Jo Lernout weer aan de slag

Jo Lernout wil na het faillissement van L&H niet aan de zijlijn blijven staan nu het volgens hem “écht interessant begint te worden in Vlaanderen”.

Opvallend is dat Lernout daarbij nadrukkelijker afstand neemt van zijn jarenlange kompaan, Pol Hauspie (50). “We hebben sommige menselijke verschillen die toch wel onoverbrugbaar zijn,” bekent hij. “Pol is een idealist. Ik was iets minder tuk op de vele donaties die we aan Sail Trust deden. Op bepaalde momenten heb ik voorgesteld om uit te cashen, het management te professionaliseren en een erevoorzitterschap van het bedrijf te aanvaarden. Pol is mij daarin pas vanaf begin 2000 gaan volgen. Tot dan bleef hij op idealistische en ideologische wijze vasthouden aan een bedrijf met een Vlaams-Europese identiteit. Hij werd daarin gesteund door Louis Verbeke ( nvdr – van Loeff Claeys Verbeke, nu Allen & Overy).” Lernout noemt die Vlaams-Europese visie achterhaald. “Het is een anachronisme in een wereld die een dorp geworden is. Op professioneel vlak zou ik niet meer willen samenwerken met iemand die met de Vlaamse vlag wappert _ wie dat ook moge zijn. En dat doet niets af van mijn respect voor Pol.”

Uitcashen

In het onlangs verschenen boek De L&H Files van René De Witte, Luc Van Aelst en Luc Van Peteghem (Lannoo, 2001) wordt verteld hoe het managementtrio van L&H _ Jo Lernout, Pol Hauspie en Nico Willaert _ in het voorjaar van 2000 uitzicht kreeg op een echte exit via de Zwitserse vennootschap BT&T. “Rond mei 2000 starten onderhandelingen met BT&T, een Zwitserse vennootschap die is aangebracht door KBC Bank en vooral is geïnteresseerd in L&H vanwege de plannen in verband met SofIA ( nvdr – een ambitieus project van intelligente zakcomputers die toegang tot het internet zouden leveren),” schrijven de auteurs. Kritische artikels van The Wall Street Journal, de uit de hand gelopen situatie in Korea en het peperdure prijskaartje van het pas overgenomen Dictaphone gooiden roet in het eten.

Het enige moment waarop Jo Lernout wel gedeeltelijk heeft kunnen uitcashen, was in 1998 en 1999. Toen sloten hij en Pol Hauspie vier termijnverkoopcontracten af voor een bedrag van 60 miljoen dollar. Het grootste gedeelte daarvan werd gebruikt voor de terugbetaling van de lening die L&H bij Artesia was aangegaan voor de oprichting en uitbouw van het investeringsfonds L&H Investment Company. Zo’n 9 miljoen dollar bleef over en werd verdeeld onder Jo, Pol, Nico Willaert en (volgens Jo Lernout, in tegenstelling tot wat in het boek wordt gemeld) Fernand Cloet. Jo Lernout en Pol Hauspie kregen elk 3 miljoen dollar (toen ongeveer 130 miljoen frank), Nico Willaert en Fernand Cloet ieder 1,5 miljoen dollar.

“Het merendeel van dit persoonlijke kapitaal werd intussen besteed aan diverse leningen vanuit de L&H Holding, privé-goededoelprojecten van mijn echtgenote en mezelf en aan de basketbalploeg van Ieper,” aldus Lernout. “Pol en ik verdienden als managers zo’n 300.000 frank per maand bij L&H. Pas halverwege 1999 werd dit loon opgetrokken tot 600.000 frank. In tegenstelling tot wat velen denken, moet ik nu weer aan de slag om financieel rond te komen.”

Als merknaam voor zijn nieuwe activiteiten lijkt Jo Lernout gebruik te willen maken van het woord GRAIN. Die term _ onderdeel van zijn nieuwe e-mailadres _ is Engels voor ‘graan’ en was de titel van een rapport dat het L&H-duo in de zomer van 2000 aan diverse Vlaamse politici overhandigde. Het acroniem staat voor “Genetische technologie, Robotica, Artificiële Intelligentie, Nanotechnologie” en wou de politieke besluitvormers attent maken op die technologieën die op middellange en lange termijn de economische toekomst van Vlaanderen kunnen bepalen.

Piet Depuydt

René De Witte, Luc Van Aelst, Luc Van Peteghem: “De L&H Files: het verhaal en de geheimen”, Lannoo, 2001, 400 blz.

JO LERNOUT

“Ik moet weer aan de slag om financieel rond te komen.”

Als merknaam voor zijn nieuwe activiteiten lijkt Jo Lernout gebruik te willen maken van het woord ‘GRAIN’.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content