Iedereen overstappen, alstublieft

Amerikaanse steden die krap bij kas zitten, zullen handig moeten zijn om het noodlijdende openbaar vervoer te beheren.

Nicole Gelinas werkt aan een boek over de geschiedenis van het openbaar vervoer in New York. “Als ik tegenwoordig de metro neem, heb ik de neiging te tweeten: De metro is geweldig. Jullie zouden met me mee moeten gaan”, zegt ze. Maar ze voegt eraan toe dat als iedereen de metro neemt, “we niet op de metro zouden mogen zitten”.

Dat is de paradox van het openbaar vervoer tijdens een pandemie. De bussen en de metro’s zijn nog nooit zo schoon geweest. De passagiers met mondmaskers waren nog nooit zo rustig en beleefd, en het publiek was nog nooit zo bang om te reizen. Het aantal passagiers daalde met meer dan 80 procent in New York, Chicago, San Francisco en Washington DC. Om het reizen veiliger te maken kozen steden voor een grondige reiniging, andere routes en gewijzigde instapmethoden voor bussen. Enkele daarvan zullen 2021 halen en de manier veranderen waarop het openbaar vervoer Amerikaanse steden overeind houdt en vormgeeft – voorgesteld dat de vervoersmaatschappijen een uitweg vinden uit de financiële put die de pandemie heeft geslagen.

Federale hulp nodig

Normaal kunnen maatschappijen in moeilijkheden hulp vragen aan de overheid in hun regio. Maar die overheden kampen zelf met inkomstenproblemen. De economische terugval heeft geleid tot een daling van de belastinginkomsten en gestegen kosten, doordat er vaker moest worden schoongemaakt en ze beschermingsmateriaal aan hun personeel ter beschikking moesten stellen. De federale regering maakte 25 miljard dollar vrij voor het openbaar vervoer in de CARES Act, die in maart van kracht werd. Dat klinkt als heel veel geld, maar verdeeld over de honderden vervoersmaatschappijen was het snel op. Zonder federale hulp moeten de maatschappijen hun dienstverlening terugschroeven. Dat zal leiden tot minder frequente en vollere treinen en bussen, wat weer kan betekenen dat meer mensen voor de auto kiezen, waardoor het verkeersinfarct verergert. Het kost veel tijd om een verminderde dienstverlening terug te draaien. Uitbreidingen die waarschijnlijk leken voor 2021 zullen bijna zeker in de koelkast gaan.

Zo’n 75 procent van de New Yorkers pendelt met het openbaar vervoer. Een inperking van het systeem zal de productiviteit doen dalen. Als je de gebruikers van het openbaar vervoer in Boston en San Francisco naar de auto verwijst, komen de steden verder vast te zitten. In Detroit neemt 7 procent van het personeel de bus naar het werk. Besparingen kunnen ertoe leiden dat ze stoppen met werken.

Experimenteren

Maar covid-19 heeft vervoersnetten ook aangezet tot innovatie. Veel steden hebben herbekeken hoe passagiers op de bus stappen. Ze experimenteren met instappen door alle deuren, waardoor bussen minder lang bij haltes stilstaan.

Enthousiastelingen hebben lang gepleit voor busstroken. Steden hebben geleerd dat daarvoor geen aanslepende procedures en hopen geld nodig zijn: een paar blikken verf en de bereidheid tot experimenteren volstaan. Sommige stroken blijken misschien blijvertjes, nu steden in 2021 handiger en kostenefficiënter met het openbaar vervoer omgaan.