KUNNEN VLAAMSE BEDRIJVEN DOORGROEIEN?

Er wordt reikhalzend uitgekeken naar het congres op dinsdag 17 oktober van de Vlaamse werkgeversvereniging Voka. Bij zijn aanstelling schetste Voka-voorzitter Urbain Vandeurzen de contouren van een ambitieus plan. Hij wil Vlaanderen een wegenkaart aanbieden die moet leiden tot internationaal succes.

Drie kernbegrippen onderstutten het Voka-plan: talent, innovatie en internationalisering. Drie zaken waar Vlaanderen zwak scoort. De investeringen in O&O liggen niet hoog genoeg en zijn te geconcentreerd bij een handvol bedrijven. Met de internationalisering is het niet veel beter gesteld. Hoeveel Vlaamse bedrijven slaan hun vleugels uit buiten de landsgrenzen? Er worden meer bedrijven overgenomen dan dat we zelf overnames doen. Talent ten slotte. Inspanningen om de braindrain te stoppen door middel van een lastenverlaging voor onderzoekers, bijvoorbeeld, zijn een eerste stap. Maar met de opleiding aan onze universiteiten gaat het niet zo goed.

Toch zijn er tal van bedrijven die scoren. In Trends schetsen we deze week een uitgebreid portret van een van deze Vlaamse toppers: Metris (zie blz. 34). Metris werd elf jaar geleden opgericht als een spin-off van de KU Leuven en is inmiddels uitgegroeid tot een bedrijf met 369 werknemers. Via negen overnames, op één na allemaal buitenlandse, heeft Metris nu drie hoofdzetels: België, de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. En met vestigingen in China, India en Rusland. Metris is een global company.

Ook aan de tweede Voka-factor – innovatie – beantwoordt Metris. In zijn markt – de metrologie – gebruiken de drie marktleiders nog steeds klassieke technologie. Metris zit een bank vooruit doordat het de basistechnologie die aan de KU Leuven werd ontwikkeld verder uitbouwde en aanvulde met ingekochte technologie via de overnames.

Je kan geen bedrijfsleider spreken of hij klaagt over het gebrek aan talent en de beperkingen die dat geeft voor de groei. Het Britse blad The Economist wijdt er in zijn jongste nummer een ‘special report’ van vijftien bladzijden aan. Metristopman Bart Van Coppenolle klaagt niet. Via de overnames heeft hij niet alleen technologie gekocht, maar ook ingenieurs.

Zou het sneller kunnen gaan? Zeker. Volgens Van Coppenolle zou hij met een dubbel zo lage loonkost twee keer zo snel kunnen groeien. Het toont aan dat het klassieke vakbondsverhaal – innovatie is belangrijker dan pure loonkosten – niet klopt. Het is niet of-of, het is en-en. Dat is een belangrijke boodschap voor tijdens de nakende interprofessionele onderhandelingen.

Metris wordt nog door een tweede handicap afgeremd: kapitaal. Het Leuvense bedrijf heeft nu een volledig technologisch aanbod en wijzigt daarom zijn strategie. Via overnames wil het nu voor marktaandeel gaan in plaats van technologie. Dat betekent dat het grotere spelers moet kopen en dat het dus meer geld op tafel moet leggen. De belangrijkste financier, de Gimv, wil dat spoor niet volgen. De Gimv heeft haar interne limieten bereikt in Metris.

Kan er nieuw geld worden gevonden? Een beursgang kan de uitweg zijn. Maar dat houdt ook risico’s in, kijk maar naar het debacle dat Option momenteel doormaakt (zie opinie hieronder). Misschien is Vlaanderen nog niet voldoende volwassen op financieel gebied om van Metris een wereldtopper te maken. Benieuwd of Urbain Vandeurzen ook voor dat probleem een oplossing zal hebben.

Guido Muelenaer

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content