Netjes verdeeld

Terwijl Hyundai in Geel de sluiting van zijn graafmachinefabriek aankondigt, bouwt de Zuid-Koreaanse groep in Lummen een distributiecentrum, goed voor 700 miljoen frank investeringen, 60.000 auto-onderdelen, honderd jobs én subsidies. Of juister : Caterpillar Logistic Services bouwt in Lummen een distributiecentrum voor Hyundai. Zoals het dat in Puurs al deed voor Chrysler.

Een half uur heeft het gescheeld. Die dertig minuten hebben ervoor gezorgd dat het Europese distributiecentrum voor auto-onderdelen van de Koreaanse autoconstructeur Hyundai straks vanuit het Limburgse Lummen opereert. Andere Limburgse vestigingsplaatsen Tongeren en Maasmechelen verloren van Lummen. Lummen ligt op een uurtje rijden van Brussel, Maasmechelen en Tongeren op anderhalf uur. Vandaar.

De Koreanen, ook al actief vanuit Geel, hadden nochtans nooit resoluut voor Limburg geopteerd, integendeel. Hyundai heeft niet eens zelf gezocht naar een vestigingsplaats. Die job lieten ze over aan Caterpillar Logistic Services ( CLS), een dochter van de Amerikaanse machinemastodont Caterpillar. CLS heeft momenteel twee Europese vestigingen in Groot-Brittannië, twee in Nederland en telkens één in Frankrijk, Italië, Spanje en België.

De Europese hoofdzetel van CLS ligt in het Vlaams-Brabantse Grimbergen, waar het moederbedrijf Caterpillar via het Grimbergen Distribution Center ook zijn eigen distributie verzorgt. Elders werkt CLS voor klanten als Sun Microsystems, Rover, Hewlett-Packard, Lucas Varity, Hiab, Massey Ferguson, Iscar en Husqvarna. In het Nederlandse Almere verdeelt CLS, voor rekening van de joint venture Mitsubishi Caterpillar Forklift Europe, onderdelen en machines naar dealers van Mitsubishi-vorkliften in Europa, Azië en het Midden-Oosten. En straks verdeelt CLS vanuit Lummen auto-onderdelen voor Hyundai. CLS moest van de Koreanen de geschikte plek zoeken in België, Nederland, Duitsland of Frankrijk.

“De keuzemogelijkheden werden meteen zwaar begrensd,” weet Herman Van Caekenberghe, aankoopmanager. “Het ging al vlug tussen die gebieden waar expansiesteun wordt toegekend.” Erg makkelijk is het echter niet geweest om de Belgisch-Limburgse kaart te trekken. De Duitsers, in casu de regio Bremen, boden aardig wat subsidies en de Nederlanders bombardeerden CLS, zelfs nadat de beslissing pro Lummen al gevallen was, nog met steeds betere voorstellen. CLS heeft, ook al geeft account manager Joe De Saedeleer dat niet graag toe, dan ook het onderste uit de kan gehaald.

Duitsland en Nederland waren harde concurrenten

“De lokale en Vlaamse overheid zijn echt zo ver gegaan als ze konden,” bekent De Saedeleer. Theoretisch leek de as Antwerpen-Brussel de beste plaats voor het distriutiecentrum van Hyundai. Daar grond kopen kost echter al vlug 2000 frank per vierkante meter, dus werd er uitgeweken naar Limburg. Daar betaal je 250 tot maximaal 600 frank per vierkante meter. Bovendien is het in Limburg niet moeilijk om geschikt personeel te vinden. Daarnaast voorziet de Europese Unie aardig wat expansiesteun voor deze regio. Voor alles en nog wat wordt er gesubsidieerd : van de 700 miljoen frank eigen middelen die CLS via het Brusselse Caterpillar-coördinatiecentrum investeert, komt zo’n 12 % terug uit de subsidiepot. Zo werd tot 500.000 frank per gecreëerde arbeidsplaats toegezegd. “Maar,” bevestigt De Saedeleer, “de Koreanen hebben uiteindelijk de doorslag gegeven. Zij hebben geopteerd voor een Europees distributiecentrum in België.” “Verbazingwekkend,” voegt Van Caekenberghe eraan toe, “hoe goed de Koreanen op de hoogte waren van de subsidiemogelijkheden in België.”

Alles leek dan ook in kannen en kruiken : CLS had er een nieuwe klant bij. Die stelde maar één enkele voorwaarde aan het Lummense distributiecentrum : de startdatum 1 januari 1998 moest te allen prijze worden gehaald. No problem, hadden De Saedeleer en Van Caekenberghe hun Koreaanse opdrachtgevers verzekerd. En toch wordt die datum niét gehaald. Op vrijdag 21 februari 1997 kreeg CLS het deksel op de neus van de Raad van State. Dat gebeurde nadat buurtbewoners hadden gemanifesteerd tegen het rooien van een bos op de Lummense industriezone Lindekensveld, nodig voor de bouw van het Hyundai-distributiecentrum. De Raad van State vernietigde de rooivergunning die eerder door het Vlaamse gewest was uitgereikt. De gemeente Lummen had, zo besliste de Raad van State, rond de rooivergunning een openbaar onderzoek uitgevoerd van 15 dagen, terwijl dat wettelijk 30 dagen had moeten zijn.

Prompt stonden de Koreanen bij CLS en heel even leek het erop dat Hyundai het zoveelste bedrijf zou worden dat in Limburg zijn biezen zou pakken zonder er ooit gevestigd te zijn. Meteen werd naar alternatieven gezocht. Het distributiecentrum zou naar Nederland verhuizen of Hyundai zou beslissen om helemaal geen Europees distributiecentrum te bouwen, maar zijn onderdelen te distribueren via Duitse en Britse invoerders. Exit centrum, exit jobs.

Zover is het niet gekomen. De Koreanen gaven de Vlamingen van CLS uiteindelijk nog wat extra tijd en op 14 maart 1997 keurde minister van Leefmilieu Theo Kelchtermans ( CVP) plots de verkoop van 11 hectare grond op Lindekensveld goed. “CLS is nu eigenaar van de gronden,” verklaart De Saedeleer. “De Raad van State schorste de rooivergunning omdat een overheid een openbaar onderzoek 30 dagen moet laten duren. Lummen had een periode van 15 dagen voorzien. Nu moet CLS een nieuw openbaar onderzoek houden en een bedrijf moet dat 15 dagen laten duren.”

“Als je in Vlaanderen iets wil doen, moet je naar 20 loketten om 1001 zaken te vragen. Iemand die van aan de zijlijn toekijkt en een foutje zoekt, zal er eentje vinden. De complexiteit van de wetgeving en de reglementering is hier hét probleem,” meent Van Caeckenberghe.

Gelukkig hebben de Koreanen begrip getoond voor deze kafkaiaanse toestanden. In zoverre zelfs dat ze geen nieuwe deadline hebben vastgelegd. “De Koreanen begrepen dat 1 januari 1998 als startdatum onhaalbaar is. Ze hebben zich erg constructief opgesteld. Ze pushen ons niet. Ze hebben vastgesteld dat wij alles doen wat mogelijk is. Dat lijkt ze voldoende.”

Wanneer de 60.000 verschillende onderdelen voor de Hyundais vanuit Lummen zullen worden gedistribueerd, staat dus nog lang niet vast. Hoe dat zal gebeuren wel. Dat is immers elke dag waarneembaar in Puurs. In Puurs begon CLS in 1994 met een distributiecentrum van 35.000 m2 voor de Amerikaanse autogigant Chrysler. Gestart met 50 werknemers zijn er momenteel al 110 aan de slag. Eind dit jaar tekent Puurs voor 150 jobs. Lummen wil starten met 80 en al vlug groeien tot 100.

“De Belgische loonkosten liggen vrij hoog. In het Nederlandse Almere of in Noord-Frankrijk is arbeid goedkoper. Toch heeft dat het verschil niet gemaakt,” weet Herman Van Caeckenberghe. Verduidelijkt Joe De Saedeleer : “Lummen ligt inzake loonkosten nog aan de goede kant van België. Bovendien wordt de efficiëntie van een distributiecentrum bepaald door de inrichting van het magazijn, door het gebruikte computersysteem, door de organisatie ter plekke én door de productiviteit. En qua productiviteit staan de Belgische werknemers hoog aangeschreven.”

Distributie leidt dikwijls tot strategische investeringen

De diversificatie van Caterpillar in 1996 goed voor 1,3 miljoen dollar winst op 16,5 miljoen dollar omzet richting distributie is er eerder toevallig gekomen. Midden de jaren ’80 sloeg de machinebouwer danig aan het rationaliseren. Het personeelsbestand verminderde wereldwijd van 84.000 naar 57.000. Ook bij Caterpillar in het Luikse Gosselies Caterpillars grootste investering buiten de VS en volgens Herman Van Caeckenberghe “gekend om zijn stakingen maar al bij al een modelbedrijf” deelde toen in de brokken. In Leicester, Groot-Brittannië, werd een leegstaand magazijn gevuld met onderdelen van Land Rover.

Al vlug volgde het voorraadbeheer, de systeemondersteuning én de eigenlijke distributie van de onderdelen over heel Europa. Vandaag doet CLS hetzelfde voor heel de Rover-groep. Het was het begin van Caterpillar Logistic Systems. “We willen ook binnen de distributie onze specialisatie uitbouwen,” verklapt De Saedeleer. “We blijven onze klanten zoeken op de hele distributiemarkt maar gaan niet eender wat distribueren. We richten ons op de duurzame artikelen. Momenteel hebben we onze klanten binnen de automobielwereld en de hightech. We mikken nu nog op de luchtvaartindustrie.”

In Lummen draagt CLS de volle investering. Hyundai is er klant en betaalt een jaarlijkse vergoeding. Het contract tussen CLS en de Koreanen heeft een looptijd van tien jaar. “Nadien zien we wel,” lacht Herman Van Caeckenberghe, die er zeker van is dat ook na tien jaar de samenwerking met Hyundai zal blijven bestaan. Of dat er nieuwe klanten zullen opduiken. Hij maakt opnieuw de vergelijking met Puurs. Ook daar begon CLS uitsluitend voor Chrysler en ook daar wordt nu al aan een groter magazijn gedacht. De Israëlische machinebouwer Iscar en de Scandinavische naaimachinefabrikant Husqvarna laten vandaag ook hun onderdelen over grote delen van Europa distribueren. Ook in Puurs werd begonnen met de verzending naar een beperkt aantal leveringsplaatsen ; vandaag worden in steeds meer landen de Chrysler-dealers zelf van onderdelen voorzien. “In de distributie verleggen de activiteiten zich steeds meer naar de nacht. We werken nu in twee ploegen ; ik vraag me af of er zich geen nachtploeg opdringt,” bedenkt Puurs-manager Willy Uyttersprot.

In Lummen wordt ook in twee ploegen gestart. Op een precieze startdatum wil CLS zich niet langer vastpinnen. “We hebben het vertrouwen van Hyundai. Dat is voldoende,” stelt De Saedeleer. In Lummen zelf wordt Hyundai Motor Company actief met 20 mensen, 2 Koreanen, de rest Belgen, ook al zullen die zich niet inlaten met de eigenlijke distributie-activiteiten. Ze krijgen een eigen verdieping in het gebouw en zullen van daaruit actief worden op het vlak van commercialisatie, de nazorg én de aankoop van auto-onderdelen op de Europese markt. In eigen land zal het nieuwe Hyundai-centrum uiteindelijk maar één enkele klant krijgen : Korean Motor Cy, de firma van de familie Moorkens die Hyundai invoert. Maar vanuit Lummen vertrekken straks wel auto-onderdelen rechtstreeks naar de Belgische dealers.

Besluit Herman Van Caeckenberghe : “Het strategisch belang van distributie-investeringen wordt nog te veel onderschat. Chrysler is in 1994 in Puurs begonnen met het distribueren van onderdelen. Vandaag heeft het Amerikaanse bedrijf zijn commercieel hoofdkwartier in Zaventem ingeplant. Dat zorgt voor nog eens 200 hooggekwalificeerde jobs.”

RON HERMANS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content