Het verleden als toekomstmodel

Rond de millenniumwissel was VLM Airlines een naam als een klok. Een kleine, flexibele, wendbare luchtvaartmaatschappij. Maar toen werd Klein Duimpje opgeslokt door de reus Air France. Vandaag heeft VLM Airlines opnieuw een kleine eigenaar. Keren de mooie tijden terug?

Het is bouwverlof. “Gelukkig”, zucht Marin Hagopoglu, de secretaresse van Arthur White, CEO van VLM Airlines. Want het gebouw van de luchtvaartmaatschappij in Antwerpen staat in de steigers. De gevel wordt gerenoveerd, de ramen vervangen. Eind september moet de klus, die veel en aanhoudend lawaai veroorzaakt, geklaard zijn.

De renovatiewerken zijn wat symbolisch voor de luchtvaartmaatschappij. Tot 2007 was VLM Airlines zowat het symbool van een goed draaiende, flexibel opererende nichespeler. Met vanuit Antwerpen lijnvluchten naar onder meer London City (de nicheluchthaven vlak bij het Londense zakendistrict) en Manchester. Terwijl de flag carrier Sabena in 2001 de boeken neerlegde, en de opvolger Brussels Airlines moeizaam de weg terug in de lucht vond, boekte VLM Airlines negen jaar op rij winstcijfers.

De Nederlandse zakenman Jaap Rosen Jacobson, die de luchtvaartmaatschappij in september 1996 had gekocht, rook een riante exit. In december 2007 volgde de overname door Air France/KLM, voor 178 miljoen euro, waarbij 166 miljoen euro goodwill.

Antwerpen is groot, Parijs is groter

Maar wat volgde, was een treurig schouwspel. VLM Airlines kwam onder de vleugels van het Ierse CityJet, een andere regionale dochter van Air France. CityJet vloog tot eind 2012 — de balans van vorig jaar werd nog niet neergelegd — naar een overgedragen verlies van 366 miljoen euro. Air France boekte in 2012 een bijzondere waardevermindering van 168 miljoen euro op zijn belang in VLM Airlines. Vorig jaar dikte het verlies bij CityJet en zijn Antwerpse dochter nog eens met 122 miljoen euro aan. En in de eerste helft van dit jaar volgde alweer 4 miljoen euro verlies. Eind april vond Air France/KLM een overnemer voor VLM Airlines: het Duitse Intro Aviation, dat van de verkoper nog een miljoen euro toegestoken kreeg bij de verkoop.

CEO Arthur White blijft bijzonder discreet over het parcours onder Air France/KLM. Zelf fietste hij dat gedeeltelijk mee, want hij werd CEO bij VLM Airlines in de zomer van 2012, nadat in de vier jaar voordien zijn twee voorgangers werden versleten. “Air France is een sterke merknaam. Een flag carrier, voor de lange afstand. Maar Air France had geen traditie van kleine regionale carriers, zoals VLM Airlines. Nochtans was de overname destijds wel degelijk zinvol. Air France wou vooral een sterke positie verwerven in de luchthaven van London City (VLM Airlines had er ruim een kwart marktaandeel, nvdr). Daarmee zat Air France in de achtertuin van British Airways. Het was een markt van zakenreizigers, die veel wilden betalen voor een vliegticket. Maar dan kwam de bankencrisis. Een onafhankelijk VLM Airlines had wellicht niet kunnen overleven. VLM Airlines bleef overeind dankzij de kapitaalkrachtige moeder Air France/KLM.”

In 2011 kwam er een fikse herstructurering. VLM Airlines werd een zogenoemde ACMI-carrier: airline, crew, maintenance, insurance. De Antwerpse maatschappij voerde enkel nog vluchten uit voor derden. De commercialisering, de ticketverkoop, en dus ook het risico voor het vullen van de toestellen, verschoof naar de eindklanten. Dat was initieel vooral CityJet. Vandaar ook dat de grote verliezen schuilen bij die Ierse moeder. VLM Airlines werd betaald voor zijn diensten, wat maakt dat de recentere balanscijfers solide ogen.

Het vertrouwen is terug

ACMI blijft ook de hoofdactiviteit onder de nieuwe eigenaar Intro Aviation, benadrukt Arthur White. “Het commerciële risico is zo veel kleiner. Voor ons maakt het niet uit of een toestel leeg vliegt of vol. Wij worden betaald per vlucht. Maar uiteraard moeten wij stipt, betrouwbaar en klantvriendelijk zijn. En we werken in een zeer competitieve markt. Maar ik heb er alle vertrouwen in.” Zeven van de twaalf toestellen van VLM Airlines vliegen vandaag voor rekening van CityJet. Het gaat om regionale vluchten, bijvoorbeeld van Antwerpen of Rotterdam naar London City. Of van Cardiff naar Glasgow of Parijs.

Een andere ACMI-klant is Airlinair, en vanaf september komt er nog eentje bij. De ACMI-activiteiten genereren twee derde van de omzet. Daarnaast werkt VLM Airlines in de groeibusiness van chartervluchten. “Via ACMI heb je vast werk voor een langere periode: van een maand tot drie jaar”, duidt Arthur White. “Maar daarnaast willen we een palet van vele en diverse klanten. De voorbije twee jaar groeiden we telkens met 100 procent via onze charters. Voetbalploegen, touroperators, bedrijven die er een weekend op uit trekken.” Op het tarmac in Antwerpen pronkt een van de toestellen voor de charteractiviteiten, met als merknaam Vizion Air.

Het lijkt wel alsof VLM Airlines naar het verleden vliegt: de carrier keert terug naar het succesmodel van een lenige, flexibele, kleine nichespeler. Het kreeg via de verkoop door Air France bovendien een volledig opgekuiste balans mee. “We zijn schuldenvrij, eigenaar van onze vloot van twaalf Fokkers 50, en bovendien hebben we nog geld staan op onze bankrekening. Er zijn weinig luchtvaartmaatschappijen die dat kunnen zeggen”, lacht Arthur White.

WOLFGANG RIEPL, FOTOGRAFIE EMY ELLEBOOG

“We leggen de focus op onze niche, en daar heb ik alle vertrouwen in”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content