Groot moet, Big niet

Het Antwerpse accountancykantoor Moore Stephens Verschelden-Walkiers en zijn Limburgse sectorgenoot Van Havermaet Groenweghe bundelen hun krachten. Ze willen nog agressiever groeien met nieuwe overnames en door met een compleet dienstenpakket de Big Four aan te vallen op hun eigen terrein.

HANS BROCKMANS, FOTOGRAFIE THOMAS DE BOEVER

HANS BROCKMANS, FOTOGRAFIE THOMAS DE BOEVER

Met de fusie van Moore Stephens Verschelden-Walkiers en Van Havermaet Groenweghe ontstaat het zesde grootste accountantskantoor van het land, na de Big Four (Deloitte, PwC, KPMG en Ernst & Young) en BDO. “Normaal worden we tegen het einde van het jaar het nummer vijf in België”, voorspelt managing partner Frans Verschelden. “We voeren een agressieve groeistrategie. Schaalgrootte is in ons beroep nu eenmaal nodig om een brede variatie van diensten te kunnen aanbieden. We praten met twee kantoren in Luik en Brussel. Die werken nog autonoom onder de koepel van Moore Stephens (zie kader Los verband).”

Moore Stephens Verschelden-Walkiers & Co is zoals de draak van een naam doet vermoeden zelf het product van een fusie. In maart smolt Moore Stephens Verschelden samen met Walkiers & Co. Emile Walkiers van het gelijknamige kantoor in Antwerpen en de Kempen heeft in vier decennia een legendarische reputatie opgebouwd. Moore Stephens Verschelden heeft een sterke positie in de haven van Antwerpen, onder meer door doorverwijzingen uit het netwerk van Moore Stephens, dat veel klanten heeft in de maritieme sector.

De verruiming met het Limburgse Van Havermaet Groenweghe lijkt logisch. Dat kantoor is zeer sterk in Limburg, waar Moore Stephens geen voet aan de grond meer had. Van Havermaet Groenweghe deed in de jaren tachtig een transnationale fusie met de Eindhovense branchegenoot Van den Boomen. Dat behoorde toen tot het netwerk van Moore Stephens, maar opteerde na een volgende fusie voor het concurrerende Morison International.

Gewezen managing partner Jan Maurissen (Van Havermaet Groenweghe) wordt nu voorzitter van het fusiekantoor: “De link met Morison vonden we minder interessant”, argumenteert hij. “De culturele verschillen met Nederland waren te groot en er was evenmin sy- nergie. Grote ideeën van Europese grensregio’s ten spijt is er bitter weinig economische interactie tussen Noord-Brabant en Noord-Limburg. Omdat ik Frans Verschelden uiteraard nog goed kende van vroeger, nam ik de dag na het stopzetten van de samenwerking met Nederland contact op voor een gesprek.”

Maurissen verwacht nog consolidaties in de sector. Hij ziet op termijn drie typekantoren ontstaan: de Big Four, second tierkantoren met een omvang van 400 tot 500 medewerkers, en de kleinere dienstverleners. “Die laatste categorie zal zich vooral concentreren op het aanleveren van cijfers. Willen ze een breder dienstenpakket aanbieden, dan zullen ze moeten opgaan in een groter geheel. De middencategorie – wij dus – zal bestaan uit echte ondernemers, die mikken op groei en toch wendbaar genoeg blijven om zich aan te passen aan de vraag op de markt. Ze zullen specifieke diensten aanleveren, zoals fiscaal advies met een hoge toegevoegde waarde of opvolgingsstructuren op maat. Die zijn natuurlijk klassiek ook het terrein van de Big Four. Maar wij houden die diensten betaalbaar, zodat ook kmo’s de factuur kunnen betalen.”

Minstens 10 procent groei

Van Havermaet Groenweghe (150 medewerkers, 17 miljoen omzet, 4000 klanten) is wat kleiner dan Verschelden-Walkiers (235 medewerkers, 24 miljoen omzet, 5000 klanten). Er zijn geen overlappingen in het klantenbestand, dat mooie namen als Sarens, Gimv en Eden Chocolates bevat. De nieuwe organisatie hoopt volgend jaar 46 miljoen euro omzet te draaien met 450 medewerkers (ter illustratie: concurrent BDO telt 460 mensen). Ze voorspelt ook de volgende jaren een organische groei van 10 tot 15 procent.

De bedrijfscashflow is 20 procent. “Bij de twee kantoren overigens, want had een van hen een rendement van 5 of 40 procent gehad, was de fusie er nooit gekomen”, zegt Maurissen. Van Havermaet Groenweghe biedt het fusiebedrijf een grotere spreiding van diensten, omdat het sinds 2008 met Geert Motmans (ex-Hudson) ook hr-advies aanlevert. Die activiteit zal het kantoor over het hele netwerk uitrollen. Het zal ook zijn overname- en fusiedepartement apart op de markt zetten en de divisie corporate finance versterken. Het vastgoed werd ondergebracht in een aparte structuur, omdat anders de financiële verhouding zou scheeftrekken.

Over een paar weken verhuist het hoofdkantoor naar een pand aan de Antwerpse de Gerlachekaai, waar ook CMB en Exmar huizen. Vlakbij de maritieme klanten, met andere woorden.

Concurrenten wijzen erop dat het nieuwe kantoor een amalgaam is van regionale vestigingen, met opvallende lege plekken in het zuiden van het land en West-Vlaanderen. Dat is een manco voor een organisatie die zich presenteert als “referentiepraktijk voor familiale ondernemingen”. Wanneer zal het de concurrentie aangaan met gevestigde waarden in West-Vlaanderen, zoals het kantoor Vandelanotte?

Verschelden: “Voorlopig is daar geen sprake van. Het is moeilijk een lokale partner te vinden die tegelijk de kwaliteit kan en wil bieden in een groter geheel. Heel wat West-Vlaamse kantoren zijn sterk in accountancy, maar daar blijft het dikwijls bij. Binnen een jaar of vijf zullen we dat gat moeten opvullen. Eerst verwerken we de voorbije fusies.”

Oorlogskas

Tegen 14,5 miljoen euro schulden heeft de groep een gecombineerd eigen vermogen van 25,5 miljoen euro. “We beschikken over de nodige reserves om de zetels aan te vullen met personeel om er een fullservicepraktijk uit te bouwen”, stelt managing partner Frans Verschelden. “Een deel van de reserve wordt ook gebruikt om nieuwe overnames te ondersteunen. We mikken enkel op grote kantoren.”

Met 24 vennoten op 385 werknemers lijkt doorgroeien naar de top niet eenvoudig. “Er is nog ruimte voor mensen die zich willen engageren”, meent Frederik Berckmoes-Joos, de executive director van het kantoor. “We weten uiteraard dat we jonge mensen een perspectief moeten aanbieden als we talent willen aantrekken en blijven motiveren. Toch is er bij ons een groot verschil met de rat race bij de Big Four. Bij ons is er geen up or outmentaliteit. De nadruk ligt lokaal op accountancy. Wie liever in onze lokale kantoren werkt, zoals Meise, Geraardsbergen of Herentals, kan dat perfect. Wie wil doorgroeien naar de full- serviceactiviteiten kan er dan weer voor opteren naar onze hoofdzetels door te stoten. Die groeistrategie is een wervende factor voor heel wat jonge mensen.”

“We bieden diensten die klassiek ook het terrein van de Big Four zijn. Maar wij houden ze betaalbaar, zodat ook kmo’s de factuur kunnen betalen” Jan Maurissen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content