KLINKENDE KASSA

Allereerst zou ik u willen feliciteren met uw artikel “De klinkende kassa” (Trends nr. 29/30). Niet alleen was het bijzonder informatief, bovendien toonde het aan dat de strip een steeds belangrijker wordende rol in de economie te vervullen heeft.

Desondanks zou ik een kanttekening willen maken bij een uitspraak, met name : “… waardoor Casterman manga’s Japans voor stripverhalen in het Frans kan uitgeven. De goedkope, en door seks en geweld overheerste strips…” Door dit zomaar in uw artikel te vermelden, zonder omkadering, bevestigt u de nu overheersende mening dat alle uit Japan afkomstige strips bulken van het geweld, pornografie of zelfs een combinatie van beide. Deze indruk verdient echter meer dan een nuancering.

Allereerst moet u weten dat in Japan strips zelf veel meer deel uitmaken van het alledaagse leven. De oplagen zijn er zo gigantisch dat elke Europese uitgever er enkel van kan dromen, de invloed op de maatschappij is er veel groter dan hier (zo kiezen bijvoorbeeld verscheidene ministeries ervoor om brochures in mangavorm uit te geven) en de diversiteit van de manga is enorm. Om het kort samen te vatten : er bestaat letterlijk voor ieder wat wils. Er zijn avonturenstrips, romantische strips, godsdienstige strips, strips voor vrouwen, strips voor managers, strips over golf, oorlogstrips, strips over stakingen,… en inderdaad ook gewelddadige en erotische strips. Toegegeven, deze laatste categorie kan naar westerse normen inhoudelijk soms extreem overkomen door incorporatie van veel geweld, sexuele afwijkingen, of zelfs verkrachtingen. Anderzijds zal men in manga’s minder visueel naakt aantreffen dan in de gemiddelde reclameonderbrekingen die op onze Vlaamse televisie zo overvloedig te zien zijn. Deze wat bizarre combinatie is een gevolg van artikel 175 van de Japanse strafwet, dat dusdanig geïnterpreteerd wordt dat enkel het visuele wordt gecensureerd, doch de inhoud hiervan gevrijwaard blijft.

Belangrijk is echter dat erotische en gewelddagige strips slechts een 5 à 10 % van het totale aanbod uitmaken. De overige 90 % zijn van een veel rustiger aard. Hoe komt het dan dat men in het Westen zo’n vertekend beeld heeft gekregen ? Eenvoudigweg omdat de eerste bedrijven die Japanse strips (en tekenfilms) zijn beginnen vertalen gretig uit die 10 % hebben geput, omdat ze zich in de eerste plaats op de categorie van de fans van horror en cultverhalen hebben gericht. Japanse tekenfilms gingen verder dan Walt Disney en dat zou men geweten hebben ! De kranten en magazines die hierover berichtten, hebben het gewelddadige en erotische aspect nog eens extra belicht en iedereen was er al gauw van overtuigd dat het met de zeden van de modale Japanner wel bijzonder slecht gesteld moet zijn. En dit idee is nu bijzonder moeilijk te corrigeren, niettegenstaande de inspanningen van een nieuwe generatie uitgevers om uit de overige 90 % van het aanbod een vertaalde selectie aan te bieden. Ook Casterman hoort daar overigens bij, zodat uw uitspraak wel bijzonder ongelukkig overkwam.

Zoals gezegd, uw artikel was bijzonder informatief en verdient alle lof. Ik stuur u deze reactie dan ook enkel op omdat vooroordelen snel gevormd zijn. Ze uitroeien is echter een stuk lastiger…

Emmanuel Van Melkebeke, hoofdredacteur JAMM !, Gent.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content