HET CONTAINERRISICO

Wie naar Europa kijkt, zal het misschien nauwelijks geloven. Maar toch beleven we wereldwijd een van de sterkste periodes van economische groei ooit. Volgens het Internationaal Muntfonds (IMF) bedroeg de gemiddelde reële groei van de wereldeconomie tussen 2002 en 2006 ruim 4 %. We moeten teruggaan tot de jaren zeventig van de vorige eeuw om nog zo’n vijfjarige periode te vinden.

De hemel klaart op. De voorbije maanden rees er nogal wat twijfel over de voorspelling die het IMF had gemaakt voor de wereldeconomie in 2006: een groei met 4,3 %. Maar de jongste weken klaarde de hemel op, en dat is te danken aan twee elementen.

Ten eerste was in 2005 nog zowat de helft van de groei van de wereldeconomie te danken aan het duo Verenigde Staten-China. Uit de jongste gegevens blijkt dat de expansie in de VS lichtjes lijkt te vertragen, terwijl Japan en euroland versneld overeind kruipen. In de herfst van 2005 voorspelde het IMF voor Japan en euroland nog groeicijfers in 2006 van respectievelijk 2 % en 1,8 %. Vandaag lijkt een groei van respectievelijk 3 % en 2 % niet langer pie in the sky. Minstens even belangrijk als de groeiversnelling op zich, is het feit dat ze vooral wordt gedragen door de interne vraag in Japan en euroland, en veel minder door de export. Die geografisch beter gespreide economische groei vormt een wezenlijk onderdeel van de verschuivingen die nodig zijn om hét grote onevenwicht in de wereldeconomie – het tekort op de lopende rekening van de Amerikaanse betalingsbalans – naar normale proporties terug te brengen. Ter info: in 2005 bedroeg dat deficit 6,25 % van het Amerikaanse bruto binnenlands product (BBP) of 1,5 % van het wereld-BBP.

Ten tweede merken we in de wereldeconomie meer en meer een verschuiving van consumptie naar investeringen. Wereldwijd schommelden de investeringen in de jaren negentig rond 23 % van het wereld-BBP. Op het einde van de jaren negentig volgde een vrij scherpe terugval: tot 20 % à 21 %. De Aziatische crisis, de aandelenbubbel met zijn overinvesteringen in informatie- en communicatietechnologie (ICT) en de depressie in Japan vormden de belangrijkste krachten achter die terugval. Een expansief budgettair en monetair beleid nam de groeifakkel over, vooral in de VS maar zeker ook in de eurozone en Japan. Sinds zo’n kleine twee jaar zijn de investeringen zich aan het herstellen, wat ook te merken is aan de buitenlandse investeringen. Die zijn sinds 2004 wereldwijd aan het aantrekken. Het hoeft geen betoog dat een expansie steviger oogt wanneer ze meer stoelt op investeringen en minder op een expansief budgettair en monetair beleid.

Terreur via de container. De grootste bedreiging voor de huidige economische expansie komt uit de veiligheidshoek. We hebben het dan niet zozeer over een escalatie in Irak, luchtaanvallen op de nucleaire installaties in Iran of een confrontatie tussen de VS en Noord-Korea of Venezuela. Wat wél schrik inboezemt, is het containerrisico – vraag dat maar aan de Amerikaanse home security-tsaar John Negroponte .

In de Amerikaanse havens lopen er dagelijks duizenden containers binnen. Via dat kanaal een zwaar explosief of nog veel straffere kost binnensmokkelen, is eigenlijk helemaal niet zo moeilijk. Meer nog: John Negroponte & co. vinden het veeleer merkwaardig dat dit nog niet succesvol gebeurde.

De economische gevolgen van zo’n terroristische actie zouden overweldigend zijn. Bovenop de onmiddellijke schade zou een dergelijke terreuraanval verplichten tot veralgemeende en geïntensifieerde controles, die erg verlammend op de economie zouden inwerken. De 4,3 % economische groei voor dit jaar zou binnen de week in de prullenmand liggen.

De auteur is directeur van de denktank VKW Metena.

Johan Van Overtveldt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content