‘NEGATIEVE INTREST MAG NIET VERBAZEN’

“Zolang het beleid in een gespreide slagorde blijft aanmodderen, hoeft het niet te verbazen dat beleggers papier met een negatieve rente blijven kopen”, zegt Roland Gillet, hoogleraar financiën aan de Sorbonne en de Solvay Brussels School.

Roland Gillet, hoogleraar financiën aan de Sorbonne en de Solvay Brussels School, wordt vaak als expert geraadpleegd bij pogingen om de problemen van de zwakke landen van de eurozone op te lossen. Hoe kijkt hij aan tegen de berg obligaties met een negatieve rente die oprijst in Europa?

Staan we dicht bij een bubbel?

ROLAND GILLET. “Een bubbel is een moeilijk te omschrijven begrip. Eén zaak is zeker: de negatieve intresten zijn geen randverschijnsel. Je hebt die al geruime tijd op Duitse obligaties. Beleggers kopen Duits schuldpapier tegen die voorwaarden, omdat ze denken dat er een niet te verwaarlozen waarschijnlijkheid is dat de eurozone uiteenspat. Het houdt steek zich in geval van een crisis te verschuilen achter de beste — en meest liquide — debiteur van de eurozone. Ook in de rest van de wereld zijn er velen die niet begrijpen hoe Europa zijn problemen probeert op te lossen. Ook zij stellen zich op achter de meest geloofwaardige schuldenaar van de eurolanden.”

Zijn de investeerders die Franse schuldbewijzen met een negatieve rente kopen eveneens op zoek naar die zekerheid?

GILLET. “Wie Frans of Belgisch schuldpapier met een negatieve rente en met een looptijd van enkele maanden koopt, vreest niet voor de nakende instorting van de euro. Hij koopt dat ongetwijfeld vanwege de licht deflatoire context. Het is niet irrationeel een rente van -0,15 procent te betalen voor overheidsleningen op drie maanden, als er een deflatie van -0,30 procent is. Maar als de economie zich hervat en de intresten plots stijgen, kan dat tot ernstige moeilijkheden leiden. Er zijn niet alleen de problemen voor de herfinanciering van sommige landen, er zijn ook de verliezen op sommige obligatieportefeuilles die op lange termijn werden belegd.”

Hebben die beleggers geen alternatief?

GILLET. “Als een fenomeen lang aanhoudt, moeten we ophouden ons erover te verbazen. Als gesofisticeerde investeerders die zich bewust zijn van de dreiging van een uiteenspattende bubbel, toch nog de voorkeur geven aan beleggingen in papier met een negatieve rente, doen ze dat omdat ze dat alternatief gerechtvaardigd vinden in het licht van een mogelijk langer dan voorziene stagflatie of deflatie, of van een eventuele instorting van de euro. Ze zullen des te meer geneigd zijn dat te doen naarmate de Europese economie moeite heeft weer aan te trekken.”

De indruk bestaat dat de massa’s cash die zo geïnjecteerd worden, geen zuurstof geven aan de reële economie.

GILLET. “Dat komt omdat velen hoopten dat de ECB systematisch de oplossing zou bieden. Goedkoop krediet inbrengen in een vertragende economie is een noodzakelijke, maar niet toereikende voorwaarde. De maatregelen van de ECB werden onvoldoende gevolgd door de regeringen, die structurele hervormingen hadden moeten doorvoeren. Worden de kwaliteit en de rendabiliteit van investeringsprojecten wel voldoende onder de loep genomen? Worden de ondernemingen aangemoedigd om risico’s te nemen?

“Neem het plan-Juncker. Dat heeft echt wel zijn merites. Het mobiliseert aanvankelijk 8 miljard euro. In drie jaar tijd moet dat 315 miljard euro worden. Maar vergeleken bij het bruto binnenlands product van de eurozone, 9700 miljard euro, is dat bijzonder weinig. In de Verenigde Staten hebben de beleidslieden beslissingen genomen op de maat van de uitdaging. Ik ben niet pessimistisch, want we beschikken over de middelen om een beleid te voeren in Europa. We moeten ze alleen meer mobiliseren.”

Wat moet er dan gebeuren?

GILLET. “Er moeten solidaire en verantwoorde beslissingen op Europees niveau worden getroffen — een transfermechanisme invoeren in de eurozone is onontbeerlijk — en vervolgens moeten die maatregelen ook in elk land afzonderlijk worden doorgevoerd. Je moet ervoor zorgen dat kapitaal naar de ondernemingen vloeit. Het is normaal dat iemand die een eigen onderneming begint, sneller rijk wordt als dat lukt. Eén op de drie nieuwe bedrijven gaat binnen de vijf jaar ten onder, zodat het geïnvesteerde geld verloren gaat.

“Tegenwoordig komt de belastingdruk op de inkomsten van iemand die zo’n risico neemt in de buurt van die van een loontrekkende. Zolang het beleid in een gespreide slagorde blijft aanmodderen, hoeft het niet te verbazen dat beleggers zekerheid in de vorm van activa met negatieve rente blijven kopen.”

PIERRE-HENRI THOMAS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content