Kies de beste fondsbeheerder

Door wie moet u uw fondsen laten beheren? Veel klanten zijn slecht geïnformeerd en laten zich door verkopers overdonderen. Maar dat zijn bijna nooit de betere presteerders. Lage kosten zijn meestal een sterke indicator van de toekomstige superioriteit van een fonds.

Beleggers die zelf hun portefeuille stuk na stuk samenstellen en opvolgen, vormen hooguit 10% van de beleggersmarkt. De anderen laten zich één of meerdere beleggingsfondsen verkopen of, als ze meer vermogend zijn, wenden zich tot een discretionair vermogensbeheerder voor het geheel van hun vermogen. Volgens Charles Munger, het alter ego van beursgoeroe Warren Buffett, is het uitkiezen van een money manager die uw geld op zo’n manier zal beheren dat u beter zal doen dan het gemiddelde van de markt, “een van de vragen die het leven interessant maakt”.

Geen tijd. Het is inderdaad zo dat we niet genoeg tijd, kennis en belangstelling kunnen opbrengen om zelf onze portefeuille te beheren. Maar door welke fondsbeheerder moeten we ons laten overtuigen? De verkopers staan elkaar te verdringen, want beleggingsfondsen worden verkocht, niet gekocht. Sommigen trachten ons te overtuigen door hun standing, anderen door hun brochures, nog anderen pogen rationele argumenten aan te brengen. De meeste grote fondsbeheerders brengen elke maand twee tot drie nieuwe fondsen uit; de ene variant van een clickfonds volgt de andere op.

Als klant mag je je afvragen of je met deze werkwijze wel gediend bent. Haal je op deze manier een betere return op de lange termijn? En vandaag is het een goed moment om als belegger iets langer bij die vraag stil te staan. Ik hoor van verschillende mensen dat hun vermogen weer het niveau van 1996 heeft bereikt. Wat heeft de fondsbeheerder die u toen een product met een zogezegd superieure langetermijnstrategie verkocht, nu te vertellen? De meeste zwijgen.

En bestaan er überhaupt in België of elders beleggingsfondsen met een return die op de langere termijn veel betere resultaten dan het gemiddelde van de markt boekt? Bestaat er een Belgische of Europese variant van de legendarische John Neff, die van 1965 tot 1995 2,5 keer het resultaat van de S&P500 neerzette, en gedurende twintig van de dertig jaar de index overtrof?

John Bogle heeft over beleggingsfondsen veel waardevolle research verricht en was ook de stichter van de Vanguard Group die het Windsor-fonds van Neff patroneerde evenals de grootste indexfondsen. Voor hem is Neff de uitzondering die de regel bevestigt dat passief beheer gemiddeld genomen en over wat langere perioden aantrekkelijker is dan actief beheer. Als de kopers van beleggingsfondsen deze stelling iets beter begrepen, waren er veel minder fondsen en waren de returns van die beleggers gemiddeld genomen hoger.

Passief beheer wint. Gemiddeld genomen moet passief beheer inderdaad winnen, want als we alle aandelen als een groep beschouwen, zal de index die deze aandelen aanhoudt volgens de respectieve gewichten, exact de return van die index reproduceren. De beleggers die als een groep alle aandelen bezitten, hebben echter beheers- en managementkosten die de index niet heeft. Als een groep hebben de actieve beheerders een achterstand op de index van precies het bedrag van de kosten die ze (moeten) maken. De bruto-opbrengst min de kosten van de financiële tussenpersonen is gelijk aan de netto-opbrengst. Het verschil tussen de marktopbrengst en de opbrengsten van de beleggers als een groep wordt bepaald door de kosten. De totale kosten van beleggingsadvies, marketing, administratie, verkoopcommissies enzovoort in de VS belopen volgens de raming van Bogle 2,5% op een gemiddelde return van 10%, dat wil zeggen een kwart. We mogen aannemen dat het in België, zeker na de jongste verhogingen van de kosten van beleggingsfondsen, niet anders is.

Dus de fondsbeheerders met superieure returns zullen de marktreturn overtreffen ondanks de beheerskosten die ze moeten dragen. Een interessante vraag is dus of er fondsen zijn die meestal vooroplopen. In België is hierover slechts sporadisch onderzoek gedaan. Maar we mogen aannemen dat er bij ons, zoals elders, een beperkt aantal fondsen zijn die over een periode van twintig jaar tot de topfondsen behoren die gewoonlijk de markt overtreffen. Maar opgelet, er zijn niet zoveel fondsen bij ons die al twintig jaar bestaan.

Hoge verkoop, lage return. Een winnende, actief beherende vermogensadviseur kiezen is moeilijk, omdat succesvol beleggen in liquide, actieve en goed geïnformeerde markten moeilijk is. Briljante, goed opgeleide professionelen wedijveren met elkaar. Met de wetenschap dat beleggen een neutrale operatie is vóór kosten en een verloren spel ná kosten, kan slechts een heel klein deel de markt overtreffen. Alle managers stellen als doel de index te kloppen, maar op lange termijn haalt misschien 5% die doelstelling. Het is moeilijk, zeg maar gerust onmogelijk, om vooraf te weten wie. In mijn observatie gaan de grootste verkoopinspanning en de superieure return nagenoeg nooit samen.

Het besluit van de research van Bogle is dat het beheer van uw geld door managers rendabeler zal zijn als u uitgaat van die enkele breed gespreide fondsen die een betere gemiddelde return voor lange perioden kunnen voorleggen. Fondsen met betere returns op lange termijn hebben gemiddeld genomen een marginaal voordeel tegenover de index. Kiezen voor een passieve strategie die voortvloeit uit de methode van het indexfonds, levert gemiddeld genomen nog een groter voordeel op. En een fonds met lage kosten kiezen, is meestal een sterke indicator van toekomstige superioriteit. Er worden echter veel meer beleggingsfondsen beheerd met het oog op de return voor de fondsbeheerder dan in het belang van de klant. Dat ligt vooral aan de klanten, die slecht geïnformeerd zijn en zich door niets ter zake doende argumenten laten overdonderen.

Dus: tenzij u erop vertrouwt dat uw fondsbeheerder op termijn rustig de markt zal overtreffen, zijn passieve indexfondsen met lage kosten die u dichtbij de marktreturn brengen, een goede beleggingsmethode voor de langetermijnbelegger. Zoals Bogle het uitdrukt: je moet vissen in de vijver van de managers met lage kosten.

Emiel Van Broekhoven [{ssquf}]

De auteur is hoogleraar economie aan de Universiteit Antwerpen en voorzitter van de Vlaamse federatie van de beleggingsclubs en de beleggers (VFB).

Er worden veel meer beleggingsfondsen beheerd met het oog op de return voor de fondsbeheerder dan in het belang van de klant.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content