Ik mag slaan, stelen en zuipen (‘t is de schuld van de maatschappij)

We zijn zuinig met een aanbeveling als deze, maar nu moet ze toch maar: iedereen zou ‘Beschaving of wat ervan over is’ moeten lezen. En dan maar hopen dat er een open debat ontstaat over de ‘conservatieve progressiviteit’ van Theodore Dalrymple. Prikkelend, provocerend, prangend.

Het leven zoals het is in een grauwe buurt in de Engelse stad Birmingham. Een knaap wil zijn moeder redden uit de wurggreep van zijn stiefvader, maar de krachtpatser schopt de jongen halfdood. In de ziekenwagen komt de zoon weer bij kennis. Prompt praat zijn moeder op hem in om de ware toedracht te verzwijgen. Anders zou haar minnaar naar de gevangenis moeten en – zo zei ze tegen het elfjarige zusje van de zwaar toegetakelde jongen – dat zou sneu zijn, omdat hij “beter neukt dan je vader.”

Dergelijke scènes van alledaagse waanzin heeft Anthony Daniels (1949) vaak gezien of horen vertellen. Tot 1995 was hij arts en psychiater in een ziekenhuis in een verpauperde buurt van Birmingham en in de gevangenis. Onder het pseudoniem Theodore Dalrymple tekende hij die ellende op, onder meer in Leven aan de onderkant (2001, vertaald in 2004). Hij schildert niet zomaar miserabele tableaus vivants, hij analyseert de ellende ook, hij zoekt de oorzaken én velt hoogst controversiële conclusies. Dat procedé herhaalt hij nu in de essaybundel Beschaving of wat ervan over is. Meteen merken we dat Dalrymple zich lang niet beperkt tot armoede en geweld. In deze bundel vinden we evengoed beschouwingen over de islam, kunst, corruptie en Cuba. En zelden hebben we in zo’n kort bestek zo’n glasheldere doorlichting gelezen van Shakespeares Macbeth en Measure for Measure.

Dat weergaloze mozaïek van thema’s lijmt Dalrymple met een even consciëntieuze als consequente visie op de hedendaagse maatschappelijke mankementen. Zijn betoog komt erop neer dat de politiek correcte westerse intellectuelen de laagste sociale klasse het beste materieel hebben afgenomen waarmee die zich uit de ellende zou kunnen hijsen: verantwoordelijkheid en discipline. Nu krijgen de armen, ongeschoolden en criminelen steevast te horen dat ze zelf niet verantwoordelijk zijn voor hun trieste lot. Geen job? Je hoeft niet te zoeken, want het is de schuld van de maatschappij. Agressief of ander misdadig gedrag? Het is de schuld van een slechte jeugd of van de maatschappij. Geen zin om te studeren? Het is de schuld van de elitaire leerstof. Luister nou maar gewoon naar Eminem of 50 Cent.

Geregeld heeft Dalrymple het over zijn vader die opgroeide in een Londense achterbuurt. Omdat de strenge school hem wel nog correct leerde schrijven, rekenen, analyseren en omdat ze hem liet kennismaken met kunst en cultuur, kon hij zich wegwerken uit de buurt. Nu worden die kansen verspeeld door het waarderelativisme. Alles is evenwaardig. Een inspanning is niet nodig.

Uiteraard wordt Dalrymple uitgespuwd door de progressieve elite. Hij speelt haar immers de zwartepiet toe. Misschien moet iedere criticus toch maar eens eerst de volledige bundel lezen. Dalrymple komt her en der aartsconservatief uit de hoek, maar vaker nog gaat het om een conservatisme dat slechts op één doel mikt: progressie – ook en vooral voor de kansarmen.

Theodore Dalrymple, Beschaving of wat ervan over is. Nieuw Amsterdam, 352 blz., 24,95 euro.

Luc De Decker

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content