JURIDISCH VACUUM

MAATWERK.

Wie een handelszaak overneemt, komt in een juridisch vacuüm terecht. Er bestaat geen specifieke wettelijke regeling inzake de verkoop van een handelszaak die niet in een vennootschap is ondergebracht en waarvoor de vergoeding in geld wordt uitbetaald. Bij een overname van een vennootschap via aandelen geldt de vennootschapswet. Is er sprake van een uitbetaling met aandelen, dan spreekt men niet over een overname maar over een inbreng van een handelszaak in een vennootschap.

Dirk Meulemans, professor aan de Kulak, KU Leuven en KUB, pleit voor de uitwerking van een fundamentele wet over de overname van handelszaken. Zijn gouden raad ? “Als je een handelszaak overlaat of koopt, ga je best te rade bij een degelijk juridisch adviseur. Het is van belang dat je een sluitende overeenkomst tekent. De wettelijke onduidelijkheden zijn immers niet van de poes.”

Primo bestaat er geen wettelijke opsomming van de bestanddelen van een handelszaak. “Bij het opstellen van een overeenkomst moet je gedetailleerd vermelden wat wel en wat niet onder de overname valt. Alle maatwerk is mogelijk.”

Secundo wordt de wet die inzake verkoop van een onroerend goed bestaat naar best vermogen geïnterpreteerd bij de overname van een handelszaak. Algemeen wordt uitgegaan van twee verplichtingen : de leverings- en de vrijwaringsverplichting. De eerste bepaalt dat de overdrager verplicht is zijn cliënteel en leveranciers voor te stellen aan de overnemer. De tweede verbiedt de overdrager gedurende een bepaalde termijn een gelijkaardige handel in de nabijheid te organiseren. Meulemans : “Deze formulering houdt drie zwakke elementen in. Eens te meer verdient het aanbeveling in je overnamecontract duidelijk te definiëren wat gelijkaardig, nabijheid en bepaalde termijn inhoudt.”

Tertio bestaat er geen eenduidig antwoord op de vraag : Hoe en wanneer gaat een eigendom over op de overnemer ? “Een handelszaak bezit geen rechtspersoonlijkheid en is geen juridische eenheid. Men moet de overdrachtregels die van toepassing zijn op elk van de bestanddelen afzonderlijk toepassen. Het zou veel eenvoudiger zijn indien bijvoorbeeld een handelszaak in haar geheel kon worden overgedragen door een welbepaalde formaliteit.”

Vandaag is die duidelijkheid er alleen tussen de partijen. Wanneer het overnamecontract getekend wordt, gaat de zaak over van de overdrager op de overnemer. Tegenover derden liggen de zaken ingewikkelder. De overname van het onroerend goed is tegenwerpelijk aan derden door overschrijving van de notariële acte op het hypotheekkantoor. Voor roerende lichamelijke goederen (alles wat vastgenomen kan worden) geldt dat de materiële afgifte van de zaak moet plaatsvinden. Voor roerende onlichamelijke goederen (bijvoorbeeld schuldvorderingen) moet de derde partij in kennis gesteld worden van de overdracht. Tot 1994 moest dit verplicht gebeuren bij deurwaardersexploot. Nu volstaat een (aangetekende) brief. “Je moet op elk goed de eigen regels toepassen. Dit is storend en tijdrovend,” zucht Dirk Meulemans.

In december 1996 werd er een uitzondering gemaakt op deze procedure. Om de overdracht van een handelszaak tegenstelbaar te maken aan de fiscus volstaat de registratie van de overname-acte. Een registratie van de overname is anno 1997 verplicht en er bestaan geen achterpoortjes. Het vast registratierecht van 1000 frank is van toepassing, maar Dirk Meulemans sluit niet uit dat de overheid vroeg of laat zal beslissen op basis van een percentage van de verkoopprijs te werken. De overdracht wordt tegenwerpelijk aan de fiscus twee maanden na de registratie. “De fiscus zorgde alleen voor zichzelf. Waarom werden niet in één beweging de juridische problemen rond de tegenstelbaarheid aan andere derden opgelost ? Ik beschouw dit als een gemiste kans.”

De nieuwe regeling voorziet ook dat de overnemer een certificaat kan aanvragen bij de belastingdiensten om na te gaan of de overdrager niet met achterstallige belastingen zit. “Als je dit certificaat samen met de overeenkomst laat registreren, ben je alvast zeker dat er geen fiscale lijken uit de kast zullen vallen.”

Een vierde probleem bij een overname schuilt in de betaling van de prijs. “De zekerheid tot betaling zou logischerwijze de inpandgeving van de handelszaak zijn. Welnu, dit is onmogelijk omdat een handelszaak naar Belgisch recht alleen in pand kan gegeven worden aan een kredietinstelling. Je moet bijgevolg op zoek gaan naar andere waarborgen.”

Gelukkig is er toch een punt dat duidelijk door de wet geregeld wordt : de huur. Als een overdrager zijn zaak overlaat, moet hij ook de huur overdragen. De verhuurder kan een overdracht niet als reden inroepen om een einde te stellen aan de overeenkomst.

E.H.

De Kulak organiseert onder het voorzitterschap van professor Frans Bouckaert, ere-notaris, twee studienamiddagen over de overdracht van handelszaken. Het programma voorziet vier sprekers. Dirk Meulemans staat stil bij de invoering van de registratieverplichting. Danielle Deli, assistente aan de UIA, belicht de algemene lijnen van de verkoop van een handelszaak. Paul Vlyrinck, juridisch adviseur bij de BBL, legt de financiering van een overname uit. Advocaat Paul Daems tenslotte richt de schijnwerpers op het opstellen van een overdrachtovereenkomst. De studienamiddagen gaan door in de gebouwen van Roularta Media Groep in Zellik op 13 mei en in Oostende (datum nog te bepalen). Info : Kulak, tel. : (056) 24.61.84, fax : (056) 24.69.98.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content