“In rationaliseren is mijn eigenaar echt goed”

Marc Buelens

Exclusief voor Trends liet het brein van een manager zich voor de eerste en meteen ook laatste keer interviewen. Van onze reporter ter plaatse.

Wilt u even de identiteit van uw eigenaar onthullen?

“Liefst niet, maar ik kan wel zeggen dat de eigenaar van dit brein mannelijk is, ongeveer 45 en een zeer succesvol manager.”

Wie neemt de facto de beslissingen? U of de eigenaar?

“Ik uiteraard. De eigenaar laat ik in de waan dat hij alles onder controle heeft, maar in realiteit vertrekt zowat elke beslissing – zeker de belangrijke – bij een signaal uit mijn amygdala, mijn emotioneel deeltje dus. Mijn eigenaar geeft wel wat uitleg bij de beslissing, maar dat is allemaal uitleg achteraf. In rationalisering is hij echt goed. Eerst beslis ik, en dan legt hij het uit. Zo’n beetje als de woordvoerder van een minister. Ik ben de minister, de eigenaar is de woordvoerder. Die weet vaak ook niet hoe de beslissing tot stand is gekomen, maar hij moet wel de indruk geven dat het allemaal weloverwogen, doelgericht en rationeel is gebeurd.”

Hoelang hebt u nodig voor een beslissing?

“Laten we duidelijk zijn: mijn structuren zijn enkele tienduizenden jaren oud. Ze dienden vooral voor de beslissing: eten of opgegeten worden? Daarover denk je best geen halfuurtje na. Ik heb al beslist nog vooraleer mijn eigenaar weet waarover het gaat.”

Dat kan ik niet geloven, uw eigenaar is ingenieur, heeft een MBA en is een nuchter en analytisch man.

“Toch is het zo. Maar mijn eigenaar heeft de gewoonte om zich enkel te wagen op gebieden waar de amygdala niet veel in de pap te brokken heeft; hij vermijdt alle emotionele toestanden. Mijn eigenaar verbergt zich in een wereld van rapporten, powerpoints en excels. Toch meldt mijn amygdala aan mijn eigenaar-ingenieur: boeiend, die cijfers, kijk er nog eens naar, leuk, analyse, lekker smullen. Typisch voor een manager overigens. Mijn eigenaar was enkele weken geleden mateloos geïrriteerd toen hij werd geïnterviewd door een journalist. Die man, beter gezegd diens amygdala, had een hekel aan cijfers. Hij wou vooral een leuk verhaal, iets waar bloed door de gangen vloeit. Dat is geen leuk interview geworden.”

Waarom werkt uw eigenaar zo lang? Hij neemt nooit rust.

“Dankzij dopamine, adrenaline en nog wat leuke drugs. Hij moet er niet eens iets voor slikken. Geef hem een heldere deadline, een goed geformuleerd doel en de hormonen vloeien. Hij vindt dat leuk (maar zijn vrouw niet), en ik vind dat ook best leuk. Eerlijk gezegd, ik zie soms hoe de depressieve hormonen vloeien bij werklozen. Dat is pas erg, geen wonder dat mijn eigenaar voortdurend voorstellen doet in het genre van ‘de werklozen activeren’. Hij bedoelt daarmee: geef ze wat dopamine.”

En heeft hij een echt managementbrein?

“En of. Zijn executive functions zijn onwaarschijnlijk sterk ontwikkeld. Hij plant, organiseert en controleert als geen ander. Enkel in zijn slaap verliest dat deel van de neocortex zijn bewuste invloed. En als mijn eigenaar wakker wordt midden in een emotionele droom, is hij zelfs wat angstig, want hij heeft niet alles onder controle. Maar ondertussen heeft zijn executive brain wel rustig kunnen doorwerken. Overdag is dat veel te veel bezig met al die uitleg achteraf. Zingeving noemen filosofen dat. Dat is vermoeiend, behalve natuurlijk voor de filosofen zelf.”

Hebt u goede raad voor managers?

“Verzorg uw brein goed. Het is zeer kwetsbaar. Een beetje jetlag, een beetje stress, een beetje te veel gegeten, een half glas alcohol en … de executive functions worden al aangetast.”

Kom zeg, je eigenaar drinkt graag een stevig glas.

“Gewenning, natuurlijk. Hij durft zelfs met de auto te rijden na een flesje wijn. Gevaarlijk en dom. Dat zeg ik hem ook in zijn heldere momenten. Maar na één glas luistert hij al niet meer. Wat wil je, alcohol sluit snel bepaalde receptoren af. Hij wordt dan wat overmoedig, vooral tegenover mooie vrouwen.”

Nog goede raad?

“Genoeg slapen. Dat executive brain werkt het best als het niet veel gestoord wordt. Dus … als je slaapt. Dan kan het netjes de prioriteiten ordenen, hoofdzaak van bijzaak onderscheiden. Liefst geen nachtje doorwerken dus. Zeer slecht. Ik herhaal: genoeg slapen. Ik zou zeggen voor de meeste lezers van uw magazine: zo’n zeven uur per nacht. Maar er zijn altijd uitzonderingen. Sommigen kunnen met drie à vier uur voort, anderen hebben bijna negen uur nodig. Maar laten we het maar op zeven uur houden.”

Ik dacht dat management vooral een kwestie was van visie, persoonlijkheid en planning, en nu lijkt dat enkel een kwestie van neuronen in de hersenen en van hormonen in het lichaam.

“Juist, dat is zoals bij de liefde. Ik weet wat het echt is, u geeft dat allemaal romantische namen.”

U bent een enge reductionist. U gaat toch het normbesef van een manager niet herleiden tot het al dan niet actief zijn van de amygdala?

“En waarom niet?”

U wilt mijn vraag niet begrijpen.

“U begrijpt mijn antwoorden niet.”

Dit is echt geen leuk interview.

“Dat is te merken aan de intense activiteit in uw amygdala. U zou zich wat minder moeten opwinden als u de waarheid hoort.” (T)

de auteur is hoofddocent aan de universiteit gent en partner van de vlerick leuven gent management school.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content