Marcolini schaaft bij

Chocolademaker Pierre Marcolini laat zich niet afschrikken door de tegen-slagen van vorig jaar toen Nestlé 29 procent van de aandelen in handen kreeg, kaderleden opstapten en dure verhuizingen niet plaatsvonden. “Het herstel van de rendabiliteit is de belangrijkste doelstelling en in 2011 bereiken we het evenwicht.”

Op het industrieterrein van Haren wacht Pierre Marcolini, gekleed in een smetteloze schort versierd met zijn handtekening, aan de deur van zijn fabriek. Binnen zijn de chocolatiers en arbeiders druk in de weer. In het atelier van 1500 vierkante meter wordt de couverture op punt gesteld, de karamel met gezouten boter bereid, worden de amandelen uit Slovenië geroosterd en wordt alles ingepakt voor de achttien binnenlandse en internationale verkooppunten.

Chocolats de l’Iris, de vennootschap die zich bezighoudt met de productie en de distributie, is op voet van oorlog. Nestlé heeft 29 procent van het kapitaal ingepalmd. De kaderleden Patrick Aubrion, chef-patissier; Thomas Meisser, operationeel directeur en Laurence Paquet, financieel directeur, hingen hun schort aan de haak. Dure verhuizingen werden afgeblazen, want de productie ging normaal van Haren naar Neder-Over-Heembeek en de boetiek op de Zavel zou verkassen naar de Grote Markt. De Antwerpse en Parijse vestigingen slorpen massa’s cash op, de thesaurie raakt in de moeilijkheden, enzovoort.

“We hebben fouten gemaakt, maar alles gaat goed”, beweert Marcolini. “Laten we vooral onze financiële toestand in perspectief brengen.”

Zes miljoen euro

De meest getalenteerde ambachtelijke chocolademaker van zijn generatie ziet de intocht van Nestlé als een ‘bewijs van vertrouwen’, eerder dan de verkoop van zijn ziel. “Wat kan er nu waardevoller zijn dan de financiële steun en de logistieke expertise van een groep als Nestlé? Het ambacht moet de moderne weg opgaan.”

Nestlé helpt intussen de Chocolats de l’Iris om de balanspil te verzachten door zijn participatie te consolideren met een schuldverlaging. Een boekhoudkundige operatie die sereen onthaald wordt. Net zoals overigens in 2007, toen de reus uit Vevey binnendrong in het kapitaal van Pierre Marcolini via de holding Regout Invest. De partners ondertekenden toen een conventie die Nestlé toeliet om op te klimmen tot 44 procent van het kapitaal in ruil voor 15 miljoen euro in de vorm van een lening.

Op dit ogenblik zou de Brusselse chocolatier daarvan 10 miljoen aangesproken hebben. “We hebben die hele lening niet opgenomen en we voorzien ook niet dat we in de nabije toekomst het restant aanspreken”, verzekert Marcolini. Als tegenprestatie dient hij de Helvetische reus creatief van advies om hem te helpen met zijn premiumchocolade.

Dat Nestlé zijn intrede zou doen, was voorzien. De financiële resultaten van de chocolatier waren dat een stuk minder. De omzet van de Chocolats de l’Iris – die de jongste jaren gestaag toenam met iets van een miljoen euro per jaar – ging er met 10 procent op achteruit tot 7,3 miljoen euro, terwijl de algemene kosten en de personeelslasten stevig stegen.

De voorbije tien boekjaren was de onderneming vier keer lichtjes winstgevend. Naast het boekjaar 2007-2008, dat gekenmerkt werd door een boekhoudtekort dat deels toe te schrijven was aan de liquidatie van activa, baarde vooral het zware verlies van 3,4 miljoen euro in 2008-2009 zorgen. Het boekjaar dat in juni 2010 afgesloten werd, vertoont volgens de eigenaar weliswaar ‘een duidelijke verbetering’, maar als binnenkort de resultaten gepubliceerd worden, komt een verlies van om en bij de 1,5 miljoen euro aan het licht.

De vennootschap Chocolats du Sablon, het filiaal dat de eigen boetieks in België beheert, komt er nauwelijks beter af. Vorig jaar was er een verlies van 364.000 euro en daalde de omzet met 20 procent tot 6,7 miljoen euro. Ook de dochter Marcolini France zakt in het rood met een verlies van bijna een half miljoen euro op een omzet van 700.000 euro.

“Die verliezen zijn te verklaren door de crisis die ons net als zoveel kmo’s treft, door de opstartmoeilijkheden van onze boetieks in Antwerpen en Parijs en door ons beleid van versnelde afschrijving”, rechtvaardigt Marcolini zich. De laatst gepubliceerde balans werpt een licht op dat beleid (uitzonderlijke lasten, waardevermindering van financiële vaste activa voor meer dan 1,9 miljoen euro), maar toch verzekert de chocolademaker dat het vooral de grote projecten zijn die op de rendabiliteit wegen.

“Ik zou veel geld kunnen uitsparen door onze winkels in Parijs te sluiten of door de kwaliteit van mijn producten iets naar beneden te halen, maar dat is niet mijn filosofie. Ik ga voluit voor ontwikkeling en de jongste twee jaar heb ik veertien projecten gelanceerd voor een totaal van 6 miljoen euro.”

Anticrisisrecepten

“Sinds 2007, na vijf jaar onderzoek waarin ik deels samenwerkte met Callebaut en Valrhona, ben ik teruggekeerd naar de essentie van de stiel. Ik produceer nu elk jaar 150 ton van mijn eigen couverture.” Die vrijheid heeft een prijs: modernisering en aankoop van machines en materiaal, installatie van een regenwateropvangsysteem, enzovoort.

Geschatte kostprijs: 3 miljoen euro.

Tegelijk kon Marcolini de smaak van zijn tabletten verfijnen door exclusiviteitscontracten te tekenen met Cubaanse, Peruaanse, Venezolaanse en Javaanse producenten. “We werken met twaalf soorten cacaobonen. Sommige daarvan kosten 12.500 dollar per ton!” Dat is heel wat meer dan de koers van de chocolade op de grondstoffenbeurs, maar daar maalt Marcolini niet om. Hij wil de beste bonen om een uitzonderlijk product aan te kunnen bieden en zich tegelijk op te werpen als een heraut van de eerlijke handel. Hij verwijst ook naar de lancering van zijn macaronlijn.

Een ander zwaar project is de invoering van geïntegreerde beheersoftware (ERP) voor een betere controle van de aankoop, de verkoop, de voorraad en de productieplanning. Naar de buitenwereld toe heeft de chocolademaker 300.000 euro geïnvesteerd om zijn digitaal visitekaartje op te smukken. Sinds september is er een nieuwe e-commercesite online.

En ten slotte heeft, zoals overeengekomen toen Nestlé mee aan boord kwam, de expansie van het netwerk van boetieks zich sinds 2009 onder verschillende vormen voortgezet. Eerst met de opening van een tweede vestiging in Parijs, een winkeltje in de Eurostarterminal in Brussel-Zuid en een verkooppunt in de Kerkstraat in Antwerpen. Onlangs opende ook een pop-up store de deuren in het Woluwe Shopping Center. “Met die tijdelijke winkel bereiken we een ander publiek dan op de Zavel of de Louizalaan. In Japan stappen we met dat systeem tijdens de valentijnsperiode over van vier naar 80 winkels.”

Marcolini, die bijna de helft van zijn omzet op de export realiseert, steekt zijn internationale ontwikkelingsplannen niet onder stoelen of banken. “In juli 2011 openen we een vijfde winkel in Japan en ik hoop binnenkort nog andere verkooppunten of boetieks te openen in Londen, aan de Azurenkust, in Sjanghai en in Taiwan.”

VALÉRY HALLOY

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content