Is de kredietschaarste voorbij?

Nu kapitaalverschaffers zich in hun schelp terugtrekken, worden bedrijfskredieten in 2002 misschien weer een normaal financieringsinstrument voor ondernemingen.

Volgens de voorstellen van het Basel-comité (de instelling die de regels vastlegt ter bescherming van de kredietwaardigheid van de banken) zullen bedrijfskredieten aan KMO’s zwaarder doorwegen op de bancaire risicobalans. Daarom moeten ze meer eigen middelen inzetten om die kredieten af te dekken. Ooms verwacht op korte termijn echter geen fundamentele bijsturing. “Ik denk niet dat de banken nog veel strenger zullen worden in het verstrekken van bedrijfskredieten. Er is een zeker evenwicht bereikt. De credit crunch is voorbij. Zeggen de Belgische banken dat die er nooit is geweest? Dat is ongehoord.”

Rudy Aernoudt is pessimistischer. Hij is hoofdbestuurder bij de Europese Commissie en bijzonder raadgever van de Belgische voorzitter van de Industrieraad van de Europese Unie: “Basel II heeft voor starters en jonge KMO’s twee gevolgen: een duurder krediet of geen krediet. Basel II is geen ver-van-mijn-bed-show. De kredietportefeuille van de banken die in 2005 aan de Basel II-normen moet voldoen, wordt vandaag samengesteld. Kredieten met een looptijd van vijf jaar of langer vallen dus eigelijk al onder de nieuwe procedure. De meeste Belgische banken staan achter met de implementatie van de Basel II-richtlijnen. Hun kredietbeleid zal in de toekomst dus zeker nog worden aangepast. Jonge starters zullen zich voor hun opstartfase meer en meer moeten wenden tot friends, fools and family.”

Risicokapitaal

Eenzelfde fenomeen doet zich voor bij de kapitaalinvesteerders. “Ook bij hen is het blinde enthousiasme weggeëbd,” zegt Ooms’ medewerker Peter Maenhout, die verantwoordelijk is voor corporate-financeoperaties bij Petercam. Volgens Aernoudt haalden de Europese risicokapitaalverschaffers vorig jaar 40 biljoen euro op bij hun geldschieters, waarvan uiteindelijk minder dan een derde in ondernemingen werd geïnvesteerd. Aernoudt: “In 2002 moeten we ook al geen investerings boom verwachten. De fondsbeheerders zullen volgend jaar te druk bezig zijn met het beheer of het zuiveren van hun huidige portefeuille.” Volgens Aernoudt zal ook Basel II zijn effect niet missen op de markt van het lefgeld: “In Europa is 55% van de risicokapitaalmarkt in handen van banken en verzekeraars. Als Basel II van kracht wordt, zullen de bankiers genoodzaakt zijn om ook voor deze risicovolle investeringen meer eigen vermogen aan te leggen. Onvermijdelijk zullen hun activiteiten in de risicokapitaalsector verminderen of verdwijnen.”

Hier en daar _ bij minister van Financiën Didier Reynders (PRL) en de werkgroep Kredietschaarste rond Aimé Desimpel (VLD) bijvoorbeeld _ gaan stemmen op om de overheid te laten ingrijpen ter versteviging van het eigen vermogen van de bedrijven. Zo wordt onder meer gedacht aan een waarborgfonds voor risicodragend kapitaal.

Geïnspireerd door voorbeelden in Duitsland en Amerika ijvert Aernoudt zowel op Europees als op nationaal niveau voor nieuwe overheidssystemen. “Op Europees niveau wordt eind 2002 een nieuw waarborgsysteem voor de risicokapitaalmarkt van kracht. Onder bepaalde voorwaarden kunnen risicokapitaalverstrekkers het label SBIC ( Small Business Investment Company) verdienen. Een SBIC kan dan met overheidswaarborg geld op de openbare markt ophalen,” aldus Aernoudt. “Maar bankiers blijven nog steeds de belangrijkste financiers in Europa. Ook voor hen moet dus een efficiënt waarborgsysteem worden uitgebouwd.” Duitsland kan als voorbeeld dienen. Daar sluiten de banken contracten af met het Duitse waarborgfonds voor een bepaalde sector en voor een bepaald bedrag. Telkens als de bank een krediet verstrekt aan een onderneming in die sector is het krediet automatisch verzekerd door het waarborgfonds.

Peter Maenhout ziet geen heil in zo’n overheidsinterventie: “Gepruts in de marge zet geen zoden aan de dijk. De overheid kan veel ingrijpender optreden door de fiscale en sociale lasten op de ondernemingen te verlichten.” Een andere mogelijkheid vindt hij de stimulering van privé-pensioenfondsen als motor van het beurswezen. Dat is heel wat transparanter, voorzichtiger en eenvoudiger dan de creatie van een nieuwe papierwinkel.

Beurs

Ooms verwacht dat er de komende maanden heel wat corporate deals zullen worden afgesloten. Vreemd genoeg zullen dat geen ‘deals uit miserie’ zijn, zoals overnames als gevolg van financiële problemen. Ooms: “Zodra de moeilijkheden verwerkt zijn, zullen ook Belgische bedrijven klaarstaan voor nieuwe operaties. Onze bedrijven hebben hun koudwatervrees voor de beurs definitief overwonnen. Uiteraard stonden de activiteiten _ net als in de rest van de wereld _ op een laag pitje, maar de stemming tegenover de beurs als vehikel voor de versterking van het eigen vermogen is fundamenteel positief.”

Maenhout wijst er ook op dat de ‘cashen via de beurs’-filosofie misschien hier en daar nog bestaat, maar heeft afgedaan als doorslaggevend argument voor de beursgang. “Ondanks de geruchten zijn er amper delistings om zuiver financiële redenen,” zegt hij. “Dat wijst erop dat ook Belgische bedrijven de beurs beschouwen als een operationeel werkinstrument. De waarde van een bedrijf neemt met 40% toe als het publiek genoteerd staat. Het is stukken makkelijker om een overname te realiseren of verkocht te worden via de beurs.”

Internationale indexen, zoals die van BDO Stoy Hayward/Acquisitions Monthly, tonen aan dat de koers-winstverhouding van beursgenoteerde bedrijven ver boven die van niet-genoteerde bedrijven ligt. “Omvang speelt wat dat betreft geen rol,” redeneert Maenhout. “Het gevolg is uiteraard dat de beursnotering een bedrijf beter zal wapenen om actief te zoeken naar overnames.”

Aan de sterke groei van de jongste jaren is een einde gekomen, zo veel is duidelijk. Toch is Ooms niet al te pessimistisch. Hij wijst op de recente operatie bij Omega Pharma, dat 100 miljoen euro vond bij institutionele beleggers.

Ook internationaal ziet hij de rust weerkeren. Vreemd genoeg put hij zelfs optimisme uit de moeilijkheden bij de Amerikaanse energiegigant Enron. “Het grootste faillissement uit de geschiedenis van de Amerikaanse economie veroorzaakt slechts enkele rimpels op de beurs,” constateert Ooms. “Daaruit kan ik alleen maar besluiten dat de stemming positief is.”

An GoovaertsHans Brockmans

Hans Brockmans

De auteurs zijn redacteur bij Trends.

[2002]

Ook in 2002 zullen risicokapitaalverschaffers niet al te veel risico’s nemen.

[2002]

Op Europees niveau wordt een nieuw waarborgsysteem voor de risicokapitaalmarkt van kracht.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content