“Je moet daarin geboren zijn”

Ex-politicus en manager Peter Leyman begint op 1 februari bij zijn nieuwe werkgever. Zijn verblijf in de Wetstraat duurde zeven maanden. “Ik heb geen enkele rancune. Het is gewoon mijn wereld niet.”

Peter Leyman ontvangt ons bij hem thuis in Drongen bij Gent. Voor de woning staan twee Volvo’s. Hij blijft het merk trouw, maar keert niet terug naar zijn vroegere werkgever. Hij wordt CEO van een business-to-businessonderneming niet ver van Gent. Concreter wil hij nog niet zijn.

De voormalige CD&V-volksvertegenwoordiger heeft de knop omgedraaid. Politiek is een gesloten boek. Hij heeft er veel geleerd, zegt hij. Uit het gesprek komt echter vooral naar voren dat hij er niet meer tegen kon te moeten wachten. Bovendien heeft hij met almaar stijgende verbazing naar het reilen en zeilen in de Wetstraat gekeken. Het gebrek aan respect van politici voor elkaar zit hem bijzonder hoog.

PETER LEYMAN. “Dat was bedoeld voor Volvo, waar de zaken jammer genoeg anders lopen, en voor mezelf (zie kader: “Ik lig soms wakker van Volvo”). Ik had al langer gezegd dat ik uiterlijk eind 2007 weg zou gaan bij Volvo en iemand die zijn professioneel leven een nieuwe wending geeft, wil zich uiteraard verbeteren.

“Ik was vereerd toen Yves Leterme me aanbood Kamerlid te worden en ik ben erg gemotiveerd en met veel enthousiasme aan de uitbouw van mijn politieke loopbaan begonnen. Ik kreeg 31.557 voorkeurstemmen en was daar bijzonder gelukkig mee.”

Hebt u niet het gevoel dat u uw kiezers in de steek laat?

LEYMAN. “Ik excuseer me bij mijn kiezers, maar de voorbije maanden hebben me geleerd dat ik op andere manieren veel meer kan bijdragen tot de samenleving. Ik heb heel wat rondgereden en op vele plaatsen gesproken – een keer op een zaterdagavond voor twintig man, maar soms ook voor 750 mensen – om mijn vijf programmapunten te promoten. De ondernemerswereld, uiteraard; de kloof overbruggen tussen ondernemen en onderwijs; een efficiënte overheid; de vergrijzing en het klimaat, die beide een langetermijnvisie broodnodig hebben.

“Ik begon met het gevoel in een systeem te kunnen stappen dat participatie hoog in het vaandel voert en waar iedereen aan hetzelfde touw trekt ten goede van de mensen.”

En dat viel tegen.

LEYMAN. “De regeringsvorming bleef maar duren en ik bleef maar wachten. Echt wachten, want ik werd absoluut niet betrokken bij de regeringsonderhandelingen. Niet dat ik verwachtte mee aan de onderhandelingstafel te kunnen zitten, maar ik dacht toch dat ze me zouden raadplegen als sociaaleconomische thema’s ter sprake kwamen. Over Brussel-Halle-Vilvoorde had ik ook mijn mening willen geven, mochten ze mij die gevraagd hebben.

“Na een viertal maanden stelde ik me de vraag: wat komt ervan? De maatschappij betaalt me en ik geef niets terug. Ik had heel veel tijd om na te denken en ervoer dat ik zaken begon te missen: leidinggeven, werken in een georganiseerde omgeving, het gevoel verantwoordelijkheden te dragen en toegevoegde waarde te creëren.”

Hoe bent u naar de politiek gelokt?

LEYMAN. “Yves Leterme was de hoofdfactor. Het doet u iets als de Vlaamse minister-president u vraagt. Hij deed dat in februari in de marge van een bijeenkomst van Vlaanderen in Actie. We hebben samen gezeten en het klikte. Ik kreeg te horen dat ik wetsvoorstellen zou kunnen schrijven en zitting zou krijgen in Kamercommissies, die belangrijk werk leveren. Ik zou armslag hebben. Omdat ik het advies kreeg niet enkel in de politiek actief te zijn, nam ik enkele bestuursmandaten aan.

“Ik kreeg het gevoel werkelijk iets te kunnen doen met de macht die de politiek mij zou geven. Bovendien zocht ik als middenveertiger een nieuwe uitdaging. De politieke trein passeert maar één keer. Dus ben ik op het aanbod ingegaan, allicht zonder genoeg te overdenken of het wel iets voor mij was.

“De nieuwe regering zou er zijn tegen eind juli, uiterlijk midden augustus. Allerheiligen ging voorbij en het werd uiteindelijk Kerstmis. Ondertussen kon je niets doen. Het is moeilijk iemand te interpelleren die eigenlijk niet meer of nog niet bevoegd is.

“Ik kreeg eind vorig jaar aanbiedingen uit de bedrijfswereld. Dat deed me nog meer nadenken. Collega’s in de politiek zeiden me dat het hoogst uitzonderlijke tijden waren. Maar wat heb ik daaraan? En de komende drie maanden is het nog van dat. Eigenlijk werd alleen de regering van lopende zaken geformaliseerd, meer niet. Buiten het institutionele en de begroting zal er niets gebeuren. En wat als het mislukt? Nieuwe verkiezingen in juni?

“Ik kwam tot het besluit dat de politieke wereld echt niet die van mij is. Weet u, voor iemand die er van buitenaf in rolt, is het zo goed als onmogelijk om er zich waar te maken. Ik botste op een muur. Zij die vroeg met politiek beginnen, doorlopen een proces dat laatkomers niet kunnen inhalen.”

Bent u het definitieve bewijs dat ondernemers in de politiek niet gedijen?

LEYMAN. “Ik vrees van wel. Let wel, anderen bleven hun onderneming leiden. Ik gaf het bedrijfsleven op om mij honderd procent als politicus te kunnen inzetten. Het gaat weliswaar niet alleen om ondernemers. Kijk naar de BV’s. Hoeveel blijven er van hen over? Ook zij botsten op een muur. Het verschil is dat zij de aandacht van de media en het publiek gewoon zijn. Dat aspect van de politiek heb ik onderschat. Ik wil in elk geval niet meer in de spotlights staan en ga opnieuw de luwte opzoeken. Alleen moet ik nog even door de afscheidsfase. Die interesseert de media.

“Als ik bij Volvo voor het voetlicht moest treden, was dat altijd gefocust: een nieuw model, een staking. Als politicus houden ze permanent in de gaten waar je gaat of staat. Zo kreeg ik de vraag wat ik van de evolutie bij Opel vond ( nvdr – Opel saneerde en er was een royale vertrekregeling. Leyman nam de woorden ‘bijna immoreel’ in de mond). Daar werd één woord uitgelicht, buiten zijn context geplaatst en kolossaal uitvergroot. Ik ga dat woord niet herhalen (lacht). Ik ben daar enkele dagen echt niet goed van geweest.”

Yves Leterme dropte u op de Kamerlijst. Ervoer de Oost-Vlaamse kopman Pieter De Crem u als een bedreiging?

LEYMAN. “Ik heb dat nooit gevoeld. Het is toch logisch dat hij minister werd. Hij was lijsttrekker en had meer dan 90.000 stemmen. Bovendien zat hij al lang in de Kamer waar hij fractievoorzitter was. Overigens, er is mij geen uitvoerend mandaat beloofd. Ik zocht dat trouwens niet. Het was mijn bedoeling eerst twee jaar rond te kijken. Je moet niet onmiddellijk boven op de berg gaan staan.”

Welk gevoel overheerst nu? Ontgoocheling? Tevredenheid?

LEYMAN. “Geen tevredenheid. Maar ik ben wel blij dat ik terug naar mijn heimat kan waar ik me hopelijk weer goed zal voelen. Laat ik mensen in de steek? Ben ik mislukt? Ik voel het niet zo aan. Iedereen neemt al eens een foute beslissing. Misschien is de politiek wel mislukt. Er zijn er nog die na zes maanden ongelukkig lopen, zowel ervaren als nieuwe volksvertegenwoordigers. Christine Van Broeckhoven (SP.A) heeft dat al toegegeven en Rudy Verhoeven (CD&V) zei dat hij allicht geen kandidaat meer zou zijn, mochten er morgen nieuwe verkiezingen worden gehouden.

“Ik heb wel enorm veel gezien en geleerd de voorbije maanden. Het is een grote levenservaring.”

Waar u 40 % loon voor inleverde.

LEYMAN. “Geld is niet mijn eerste drijfveer. Ik kijk naar wat ik nodig heb om van te leven. Ik hoef geen villa in Koksijde. Een auto, daar kan ik wel geld voor uittrekken. Ik zit zoveel in mijn wagen dat ik er luxe wil. Maar mijn eerste doel is gewoon gelukkig zijn.”

U relativeert veel. Is dat wachten in de politiek dan zo erg?

LEYMAN. “Ik kan moeilijk stilzitten. Als ik twee uur naar de televisie heb gekeken, ga ik soms slapen met het idee dat ik twee uur niets heb gedaan en niemand heb kunnen helpen. Als je zes maanden op een stoel hebt gezeten, dan voel je je raar. Je wilt helpen, duwen, mensen motiveren en laten groeien. En je zit daar alleen te wachten (lacht). Ik voelde me een werkloze met een grote uitkering en dat vind ik niet fair .

Had u zich niet op Gent kunnen richten zolang de Kamer stil lag? U zei een factor te willen worden in de Arteveldestad.

LEYMAN. “Als ik het heb over Brussel als een muur waar je niet door geraakt, moet ik voor Gent over een heuse stadswal spreken. Ik had er geen lokaal mandaat en geen formele opdracht van de partij. Dus kon ik niet optreden in een omgeving waar ik bovendien de vreemde eend in de bijt was. Ik ervoer dat in Gent nog veel meer dan in Brussel.

“Ik wist dat ik zou moeten wachten, dat er in de politiek een gebrek aan efficiëntie is en dat ik tegenstanders zou hebben in de eigen partij. Alleen wist ik niet dat het zo erg zou zijn. Ik kwam bovendien uit een gestructureerde omgeving en kon moeilijk overweg met het gebrek aan hiërarchie.”

Zal u opnieuw in Gent werken? U zegt immers honkvast te zijn.

LEYMAN. “Niet in Gent, maar er niet ver van af. Ik blijf consistent. (lacht). Het is een CEO-functie in de business-to-business-sector. En het is een onderneming die wil groeien. Om te rationaliseren en af te bouwen, moeten ze niet bij mij zijn.”

U zei ooit iets anders te willen doen dan de verwerkende nijverheid. Dus stapt u niet in die sector.

LEYMAN. “Dat zeg ik niet. Maar ik wou graag iets anders doen. De stap naar de politiek was echter te drastisch.”

Waarden zijn belangrijk voor u. Hoe lag dat in de politiek?

LEYMAN. “Ik heb er zaken gezien die moeilijk in overeenstemming te brengen zijn met die waarden. Er staat iemand op het spreekgestoelte en … (heftig) er is geen kat die luistert, en er wordt geroepen en geschreeuwd. Ik begrijp dat niet. Dat getuigt van een absoluut gebrek aan respect voor de andere. Maar dat gaat daar blijkbaar zo. Ik heb nooit op dat spreekgestoelte gestaan. Ik wou niet. Wel probeerde ik steeds geconcentreerd te luisteren. Zelfs als de toespraak inhoudsloos was.”

Neemt u positieve dingen mee van die maanden in de politiek?

LEYMAN. “Ik heb de hele opbouw, al die structuren achter de politiek van dichterbij kunnen bekijken. Ik kende alleen een beetje de Unizostructuren. De PS bouwt onder andere op de FGTB en CD&V onder meer op het ACW, Unizo en de Boerenbond. Zo’n opbouw is wel logisch, want een politieke partij ontstaat uit een beweging. Ook hiervan wist ik echter niet dat het zo sterk was.”

Hebt u de invloed van het ACW op CD&V onderschat?

LEYMAN. “Neen. Ik heb in CD&V altijd mijn mening kunnen zeggen.”

CD&V kantte zich uiteindelijk, onder druk van het ACW, tegen het liberale wetsvoorstel dat een meerwaardebelasting op beleggingsfondsen wou verhinderen.

LEYMAN. “Daar zaten we inderdaad met een interne discussie.”

Hebt u als vertegenwoordiger van de werkgevers …

LEYMAN. ” (prompt) Ik hoopte dat het VBO, Unizo, Voka veel meer een beroep op mij zouden doen: ‘Peter, dat is een concreet punt dat niet door de beugel kan. Breng dat te berde in het parlement’. Geen enkel concreet punt kreeg ik. Niet één. Ik heb mensen gecontacteerd: ‘Ik zit hier nu, laat maar komen.’ Vruchteloos.”

U verwachtte de spreekbuis van de ondernemers te worden.

LEYMAN. “Ja. Daarvoor had Yves Leterme me gevraagd. Maar er kwam helemaal niets. Allicht had dat te maken met het uitblijven van een regering. Iedereen zat te wachten. Ik was er echt door gefrustreerd. Roepen in de woestijn draagt echt niet bij tot de motivatie.

“Ik zat in de commissie Financiën en Begroting, maar er werd mij gezegd dat het nutteloos was wetsvoorstellen in te dienen. Die zouden ofwel in het regeerakkoord staan of er niet in passen. Wel werden massa’s wetteksten uit de vorige regeerperiode opnieuw ingediend en aan de lopende band goedgekeurd. Wat ik daar allemaal heb zien passeren! We verdwalen in een woud van regels. Het parlement zou een commissie in het leven moeten roepen die wetten afschaft.

“Ik zat in een neerwaarts proces en voelde me dieper en dieper wegzinken. Ik laat het liever over aan iemand die wel gemotiveerd is.” (zie kader: Opvolger Jenne De Potter).

Yves Leterme, met wie het zo goed klikte, heeft uw vertrek voortijdig laten lekken. Wat vindt u daarvan?

LEYMAN. “Ik laat in het midden waarom hij dat heeft gedaan. Ik vind het jammer, want we hadden de dag voordien afgesproken te wachten om mijn vertrek kenbaar te maken. Hij heeft zijn verontschuldigingen aangeboden. Wij blijven elkaar respecteren.

“Anderen hebben geen respect voor mijn beslissing. Ze vinden dat ik vaandelvlucht pleeg. Dat vind ik jammer en ik hoop hen te kunnen overtuigen dat ik in het bedrijfsleven meer voor de gemeenschap kan betekenen dan in de politiek.”

Het gaat er niet altijd eerlijk aan toe in de politiek.

LEYMAN. “Daarbuiten ook niet, maar in de politiek wordt alles uitvergroot door de media. Ik heb geen enkel gevoel van rancune. Ik ga niet natrappen. Het is gewoon mijn wereld niet. Sommigen zeggen me dat als je niet in de politiek geboren bent, je geen kans op slagen maakt. Dat klopt. Ze hadden me dat misschien beter vroeger verteld (lacht). Ik heb de kwestie tien, vijftien keer omgedraaid en als ik straks een contract teken, zal dat met trillende hand zijn. Ik hoop dat ik deze keer wel de goede beslissing neem.”(T)

Door Boudewijn Vanpeteghem en Luc Huysmans/Foto’s Piet Goethals

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content