“Je moet rustpunten zoeken”

© Jelle Vermeersch

“Al mijn medewerkers kennen mijn weekendagenda, niets blijft verborgen. Daar moet je mee kunnen omgaan, maar het hoort er nu eenmaal bij. Anders kunnen mijn medewerkers ook niet goed functioneren. Ze weten dus allemaal dat ik op zaterdagnamiddag om 15 uur altijd naar de kapper ga. Daar zie ik de vriendinnen met wie ik ben opgegroeid. Op die momenten wordt niet gesproken over politiek, maar over het leven zoals het is. Vrouwen onder elkaar, weet je wel.

“Je moet zulke rustpunten zoeken. Dat heb ik als huisarts ook altijd tegen mijn patiënten gezegd. Sommige mensen antwoordden dan dat ze een heel jaar lang als een hamster in een rad rondlopen, maar daarna wel veertien dagen op reis gaan om te ontspannen. Zo ga je de rest niet draagbaar maken. Dat heb ik zeven jaar geleden zelf ook gemerkt. Toen ben ik heel moe op vakantie vertrokken. Ik heb er uiteindelijk alle dagen gezwommen. Dat deed me zo’n deugd dat ik besliste lid te worden van een club met zwembad toen we weer thuis waren.

“Ik ga elke zondagvoormiddag baantjes trekken. Ik probeer me daar echt een halfuur of drie kwartier op te concentreren. Dan merk ik meteen ook hoe moe ik die week ben. Na tien baantjes voel ik me toch altijd kiplekker, want tijdens het zwemmen kan ik mijn hoofd echt leegmaken.”

Zonder blozen

“Dezer dagen ga ik gemiddeld twee keer per week ergens spreken voor de partij. Om daarna 700 selfies te nemen. Je weet hoe dat gaat. Ach, ook dat vind ik ontspannend. In de tijd die daarvoor en daarna overblijft, probeer ik mijn boodschappen te doen. ‘Doe jij dat nog zelf?’ vragen mensen me dan. Zij doen hun boodschappen toch ook zelf? Ik word er rustig van als ik gewoon moet nadenken of ik een biolimoen koop of toch maar iets anders. Mensen kijken ondertussen wel wat er in mijn kar zit ( lacht). Ik pas er mijn winkelgedrag toch niet voor aan. Ik vind dat ik nog zonder blozen een pot mayonaise in mijn kar mag zetten, want ik eet die niet in één keer op.

“Moet ik ‘s avonds nergens heen, dan blijf ik graag thuis met mijn man. Dan eten we iets, luisteren we naar muziek, maken we er een gezellige avond van. Cocoonen heet dat dan. Of we werken wat in de tuin. Ik heb ervoor gezorgd dat er elke maand wel iets in bloei staat. Ook in de week brengt die tuin me tot rust. Om 6.30 uur mijn bloemen water geven op het terras, dat is genieten.”

Knop af

“Ik kan dus goed deconnecteren als dat nodig is. Wanneer ik bij mijn moeder op bezoek ben, zegt ze me wel altijd dat ik mijn smartphone eens opzij moet leggen. Maar daar zou ik pas stress van krijgen ( lacht). Ik moet bereikbaar zijn. Dat wil niet zeggen dat ik op alle akkefietjes reageer, maar soms is ook het tijdens het weekend nodig mijn professionele rol op te nemen. Toen ik nog staatssecretaris voor Asiel en Migratie was, kreeg ik eens het bericht dat er in het asielcentrum van Arendonk een gevecht was uitgebroken tussen Afghanen en Russen. Het was 19.30 uur en ik zat op een communiefeest. Dus stond ik even later in feestkledij in Arendonk. Je zag de politie zich zo afvragen waarom ik met die kleren naar een opvangcentrum kwam. Mijn man wilde toen niet uit de wagen stappen ( lacht).

“Anderen zeggen soms dat ze zo niet zouden kunnen leven, maar ik heb één groot geluk: als ik in bed kruip, slaap ik al voor mijn oor het hoofdkussen raakt. Ik ben niet een van die mensen die hun dag in hun hoofd laten malen. Ik zeg: knop af en slapen.”

Maggie De Block (56)

Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid (Open Vld)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content