L&H (2). Kompensatie is relatief

De door LHS beloofde financiële tegemoetkoming (zie hierboven) vergt toch enige nuance. Ze dient enkel als “opvangnet”, indien de zaken slecht zouden gaan. De kompensatie wordt niet uitgekeerd als de koers van het LHS-aandeel na 180 dagen boven de 14,72 dollar-grens blijft hangen. Trouwens, in geen van beide gevallen bereikt de Westvlaamse belegger het winstniveau dat hij kon halen indien hij voor één obligatie 91 aandelen had ontvangen.

Nochtans was in de prospektus voor de uitgifte van de obligatielening wel degelijk rekening gehouden met een “duurdere” 17 tot 23 dollar. De minimumprijs van 14,72 dollar oogde toen voor de belegger als een stimulans om in te tekenen. LHS opteerde echter voor een “goedkopere” introduktieprijs van 11 dollar op de Nasdaq, om meer investeerders over de drempel te helpen. Ten nadele dus van de Westvlaamse belegger ?

Pol Hauspie : “We konden niet voorzien dat er zich, anderhalf jaar na de uitgifte van de obligatie, een beurskorrektie zou voordoen van 30 à 40 %. De konkurrentie was enorm. In de week vóór de Nasdaq-introduktie alleen al waren er 130 roadshows voor bedrijven die een notering op de beurs wilden. “

Blijft het feit dat een Amerikaanse (institutionele) belegger die vorige week LHS-aandelen kocht op de Nasdaq, dit op een goedkopere wijze kon doen nl. vorige vrijdag 4 uur lang tegen koersen van 11 à 14 dollar dan de Westvlaamse belegger (die per slot van rekening 14,72 dollar betaalde). Ook de winstmarges op de Nasdaq lagen hoger : een spekulant die vrijdag aan de beginprijs kocht van 11 dollar en maandag verkocht aan 20 dollar, boekte 82 % rendement.

Een vreemde vaststelling, vooral als je bedenkt dat een Westvlaamse investeerder zijn zuurverdiende spaargeld toevertrouwde aan LHS toen het bedrijf nog in veel moeilijker marktomstandigheden verkeerde. “Dat klopt, ” zegt Pol Hauspie. “En we beseffen dat ook. Vandaar onze financiële kompensatie, die we op eigen risico nemen en waartoe we wettelijk niet verplicht waren. Dat iemand hogere winsten boekt op de beurs, hoort nu eenmaal tot de regels van het spel. Het risico dat hij neemt is er ook veel groter. Vergeet niet dat de Westvlaamse belegger in ’94 zijn kapitaal aan ons ter beschikking stelde via een obligatielening. Zij verdienden hier sowieso 7,5 % intrest op en konden vóór de beursintroduktie en zelfs als we niet naar de beurs trokken steeds hun geld terug opvragen. Bovendien oogt hun winstmarge, zeg nu zelf, toch redelijk goed. “

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content