in de vorm van atomen (de stoffelijke vorm), want om foto’s in bits te ontvangen, zijn wij hier nog niet uitgerust. Atomen die per ‘post’ worden verstuurd, reizen veel trager. En dan hebben we nog geluk gehad : nergens heeft de douane de enveloppe tegengehouden en het vliegtuig waarmee ze de oceaan overstak, werd niet omgeleid. Gewichtloze bits reizen snel en ongehinderd. Bij atomen is dat relatief. En hun vervoer is bovendien duur.

Digitale informatie, bits, atomen, e-mail, Internet, CD-ROM, informatiesnelweg, modem, multimedia, virtuele realiteit… Nicholas Negroponte wijdt er heel wat bedenkingen aan in zijn boek Being Digital (uitgegeven door Albert A. Knopf, New York), waardoor hij ook bij ons extra in de belangstelling kwam. Bijkomend pluspunt : het boek bevat een erg nuttige woordenlijst. Maar het is vooral een vurig pleidooi voor meer informatie à la carte en voor meer warmte in de dialoog tussen mens en computer. Voor die warmte zou in de toekomst de stem moeten zorgen. Negroponte besteedt ook aandacht aan de gevaren en de economische aspecten. Ook al zijn ze marginaal, we weten intussen allemaal dat we via Internet toegang kunnen krijgen tot allerlei malafide netwerken. Het boek richt zich tot een breed publiek en schuwt de humor niet. Het is dan ook al in dertig talen vertaald. Internet-gebruikers kennen het.

Een interview

via e-mail gaat gemakkelijk en snel, maar… visuele gegevens, zoals intonatie, ironie of symbolen in de omgeving, kunnen soms even veelzeggend zijn als de vragen en antwoorden. Wat zijn voor professor Negroponte de wezenlijke verschillen tussen een interview via e-mail en een gesprek onder vier ogen ? “Op het zuiver informatieve vlak krijgt u niet de kans om met uw volgende vraag op het vorige antwoord te reageren. Het lijkt dus meer op een boodschappenlijstje dan op een gesprek. Positief is dan weer dat ik ontspannen ben en echt in het interview kan duiken omdat ik me in de vragen heb verdiept (in een gemakkelijke stoel met uitzicht op de oceaan) en ik niet het gevoel heb dat er beslag op me wordt gelegd.”

Net zoals een antwoordapparaat zorgt e-mail ervoor dat men altijd bereikbaar is en toch niet wordt gestoord. Maar de toestellen sluiten voor de bestemmeling ook de mooie ‘verrassingen’ uit die je in het gewone leven wel meemaakt. Nicholas Negroponte : “Ja, het gebeurt wel meer dat de persoon die belt een bericht inspreekt en geen grote babbel doet. Maar als je een simpel bericht achterlaat in plaats van je meteen in een gesprek te storten, betekent dat nog niet dat het leven er minder boeiend door wordt.”

Er zijn tal van manieren om van je digitale wereld iets persoonlijks te maken. Negroponte schrijft : “Ook al ben ik digitaal, toch ben ik mezelf en geen statistische sub-eenheid.” ‘Met mezelf’ voor de computer… het zou een bedreiging kunnen zijn voor het zelfbewustzijn als deel van het gemeenschappelijke bewustzijn. “Is een andere ik-generatie daarom slechter ? Nee. We krijgen de gelegenheid om de gemeenschap en het ik in evenwicht te brengen. Je wordt er niet toe gedwongen om als een kudde gehoorzame schapen te leven (die allemaal op hetzelfde moment televisie kijken) of je krijgt niet de kleinste gemene deler opgeplakt (evenals bij de tv). Een mooi mediavoorbeeld is de krant van de toekomst, die een combinatie zal zijn van de Daily Me en de Daily Us. Kan men zich iets beters wensen ?”

Voor Nicholas Negroponte moet het medium televisie herdacht worden. In plaats van aan een nieuw formaat, een betere resolutie of betere kleuren te werken, zou men beter het systeem zelf veranderen, zegt hij. Nu beslissen de zenders en de kabeldistributie, terwijl de kijker tevreden moet zijn met wat men hem aanbiedt. Negroponte is voorstander van een systeem waarbij de kijker ontvangt wat hij vraagt. Niet de verbetering van de beeldkwaliteit is prioritair, wel het verbeteren van de beschikbare inhoud.

Wat het geschreven woord betreft, is de digitale uitwisseling van informatie heel divers. In bits kunnen zowel lieve woordjes als jaarrapporten van bedrijven worden meegedeeld. Kan een levenswijze die gebaseerd is op digitaal nabuurschap en die abstractie maakt van de fysieke en spirituele aanwezigheid van de sprekers, leiden tot echte ‘sociale’ uitwisseling ? Nicholas Negroponte : “Natuurlijk is er sociale uitwisseling mogelijk zonder ‘aanwezigheid’. Bij het telefoneren is dat ook al in beperkte mate het geval. Maar de toekomstige generaties zullen de geavanceerde telecommunicatie nog meer waarderen, omdat dan ook het doorsturen van hologrammen en tactiele sensualiteit mogelijk zullen zijn. Binnen twintig jaar kun je dus onder andere de liefde op afstand bedrijven…”

In zijn boek legt Nicholas Negroponte uit dat er in de ruimte en de tijd precieze punten zullen zijn waar, via gerichte interfaces, bits in atomen zullen worden omgezet en vice versa. Een interface noemen we alles wat de communicatie tussen de mens en zijn computer mogelijk maakt : tekeningen ( grafische interface), tekst ( tekst interface), enz. In de toekomst zal de interface volgens de professor een grootte, een vorm, een kleur, een stem en een hele zintuiglijke uitrusting moeten hebben.

Sommigen uiten

hun bezorgheid over de sociale kloof tussen de bevoorrechten en zij die van de informatie verstoken blijven, tussen wie toegang heeft en wie niet, tussen de westerse wereld en de derde wereld. Volgens Nicholas Negroponte zal het vooral tussen de generaties zijn dat er een sociale en een culturele kloof ontstaat. Het is meer regel dan uitzondering dat vaderlief inzake kennis van de informatica mijlenver achterloopt op zijn zoon. Of op zijn dochter. Kan er ook zo’n kloof tussen mannen en vrouwen ontstaan ? “Er is een verschil tussen de geslachten geweest, maar die wordt almaar kleiner. De digitale wereld gaat de weg op van de telefoon die ook door iedereen wordt gebruikt. En meisjes brengen vijf keer meer tijd aan de telefoon door dan jongetjes.”

Paus, goeroe of digitaal genie, ook Nicholas Negroponte kan niet zonder de atomen van een boek om zijn ideeën over te brengen. Dat geldt ook voor zijn maandelijkse rubriek in Wired, dat ook in België verkrijgbaar is. Hij geeft toe dat hij een boek heeft geschreven omdat de interactieve multimedia weinig ruimte laten voor de verbeelding. Kan er op dat vlak iets evolueren ? Nicholas Negroponte : “Het is niet zozeer het gebied zelf dat moet evolueren, maar wel ons gebruik van de vertelling in een interactieve multimediale wereld. Wie niets aan de verbeelding overlaat, gaat niet erg ver. Daarom zijn ook films die op een boek gebaseerd zijn dikwijls minder interessant dan het boek zelf. We zijn nog niet rijp genoeg om in de digitale wereld een verhaal te vertellen.” Negroponte merkt ook op dat een computer geen ‘gezond verstand’ heeft. Zou het ooit mogelijk worden hem in die zin te programmeren of hem bijvoorbeeld met humor of triestheid te programmeren ? “De situatie is ironisch. We willen dat computers gezond verstand hebben, zodat ze in de interactie op een intelligente manier zouden reageren en nooit op een domme manier. Aan de andere kant kunnen we ons niet inbeelden alsof we daar zo tuk op zouden zijn dat ze een eigen wil hebben. De vraag die zich stelt, is de volgende : kun je gezond verstand hebben zonder het te willen ? Het antwoord is : het kan, maar slechts in beperkte mate. De tijd zal uitwijzen of die mate zal volstaan.”

Nicholas Negroponte is niet alleen een visionair en een informaticus in hart en nieren, maar ook een gevoelig man : “Elke nieuwe generatie zal digitaler zijn dan de vorige. De controlebits van die digitale toekomst liggen nu meer dan ooit in de handen van de jeugd. Niets kan me gelukkiger maken.” Zo besluit hij zijn boek. Hij is ervan overtuigd dat op het vlak van leren en onderwijs de grens tussen plezier en plicht zal vervagen. Dat zal het gevolg zijn van een gemeenschappelijk kenmerk : het digitale. “Het gaat echt om een ingesteldheid. Ik stel met vreugde vast dat kinderen het leren met een computer veel aantrekkelijker vinden. Misschien is dit een voorbode van een toekomst waarin plezier en plicht niet meer zover uiteen liggen.”

Als keerzijde

van de medaille voorspelt Nicholas Negroponte dat geautomatiseerde systemen op het werk binnenkort heel wat witte boorden overbodig zullen maken een zelfde transformatie heeft ook in de werkplaatsen van de fabrieken plaatsgehad. Is het dan niet het overdenken waard om de ontwikkeling van die systemen een halt toe te roepen ? “Ik denk niet dat het de moeite waard is om daarover na te denken, omdat we gewoon niet in staat zijn om die ontwikkeling te stoppen. Zo’n overweging is niet zinvoller dan de overweging om in de Europese Unie een Commissaris te hebben voor het concurrentiebeleid. Het is idioot. Een zinvolle oplossing is ervoor te zorgen dat de digitale wereld meer jobs creëert dan er overbodig maakt en dat de mensen in hun opleiding de nodige souplesse wordt aangeleerd.”

Fysieke beweging iemand opzoeken, naar iets toe gaan is een wezenlijk element van de menselijke vrijheid. Zullen we meer sedentair worden als we overal heen kunnen gaan zonder van onze stoel te komen ? “Iets in mij hoopt dat het antwoord op die vraag ja is, omdat ik veel te veel reis. Toch zijn er bepaalde lagen in onze maatschappij, zoals bejaarden of gehandicapten, voor wie nu dankzij Internet de levensruimte vergroot. Zal de digitale mens thuisblijven ? Dat betwijfel ik. We stellen vast dat kinderen die geregeld op het Net surfen, er sociale vaardigheden mee opdoen die ze daarvoor niet hadden. Anders gezegd, ze zijn meer ‘van deze wereld’ en hebben een ruimere belangstelling. Ik denk dat de digitale wereld de mensen in het algemeen meer interesses zal bijbrengen. En daardoor zullen ze ook in beweging blijven.”

Nicolas Negroponte : Ik stel met vreugde vast dat kinderen het leren met een computer veel aantrekkelijker vinden. Misschien is dit een voorbode van een toekomst waarin plezier en plicht niet meer zover uiteen liggen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content