KIEZEN VOOR DE KORTE PIJN

Voor 2015 heeft de regering-Michel het budget voor de ziekteverzekering begroot op 23,8 miljard euro. Een jaar eerder was dat ruim 27,8 miljard euro. Een immense besparing van 4 miljard, zo lijkt het wel. In werkelijkheid is het gros van die daling in de federale uitgaven voor gezondheidszorg het gevolg van de zesde staatshervorming. En van het bevriezen van de begrotingsnorm op 1,5 procent, de inflatie niet meegerekend. De jongste jaren lag die groeimarge steevast boven 3 procent.

Uiteindelijk plant minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Maggie De Block (Open Vld) in 2015 voor slechts 355 miljoen euro besparingen. Het verklaart waarom het protest al bij al bescheiden is gebleven. Het christelijke ziekenfonds onthield zich weliswaar in het Verzekeringscomité bij de stemming over het budget en het socialistische ziekenfonds hakte kort voor de nationale stakingsdag in op de besparingsplannen, maar al bij al was dat veeleer pro forma.

Een en ander is allicht te verklaren door de geloofwaardigheid van De Block. Zo leeft de indruk dat de besparingen een mentaliteitswijziging in de richting van doelmatiger gezondheidsbeleid lijken aan te kondigen. “Het is perfect mogelijk 355 miljoen te besparen zonder te snijden in de kwaliteit van de zorg”, beaamt gezondheidseconoom Lieven Annemans. “Voorwaarde is wel dat het beleid zich concentreert op de verspilling in de ziekteverzekering. Volgens mijn berekening bedraagt die toch zo’n 1,5 miljard euro.”

Waar wordt er dan zoal bespaard? Er is 17 miljoen euro minder budget voor het globaal medisch dossier. Het uitstel van de verplichte derdebetalersregeling voor chronisch zieken levert 38 miljoen op. De geneesmiddelenindustrie moet voor 89 miljoen euro maatregelen uitwerken. De artsen leveren als compensatie voor de indexsprong 70 miljoen euro erelonen in. Het remgeld bij specialisten wordt bovendien gelijkgeschakeld naar een systeem van forfaits, dat betekent voor de patiënt geregeld een verhoging, maar het Riziv bespaart intussen 32 miljoen.

Accentverschuivingen

“Er zitten bij de besparingen een aantal interessante accentverschuivingen”, zegt Annemans. “Zo wordt bijvoorbeeld bij nierdialyse de thuisdialyse gestimuleerd. Dat gebeurde tot op heden meestal in een ziekenhuis, met forse meerkosten als gevolg. Voorts zie je ook in de geneesmiddelenpolitiek een wijziging. Minister De Block richt zich niet enkel op de prijs, ze wil ook het volume, meer bepaald het overmatige geneesmiddelenverbruik, aanpakken.”

De belangrijkste besparing voor de overheidsfinanciën blijft echter de bewuste keuze om de groeinorm af te toppen op 1,5 procent. De sector moet daardoor niet inleveren, maar ziet zijn inkomsten wel minder snel stijgen. Als het beleid ongewijzigd was gebleven en het groeiritme van 3 procent gehandhaafd, dan zou de ziekteverzekering ruim 25 miljard van de begroting opslokken. “Die groeinorm van 1,5 procent is toch streng”, argumenteert Annemans. “Het planbureau schuift als gevolg van de vergrijzing een jaarlijkse groei van 2,1 procent als wenselijk naar voren. Het was misschien beter geweest eerst de verspilling aan te pakken en een hogere groeinorm toe te laten. Maar blijkbaar kiest deze regering voor de korte pijn en wil ze liever een constant groeiritme opleggen.”

R.B.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content