In promotie : 14 dagen sloppenwijken van Calcutta

Bent u nog op zoek naar een originele vakantieformule? Waarom eens niet een waterput bouwen in Marokko, lesgeven aan Peruaanse straatkinderen of aids-kinderen verzorgen in Zuid-Afrika? Het idealistisch en ecotoerisme zit in de lift. Of is het eigenlijk egotoerisme?

Voor meer informatie over het Mongolische przewalskipaardenproject: www.ecovolunteer.be

De Amerikaanse CourtneyKirschbaum (34), projectmanager bij KPMG, wilde eens naar een land dat nog niet ‘verpest’ was door toerisme. “Tijdens mijn vakanties in Thailand had ik het gevoel dat ik de mensen en het land aan het vergallen was,” vertelt ze. “Ik lag drie weken op het strand van het uitzicht te genieten, terwijl de lokale mensen daar geen tijd voor hadden omdat ze voor mij aan het rennen waren. Dat gaf me een slecht gevoel.”

Na het lezen van een artikel over Mongolië in het tijdschrift Time, boekte ze meteen op het internet drie weken vakantie als vrijwilliger in het Mongolische HustaiNuruuPark. In dat park leven de bijna uitgestorven przewalskipaarden. In het wild kunnen deze paarden nog steeds niet overleven zonder hulp van mensen. Een twintigtal Mongolische boswachters beschermt de dieren tegen wolven, ander vee en mensen. Als vrijwilligster kon Courtney haar steentje bijdragen: tegen betaalde kost en inwoning bestudeerde ze er iedere dag het gedrag en leefgebied van de paarden.

“Ik was niet in de veronderstelling dat ik hier de wetenschapper zou gaan uithangen, want ik wist dat ik simpel werk zou doen,” zegt Courtney. Haar belangrijkste bijdrage als vrijwilliger waren de dollars die ze ter plekke uitgaf. Europese en Amerikaanse toeristen, die voor alles drie keer meer betalen dan de Mongoliërs, zijn onmisbaar om het Hustai Nuruu Park draaiende te houden. De helft van de circa vijftig Mongolische werknemers van het przewalskiproject krijgen hun salaris dankzij de toeristen en vrijwilligers.

Niche voor idealisten

Net als Courtney kiezen ieder jaar steeds meer toeristen voor een ‘idealistische vakantie’. Ze willen in ontwikkelingslanden het milieu of de lokale bevolking helpen met vrijwilligerswerk dat ze zelf bekostigen. Echt massaal is dit idealistische toerisme evenwel nog niet. “Ongeveer vijf procent van de markt heeft interesse in dit soort duurzaam toerisme,” vertelt BenOffringa, docent en opleidingscoördinator aan het NHTV, de hogeschool voor toerisme, in Breda. “Ik denk wel dat toeroperators aan vrijwilligerswerk iets kunnen verdienen.”

NicoVisser, duurzaamheidsmanager bij de reisorganisatie TUI, is minder overtuigd: “Dit soort toerisme is kleinschalig en niet commercieel georiënteerd. De sector hangt aan elkaar van persoonlijke contacten,” stelt hij. “Grote toeroperators moeten een bepaald volume hebben om het hoofd boven water te houden. Daarvoor is deze niche te klein. Met ‘mensen helpen in India’ kun je niet paginagroot adverteren in de krant. Ik geloof niet dat dit soort toerisme ooit een hoge vlucht zal nemen. Zeker niet nu toeristen het economisch moeilijker krijgen.”

Projecten om de natuur te beschermen blijken, meer geliefd en vaak commerciëler van opzet dan projecten om mensen te helpen. In de humanitaire hoek zijn vooral non-profitorganisaties, kerken en ngo’s actief. De sector is een warboel van duizenden organisaties die overal ter wereld kleine projecten runnen. Een aantal Belgische en Nederlandse profit- en non-profitkoepelorganisaties zoals SIW, AFSVlaanderen, Bouworde, Damiaanactie, JohoCompany en TierraNatuurreizen, stemmen vraag en aanbod op elkaar af door te bemiddelen.

Ticket naar de hemel

De meeste idealistische toeristen zijn twintigers en dertigers zonder partner of gezin, die op hun vakantie meer willen dan alleen zon en zee. Voor hen is vrijwilligerswerk een makkelijke manier om een nieuw land te verkennen, zonder alleen in het diepe te hoeven duiken.

“Vooral bij de groep mensen die in de fase zitten tussen studeren en settelen is de vraag toegenomen,” meent MiriamJansenVerbeke, professor in toerisme aan de KULeuven. “De jeugd reist tegenwoordig ook meer dan vroeger. Bij ouderen is dit alternatieve toerisme een marginaal verschijnsel.”

Veel van de organisaties die actief zijn in de sector richten zich op de doelgroep van 16 tot 30 jaar, weet ook AnneleenWillems van Bouworde, een vzw die vrijwilligers uitzendt naar bouwprojecten en sociaal-ecologische projecten. “Maar er zijn ook veel gepensioneerden die bij ons aankloppen. Die zetten we meestal in als begeleider van een groep jongeren.”

Via Damiaanactie, een ngo die over een netwerk beschikt van twintigduizend vrijwilligers, gaan ook vaak gepensioneerden aan de slag. “Na de carrière komen ze bij ons voor een ticket to heaven,” zegt WaltervanWouwen van Damiaanactie. “We houden speciaal mensen in de gaten die in het bedrijfsleven iets betekenen, want zij kunnen met hun netwerk voor onze organisatie veel betekenen.”

Zo zet vrijwilliger RenéVanhercke, een gepensioneerde projectmanager die werkte voor de TijdschriftenUitgeversmaatschappij, zich al tien jaar in om mensen te werven voor de projecten van Damiaanactie. “Aan onze bouwprojecten deden dit jaar heel wat gepensioneerden mee die zelfstandige ondernemers zijn geweest,” vertelt hij. “Voor mensen met een topfunctie is vrijwilligerswerk niet altijd mogelijk. Omdat ze er de tijd niet voor hebben.”

Eco- of egotoerisme?

U voelt het kriebelen? U wilt ook wel eens in een exotische locatie de handen uit de mouwen steken voor het goede doel? Bedenk dan dat u niet overal met open armen zult ontvangen worden. “Mensen hebben vaak verkeerde ideeën over werken in het buitenland. Ze realiseren zich niet dat ze zelden een salaris of vergoeding voor de reis krijgen. Van het bedrag voor één vliegticket kan in een ontwikkelingsland een heel dorp leven,” stelt KoertHommel, travel- en pr-manager bij Joho Company, een Nederlandse stichting die jaarlijks duizenden vrijwilligers helpt om een project te vinden.

Idealistische toeristen moeten niet het werk inpikken van de lokale bevolking, vindt dan weer Nick Welman, auteur van de ‘REISbeWIJS-Gids voor Verre Landen’ en voorzitter van de StichtingReisbewijs, die strijdt voor duurzaam toerisme. “Het laatste waar derdewereldlanden behoefte aan hebben is dat westerligen hun werk komen doen. In veel van die landen wordt naar schatting slechts dertig tot veertig procent van het beschikbare arbeidspotentieel gebruikt. Er is dus zeker geen tekort aan arbeidskrachten dat de inzet van westerse vrijwilligers legitimeert. De bevolking verdient meer aan westerlingen die komen als gewone toeristen in een hotel.”

James, net als Courtney vrijwilliger bij het Mongolische przewalskiproject, laat de kritiek niet aan zijn hart komen. “Vroeger heb ik me wel afgevraagd of ik vrijwilligerswerk doe om mijn geweten te sussen. Maar daar maak ik me nu niet meer druk om. Wij helpen hier als vrijwilligers vooral met ons geld. Maar het is ook een leuke manier om een plek en de lokale bevolking te leren kennen.”

Mathilde Sanders

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content