Hoe goed voorspelden we 2007?

We nemen een kijkje in onze eigen staat van dienst. Was 2007 zo voorspelbaar als we dachten?

Op de Olympische Spelen is er geen wedstrijd voor voorspellingen. Maar als er een was, hoe zou De Wereld in 2008 het er dan afbrengen? Het is zo in elke sport: de meest aangewezen plaats om een idee te krijgen over de kansen op succes van een team is de voorgeschiedenis. Dus hoe hebben we het, achteraf bekeken, eigenlijk gedaan in 2007?

Bij bepaalde, vooral Europese, gebeurtenissen hadden we geluk. We voorspelden het resultaat van de Franse verkiezingen correct, we zagen de gewelddadige instorting van de vredesinspanningen van de Spaanse regering met de Baskische terroristen van de ETA aankomen, wezen op de waarschijnlijkheid van een botsing tussen seculairen en islamisten in Turkije en schetsten hoe de verworpen grondwet van de Europese Unie in een nieuwe vorm opnieuw tot leven gewekt zou worden. In Groot-Brittannië verliep de machtsoverdracht van Tony Blair op Gordon Brown grotendeels zoals we verwacht hadden. Hetzelfde was het geval met het gebruik dat Rusland zou maken van zijn macht op energiegebied om de baas te spelen.

Het lijkt niet fair om een medaille op te eisen voor het instampen van open deuren, zoals de voorspelling van de patstelling tussen het Witte Huis en het nieuwe, democratische Congres. Dan lag onze economische prognose voor de Verenigde Staten (geen recessie in 2007, ondanks een inzinking op de vastgoedmarkt en algemene luwte) al iets moeilijker, maar we hadden gelijk.

Juist was ook de voorspelling voor de wereldeconomie in haar geheel: tragere maar nog altijd snelle groei, aangevoerd door de opkomende markten. We zagen ook de nakende reactie tegen het durfkapitaal aankomen, evenals de nadrukkelijke aan- wezigheid van de klimaatverandering op de mondiale agenda.

Voorspelbaar fout

Een goudenmedaillejaar, dus? Nee, want op drie voorspelbare vlakken schoot onze prestatie tekort.

In de eerste plaats hadden we het natuurlijk glad mis over een aantal zaken. We dachten dat Canada algemene verkiezingen zou kennen in 2007. Niet dus. We veronderstelden dat de regering van de nieuwe Japanse premier Shinzo Abe het jaar in een zetel zou uitrijden, maar in de plaats daarvan werd ze aan de dijk gezet. We stelden ons optimistisch voor dat er in de Verenigde Staten echt een hervorming van de immigratieregels zou tot stand komen, maar de patstelling in Washington DC bleek nog hardnekkiger dan we dachten.

Zoals gewoonlijk waren onze sportpronostieken waardeloos: we verwachtten een overwinning van Nieuw-Zeeland in de wereldbeker rugby (Frankrijk keilde ze eruit in de kwartfinale) en veronderstelden dat de wereldbeker cricket in de Caraïben een bron van vreugde zou zijn (in werkelijkheid werd het een fiasco).

Ten tweede, waren we soms té ijverig en gingen we te snel van start. Zaken die eigenlijk in 2007 moesten gebeuren – de opstart van de grootste deeltjesversneller ter wereld bij de Cern in Genève, de heropening van het Plazahotel in New York, de ontbinding van de Nederlandse Antillen – zullen pas in 2008 plaatsvinden.

Ten derde, en misschien wel het belangrijkst, bleken sommige van de topgebeurtenissen van 2007 net diegene te zijn die niet op ons radarscherm verschenen waren. We hadden het niet over monniken in Myanmar. Het woord ‘subprime’ stond niet in ons woordenboek. We hielden er het zwijgen toe over ingestorte bruggen in Minneapolis, bosbranden in Griekenland en het terugroepen van speelgoed van Chinese makelij. Iets dichter bij huis slaagden we er niet in om te voorspellen dat er nare overstromingen zouden zijn in Groot-Brittannië, dat er een stormloop zou plaatsvinden op een bank, laat staan dat Lady Thatcher door Gordon Brown op de thee zou gevraagd worden in Downing Street.

DE AUTEUR IS SAMENSTELLER VAN ‘DE WERELD IN 2008’.

Door Daniel Franklin

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content