‘Mensen zijn niet happig op invasieve surveillance’
Door de coronacrisis wordt het gebruik van ingrijpende elektronische surveillance bespreekbaar. En voor het massale thuiswerken wordt vaak gegrepen naar onveilige tools van techgiganten. Volgens VUB-hoogleraar Rosamunde van Brakel, die is gespecialiseerd in surveillance en privacy, denken we beter eerst goed na voor we dat doen.
De populaire videoconferentietool Zoom moest vorige week zware veiligheidsproblemen opbiechten.
ROSAMUNDE VAN BRAKEL. “Ik lees veel kritiek op Zoom van privacy- en surveillance-experts. Je kan als individu het gevoel hebben dat je niet om pakweg Zoom of Whatsapp heen kan, maar organisaties en bedrijven denken het best grondig na vooraleer ze zo’n toepassing gebruiken. Het mag dan niet alleen over privacy en veiligheid gaan. Minstens even belangrijk is dat ze de impact op hun organisatie proberen in te schatten, of zo’n tool een meerwaarde is, en hoe afhankelijk ze worden van techbedrijven.”
Privacy lijkt sinds een aantal weken wel minder een bekommernis.
VAN BRAKEL. “Misschien vooral bij beleidsmakers. Uit twee opiniepeilingen in Vlaanderen sinds de invoering van de strenge maatregelen van midden maart blijkt dat slechts één op de twee respondenten bereid is een app te installeren die hun locatie of persoonsgegevens deelt om besmettingen sneller op te sporen. Ondanks de coronacrisis zijn mensen duidelijk niet happig op invasieve surveillance.”
Her en der gaan stemmen op voor een noodwet die de GDPR-privacyregels wat afzwakt.
VAN BRAKEL. “Volgens de huidige regels is al veel mogelijk. Zo valt het gebruik van geaggregeerde data, waarbij de gegevens van individuele gebruikers niet meer te achterhalen zijn, niet onder de GDPR. Totaal ongevaarlijk is dat niet. Onderzoek heeft aangetoond dat zo’n bigdatagebruik kan leiden tot discriminatie en meer sociale ongelijkheid. Voor de traceer-apps, die persoonlijke data gebruiken, moet de gebruiker toestemming geven. Daarom twijfel ik aan de effectiviteit van de apps die nu circuleren. ”
In Singapore zou slechts één op de zes inwoners een traceer-app hebben geïnstalleerd.
VAN BRAKEL. “Singapore is daarom opnieuw meer op social distancing beginnen inzetten. Het gebruik en de verantwoording van technologie is niet altijd wetenschappelijk onderbouwd. Er wordt ook te weinig rekening gehouden met de sociale context. Na de uitbraak van ebola in West-Afrika werd zwaar ingezet op bigdatatoepassingen om het virus onder controle te houden. Dat draaide uit op een mislukking, omdat er niet was nagedacht over de sociale context.
“Ik zie iets vergelijkbaars gebeuren in België. Er is wel een federale taskforce en een ethisch comité die zich over de apps en andere technologie buigen, maar ik vraag me af of ze voldoende voeling hebben met de sociale praktijken. Veel kinderen en ouderen hebben bijvoorbeeld geen smartphone, en een grote groep is weigerachtig. Het beleid is nog te veel gericht op loutere technologische en economische aspecten en niet genoeg op de publieke gezondheid en de sociale gevolgen van het gebruik van de technologie.”
Het massale thuiswerken versterkt techreuzen als Google en Facebook.
VAN BRAKEL. “Hun impact moet nog duidelijk worden. Het kan alle kanten uit. Voor hetzelfde geld wakkert deze crisis massaal het bewustzijn bij burgers en bedrijven aan om zorgvuldiger om te springen met persoonsgegevens.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier