LOONWIG. Waar blijven de jobs ?

Belgische werknemers kosten veel en verdienen weinig. Er is meer ekonomische groei, de jobs blijven schaars. België moet door een revolutie.

Iedereen heeft het over ekonomische groei. Maar aan onze werkloosheid merk je dat niet of nauwelijks. Onze groei is dus op zijn zachtst gezegd arbeidsonvriendelijk. Paul De Grauwe, buitengewoon hoogleraar aan de KU-Leuven en VLD-senator, wijst de grote loonwig aan als voornaamste schuldige : “Onze hoge sociale bescherming leidt tot arbeidsmarkten die vierkant draaien. Neem het wettelijk minimumloon. Dat stoot ongeschoolden gewoon uit de arbeidsmarkt. Vooral het samenspel minimumloon-loonwig speelt ons parten. Garandeer je iemand een maandloon van 40.000 frank, dan betaal je als loonkost al vlug het dubbele. Het spreekt voor zich dat dit het scheppen van jobs niet bevordert. Maar wat is het meest opvallende effekt daarvan ? Dat patroon en arbeider tegen hetzelfde werk verschillend aankijken. 80.000 frank is niet niks. De werkgever verwacht dan ook dat zijn arbeider zich daarvoor dubbel plooit. Die arbeider bekijkt het heel anders. Hij vindt 40.000 frank de helft van zijn produktieve inzet zeker niet overbetaald. Integendeel : voor hem is de inspanning die zijn baas vraagt helemaal niet in balans met wat hij ervoor krijgt. De werkloosheidsuitkering giet hier nog wat olie op het vuur : zonder een stro te verleggen, ontvangt een arbeider, als gezinshoofd, sowieso 32.000 frank per maand. Om 8000 frank meer op zak te steken, eist zijn werkgever van hem een inzet die in geldwaarde tienmaal hoger is.

Velen bedanken voor die bedenkelijke eer. Vooral de ongeschoolden. Juist voor hen immers is het verschil tussen wat ze met en zonder hard labeur kunnen vangen zo klein. Het systeem moedigt hen aan om zeker niet te werken en permanent in een afhankelijkheidspositie te blijven. De vele langdurig werklozen zijn in een valkuil terechtgekomen, voor hen gegraven door welmenende sociale hervormers. Ze willen zich wel inzetten, maar worden hiervoor nauwelijks vergoed. De spanning tussen inkomen bij werken en niet werken is wel groter bij hooggeschoolden. Voor hen is de sociale valkuil dan ook veel minder diep. “

SZ-BIJDRAGEN OMLAAG.

Mogen we uit deze analyse afleiden dat de professor (én overheidsdienaar) zwartwerk met de mantel der liefde bedekt of zelfs etisch verantwoord vindt ? De Grauwe : “Voor velen is het de enige manier om uit die valkuil te geraken. Ook werkgevers staan met de rug tegen de muur. Hoe een voorbeeldig medewerker extra belonen ? Elke 100 frank loonsverhoging kost hen 134,9 frank en daarvan strijkt de werknemer er slechts 65,2 op. ” De sociale-zekerheidsbijdragen moeten omlaag, vooral de patronale. Maar… hoe ? Lineair, voor iedereen met eenzelfde percentage ? Of forfaitair, zoals het Maribelsysteem ? “Een selektieve vermindering lijkt op het eerste gezicht wel effektief, ” aldus De Grauwe. “Maar dat leidt zeer snel tot scheeftrekkingen en ongezonde toestanden. Kijk naar het jongerenbanenplan. Dat spoort aan tot langdurige werkloosheid. En hoeveel van die mensen raken er dan nog uit ? ” Beweerde minister van Arbeid Miet Smet van haar plan niet juist het omgekeerde ? Paul De Grauwe : “Inmiddels heeft zij wel het selektieve karakter opgegeven. Alleen een lineaire verlaging zal de langdurige werkloosheid verminderen. ” Is dat budgettair haalbaar ? Professor De Grauwe geeft toe dat dit op korte termijn geen goede zaak is voor het budget : “De verhoopte terugverdieneffekten via toegenomen werkgelegenheid vragen tijd. Dat woord rijmt niet met het elektorale denken. Budgettair de brug slaan tussen korte en lange termijn is een knelpunt. Maar een lineaire ingreep is ook politiek niet zo aantrekkelijk. Dan kan niemand een pluim op zijn hoed steken voor de resultaten. En van een maatregel, gericht op een doelgroep, zie je die onmiddellijk. Van verdringingseffekten zwijg je dan best in alle talen. Omwille van het begrotingsprobleem op de korte termijn moet een lineaire verlaging willens nillens samengaan met sleutelen aan de uitgavenzijde van de sociale zekerheid. “

FISKALITEIT.

Idem voor de fiskale druk. Arthur B. Laffer, ekonomisch advizeur van ex-president Reagan, tekende ooit een mooie curve. Die illustreert glashelder dat het verhogen van belastingtarieven de overheidsinkomsten kan verlagen en omgekeerd… Zit België al op de top van die grafiek ? “Ook hier moet je korte en lange termijn apart bekijken, ” verduidelijkt De Grauwe. “De belastingdruk verhogen, brengt op korte termijn geld in het staatslaatje. Op lange termijn gaan de recente fiskale verzwaringen de belastbare basis verder doen afkalven. Pogingen om door belastingverhoging de gaten in de staatskas te dichten, wreken zich dus op de lange termijn. Zij doen het tekort toenemen. Daarvoor zorgen meer zwartwerk, arbeidsuitstoot en delokalizatie. ” Eigen schuld, dikke bult.

Het verzekeringsprincipe dient in ere hersteld te worden : de bijdragen moeten opnieuw in een wat redelijker verhouding komen tot de verzekerde risico’s. Kinderopvang, schoonmaak en tuinonderhoud weer op de markt brengen door deze fiskaal aftrekbaar te maken ? Paul De Grauwe vindt dat geen kwaad idee : “Witwerk moet fiskaal worden aangemoedigd. Dienstencheques ruiken weer naar een bureaukratische aanpak. Ook de klusjesdiensten zullen volgens hem al vlug gepolitizeerd geraken. Nog zo’n voorbeeld van een selektieve, dus discriminerende aanpak, of niet soms ? “

BDB

PAUL DE GRAUWE (KU-LEUVEN) “Geen selektieve, maar een lineaire verlaging van de sociale werkgeversbijdragen zal de langdurige werkloosheid verminderen. “

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content