“Het vak van durfkapitalist is moeilijker dan gedacht”

“Blijkbaar leren we niet uit het verleden”, zegt Tony Neven. Maar de voormalige zaakvoerder en aandeelhouder van Sentinel en Care4Data kon niet anders nadat zijn bedrijven in 2004 failliet gingen. Zeker nu hij zich weer ergens wil inkopen.

Zorg dat je ‘s ochtends niet weet wat je tegen ‘s avonds verdiend zal hebben. Dat is het motto van Tony Neven (55). Hij leerde het van zijn vader – die het zelf hoorde van zijn vader – en hij adviseert het nu aan zijn dochter. Het legde Neven aanvankelijk geen windeieren. Met zijn bedrijven Care4Data, gespecialiseerd in duplicatie en replicatie van cd’s en dvd’s, en Sentinel, gespecialiseerd in de productie van ongeschreven cd’s en dvd’s, scheerde hij eind jaren negentig hoge toppen. Tot hij op een avond in 2004 vaststelde dat hij niets meer verdiende. De concurrentie uit het oosten was te scherp en wat de collega’s in de Verenigde Staten was overkomen, overkwam ook Sentinel. De productie van onbeschreven datadragers was niet langer rendabel in het Limburgse Wellen, zeker niet toen Fortis Bank de kredieten opzegde. Het faillissement leek voor de buitenwereld onomkeerbaar, maar had het aan Neven gelegen, dan bleef het rendabele Care4Data wel bestaan. Bij gebrek aan de wet over de continuïteit van ondernemingen draaide het anders uit.

Je merkt er helemaal niets van als je het landgoed van Neven in Hasselt betreedt. Het privé-eigendom deed nooit dienst als onderpand voor Care4Data of Sentinel en vormde de uitvalsbasis voor Nevens doorstart. De ondernemer transformeerde de afgelopen jaren in een manager. Neven zette als CEO de afgelopen jaren het softwarebedrijf Adifo uit Maldegem weer op de rails, maar gaf die functie eind 2008 op. “Adifo produceert vooral software voor de veevoedersector, een sector waar ik helemaal niet thuis in ben. Dat heb ik ook onmiddellijk gezegd, maar er was voldoende sectorkennis aanwezig. Het bedrijf had wel iemand nodig die de operationele leiding kon overnemen. De kinderen van de eigenaars hadden met veel goede wil de leiding genomen toen hun ouders ziek werden, maar ze hadden te weinig ervaring. Dat was niet te combineren met de laagconjunctuur in de softwaresector. Nu Adifo weer focus heeft, werd mijn rol eerder commercieel. Het is niet evident voor een vreemde in de piepkleine veevoederwereld, waar iedereen klant of leverancier van elkaar is. Me inwerken zou tijd vragen en die had Adifo niet.”

Neven is wel nog bestuurder bij – even adem happen – het verpakkingsbedrijf Rajapack, bij de immovennootschap De Blijde Hoek, die onder andere het Limburgse distributiecentrum van brouwerij Alken Maes overkoepelt, bij voedingsbedrijf De Gentse Kluis, dat Domo als hoofdaandeelhouder heeft, en bij Geos, dat testen uitvoert op bouwmaterialen. Ook in de raad van bestuur van ANL Plastics, het bedrijf van zijn familie in Wellen, heeft hij nog een zitje. Ook zijn broer Jean is sinds vorig jaar niet langer operationeel actief. Hij trok een externe manager aan om het van hem over te nemen nu hij met pensioen is. “Gezien de familiale toestanden zou het een beetje moeilijk liggen dat ik de leiding zou overnemen bij ANL Plastics. Het was niet aan de orde, laat het ons daarop houden.”

Neven, die nog altijd handelsrechter is in Tongeren, zoekt momenteel nochtans naar een bedrijf waar hij operationele taken op zich kan nemen, liefst gekoppeld aan een participatie of overname. “Ik heb geen aandelen meer in ANL Plastics. Die verkocht ik indertijd om het geld nog snel in mijn bedrijf te pompen in een poging Sentinel te redden. Niet zo’n goede beslissing.”

TONY NEVEN. “Mijn blik staat breed open. Ik zoek een onderneming die ik kan overnemen of waar ik toch in kan participeren, de grootte of de sector zijn geen criterium. Ik wil liefst ook operationeel actief kunnen zijn, want ik wil de volgende jaren nog niet stilzitten. Een van de twee dossiers die ik momenteel onderzoek, gaat over een firma die heel goed draait. Die zou ik enkel meer schaal en ambitie kunnen geven. In een onderneming die het moeilijk heeft, is het gemakkelijk om te scoren en meerwaarde te creëren, maar dan moet je er wel heel zeker van zijn dat er geen lijken uit de kast vallen.”

Maakt de crisis uw zoektocht gemakkelijker?

NEVEN. “Er is tamelijk wat aanbod, maar er zit enorm veel kaf tussen het koren. Ik ben al een paar keer ver gevorderd in onderhandelingen, maar tot nu toe kwam er niets van. Veel bedrijven komen pas op de markt als het eigenlijk te laat is voor bijkomende financiering. Of ze willen gewoon de markt eens aftasten.

“Veel ondernemers maken ook hun huiswerk niet goed voor ze op zoek gaan naar investeerders. Zij realiseren zich de gevolgen van externe financiering vaak pas tijdens de onderhandelingen en trekken zich dan plots terug. De zaakvoerders willen bijvoorbeeld wel geld, maar zijn niet bereid een bestuursmandaat in ruil te geven. Bij een volledige verkoop gebeurt het dan weer dat de eigenaars ineens beseffen dat ze niet weten hoe ze hun vrijgekomen tijd moeten besteden, want daar hebben ze nooit eerder bij stilgestaan.”

Waarom kiest u weer voor een participatie of overname terwijl u en uw collega’s van Fundus het durfkapitaalfonds eind maart nog vereffenden?

NEVEN. “Dat is een teken dat we niet negatief staan tegenover de oefening die we met Fundus maakten. Het vak van durfkapitalist is blijkbaar toch moeilijker dan we dachten. Er waren zoveel investeringsfondsen, er zat zoveel geld in de markt, maar er doken te weinig interessante dossiers op. Voor de goede dossiers die wel op tafel kwamen, werden prijzen betaald die voor ons niet langer te rechtvaardigen waren. Omdat al onze vennoten (Joris Brantegem, Ignace De Bock, Jan Kumpen, Dirk Mertens en Jan Ruysschaert) ook de taak van bestuurder opnamen in onze participaties voelden we geen druk om in nieuwe dossiers in te stappen. De vaste kosten, zoals die van een investeringsmanager, bleven wel hoog. Bij een gebrek aan voldoende dossiers per jaar bleef Fundus daarom niet rendabel. Ondertussen zou de conjunctuur in ons voordeel spelen, maar we hadden al in hoogconjunctuur beslist om te stoppen.”

Hebt u aan het einde een meerwaarde kunnen incasseren?

NEVEN. “Niet echt. (glimlacht) We hebben de laatste participatie verdeeld onder de oprichters en hebben afgesproken dat we elkaar contacteren als we ons toch nog eens samen op een dossier willen storten.”

Kunt u zich vinden in het debat over toplonen en gouden parachutes?

NEVEN. “Wie niet akkoord gaat met de loonpolitiek van een beursgenoteerd bedrijf, moet zelf zijn of haar verantwoordelijkheid nemen. Iedereen kan aandelen kopen om naar de algemene vergadering te mogen gaan om er de raad van bestuur – die de salarissen van de directie goedkeurt – op de vingers tikken. Zo simpel is het. Elke bestuurder kan ontslagen worden. Kiezen de aandeelhouders daar niet voor, dan moeten ze de wetgeving en de afspraken die binnen het bedrijf worden gemaakt maar aanvaarden. Wat de rest van de wereld, die geen aandelen van het bedrijf heeft, denkt over de loonpolitiek, is verder absoluut niet relevant.”

Hebben externe bestuurders zoals u inderdaad zoveel macht?

NEVEN. “De persoonlijke aansprakelijkheid van een bestuurder is te groot geworden . Terwijl het moeilijk is om als extern bestuurder de operationele details van een onderneming te kennen. Dat wordt een probleem. Om goed te zijn, moet je tegenwoordig bijna op elke raad van bestuur vragen of de firma de RSZ-bijdrage wel betaalde. Maar zelfs de directie heeft vaak geen weet van zaken die in een bedrijf gebeuren. Om het karikaturaal te stellen: als iemand in slaap valt tijdens het tanken aan een bedrijfspomp, en er liters benzine verloren gaan, is de kans klein dat die dat zal toegeven.

“Ja, tegenover de aansprakelijkheid staat dat een raad van bestuur veel beslissingen kan nemen. Is dat te veel macht? Dat is nu eenmaal de macht die we krijgen van de wetgever. Wat ik persoonlijk minder goed begrijp, is dat de mensen die ervoor moesten zorgen dat de banken zich aan de spelregels hielden duidelijk hun werk niet deden en wel buiten schot blijven. Dat een bankier toch probeert om buiten de lijntjes te kleuren, kan ik nog begrijpen. Niet dat de controlemechanismen te laks waren. Het stoort me dat zij daar zo goed mee wegkomen, want ik hoor heel weinig commentaar op de CBFA en andere instellingen. Daar is nog geen schoon schip gemaakt, zij dragen nog geen consequenties. Ze konden door de internationalisering misschien niet meer uitmaken waarmee welke bank bezig was, maar dan hadden ze dat tenminste moeten melden.”

Banken verlenen ondertussen minder gemakkelijk krediet. Ziet u daarin een parallel met uw faillissement, met hoe de bank uw kredieten afsloot?

NEVEN. “De banken hebben vandaag net meer geduld met probleemdossiers, misschien omdat ze niet langer dezelfde maatstaven kunnen handhaven als in 2004. Toen ik Care4Data, dat wel nog winstgevend was, wilde openhouden, was de bank heel duidelijk: ze waren meer geïnteresseerd in de opbrengst van het vastgoed dan in het uitbaten van het bedrijf. Als ze die maatstaven nu zouden hanteren, zouden ze opgescheept zitten met een hele hoop vastgoed dat ze niet meer kwijt kunnen. Banken bestuderen ondertussen dus dossier per dossier wat ze nog kunnen realiseren. Maar ik ben nog altijd niet goed in bankenlogica hoor.” (lacht)

In uw persoonlijk vastgoed was de bank niet geïnteresseerd?

NEVEN. “Ik heb de scheiding tussen privé en zaken altijd heel strikt gemaakt, heb de banken gezegd: tot hier en niet verder. Je moet die lijn al trekken als het goed gaat met je bedrijf en je mag er absoluut niet over heen gaan. Ik heb mijn eigendom nooit als onderpand gegeven. Daar ben ik zeer blij om. Ik weet dat mijn werknemers het daar zeer moeilijk mee hadden. Voor hen was het acceptabeler geweest als ik niets meer zou hebben. Ik moet hen teleurstellen, dit gaf mij de kans om nieuwe uitdagingen te zoeken. Al heb ik nog niet op tijd toegegeven dat het gedaan was met Sentinel, ik heb er nog serieus wat middelen ingepompt. Ik deed in het laatste jaar nog een kapitaalverhoging. Jammer genoeg, achteraf bekeken.

“Ik zie op de rechtbank nog te veel mensen die hun huis of andere eigendommen verkopen om de opbrengst ervan in hun bedrijf te investeren. Dat kan een oplossing zijn als je er een fundamenteel probleem mee kunt oplossen, maar het is vaak om een acuut probleem snel op te lossen, als een pleister op een houten been. Die mensen moeten tegen zichzelf worden beschermd. Daar is een grote rol weggelegd voor accountants. De bankiers zitten aan de andere kant, proberen te pakken wat ze kunnen krijgen en adviseren dus meestal net het omgekeerde.

“Het is altijd heel belangrijk dat je met de hulp van externen met een objectieve blik je huiswerk maakt, nog voor je bijvoorbeeld over een kapitaalverhoging gaat nadenken. Als de inbreng van middelen alleen een paar maanden uitstel van executie betekent of enkel de druk van de vakbonden even wegneemt, doe je het beter niet.”

De vakbonden maakten het u in 2004 niet gemakkelijk. Wat voelt u als u vandaag hetzelfde ziet gebeuren bij andere bedrijven?

NEVEN. (zwijgt lang en schokschoudert) “De vakbonden hebben het tegenwoordig erg moeilijk om hun mensen nog in het gareel te houden. Het aantal akkoorden dat zogezegd wordt gesloten en daarna weer wordt weggestemd door de kern is aanzienlijk. Omdat de emoties hoog oplopen, durft de vakbondsleiding momenteel bepaalde zaken niet door te drukken, zelfs al staan zij er wel achter. Daardoor worden er veel te veel beslissingen genomen die alleen op korte termijn soelaas bieden.”

Door de crisis worden steeds meer mensen geconfronteerd met faillissementen. Denkt u dat het taboe daardoor stilaan wordt doorbroken?

NEVEN. (zucht en blijft lang stil) “Ik weet het niet, ik weet het echt niet. Ik zie geen evolutie, noch bij wie het meemaakt, noch bij hun entourage. Wat mezelf betreft, kan ik alleen maar zeggen dat faillissementen alleen tamelijk taboe zijn bij collega-ondernemers, veel minder in de rest van de maatschappij.”

Wordt u vandaag nog vaak met uw faillissement geconfronteerd?

NEVEN. “Niet tijdens mijn zoektocht naar een participatie. Toen ik als CEO van Adifo alle dagen van Hasselt naar Maldegem moest pendelen, kreeg ik geen tankkaart van de oliemaatschappijen omdat het studiebureau Graydon een negatief advies over me gaf. Tja, als er dat soort stempels wordt gedrukt… Gelukkig zien mensen steeds vaker dat het mogelijk is om een normaal leven te leiden nadat je bedrijf failliet ging. Al starten Belgen nog niet zo vaak weer een firma op na een eerste keer te hebben gefaald. In de Verenigde Staten doen ondernemers dat bijvoorbeeld veel vaker. De wet op de continuïteit van ondernemingen zal in ons land veel oplossen. Als ze goed wordt gebruikt, zullen er binnenkort zelfs minder faillissementen zijn.”

De overheid strijdt ook om sommige industrieën in België te houden.

NEVEN. (zuchtend) “Ja, blijkbaar leren ze niet erg uit het verleden, noch de vakbonden, noch de regering. Daar zal de macht van het getal zeker een rol in spelen. De mijnen en de staalindustrie zijn in België ook veel te laat gesloten. In Nederland gebeurde dat veel eerder en daar hebben ze, twintig jaar voor Limburg dat kon, van geprofiteerd. Ik begrijp niet dat onze overheid nu met de automobielsector hetzelfde wil doen. Ik zeg niet dat de hele auto-industrie moet worden opgedoekt, maar het is duidelijk dat er overcapaciteit is. Er verdwijnen dus veel middelen in een bodemloze put. Met die middelen zouden we bijvoorbeeld weer een onderzoekscentrum zoals IMEC kunnen oprichten. Daar kom je volgens mij veel verder mee, want het tempo waaraan ze in Azië niet alleen machines kopiëren, maar ook ontwikkelen, ligt erg hoog. De machines worden bovendien daar verkocht, dus zij kunnen veel gemakkelijker hun prototypes verbeteren.”

Hebt u uw dochter daarom afgeraden om zelfstandig te worden?

NEVEN. “Helemaal niet, integendeel. Ze heeft een jaar in dienstverband gewerkt, maar haar printmanagementbedrijfje doet het ondertussen toch al een jaar goed. De conjunctuur helpt haar natuurlijk niet. Ze voelt wel dat bedrijven hun drukwerk beperken. Ik ben er als ze me nodig heeft, maar ik participeer niet in haar firma. Zo kapitaalintensief is haar activiteit ook weer niet.”

Door Sjoukje Smedts Fotografie Jelle Vermeersch

“Veel ondernemers maken hun huiswerk niet goed voor ze investeerders zoeken”

“Banken hebben vandaag net méér geduld met probleemdossiers”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content