GROEIEN onder vleugels groter bedrijf

Sjoukje Smedts  medewerker van Trends

PR Force laat kleinere pr-bureaus onder zijn naam werken en geeft managementsteun in ruil voor een winstpercentage.

In de Gouden Gids vind ik meer dan tachtig pr-bureaus met minder dan vijf personeelsleden in België,” zegt Johnny Kegels, CEO van PR Force. Die bedrijfjes hebben een structureel groeiprobleem, meent hij. “Een klein pr-bureau moet ook als een echt bedrijf gerund worden.” Bureaus die willen uitdijen tot een groot bedrijf moeten álles kunnen en álles graag doen. Kegels vreest dat de meeste zaakvoerders sterk zijn in public relations, maar zich liever niet bezighouden met management. Dat probleem vormt de kans die PR Force greep om een win-winsituatie te creëren: PR Force ondersteunt de kleine bureaus en loodst hen binnen in het eigen netwerk. Voor beide is het een uitgelezen groeikans.

“Wij hadden een goed administratief apparaat, exact wat anderen nodig hadden,” aldus Kegels. Het eerste samenwerkingsverband kwam er met de Nederlandse Richard Neve van het toenmalige Neve PR, nu Trimedia Nederland. “Richard is een gedreven vakman,” prijst Kegels. “Maar hij vergat al eens dat er bij een pr-bureau ook management nodig is. Hij had dus nood aan ondersteuning. Wij namen onder meer de selectieprocedures en personeelsverloning over. Kortom, Richard moest de fouten die wij ooit met scha en schande maakten, niet meer maken.”

Op zoek naar ambitie

Ondertussen ging PR Force ook op de Belgische markt op zoek naar starters en kleine pr-bureaus die wilden groeien. Het doel? De activiteiten zo uitbreiden, dat de klanten alle soorten van communicatie aangeboden krijgen. De vennootschappen die zich bij het netwerk aansluiten, werken onder een merknaam van PR Force. “Wij bieden de volledige service, al zijn er nog disciplines die ontdubbeld kunnen worden. In vele markten zijn meer groeimogelijkheden dan wat wij er uithalen. Ik moet vennootschappen vinden die in bepaalde sectoren echte trekkers zijn,” zegt Kegels.

Zo’n trekker is Jan De Ceuster van Trimedia Travel. Hij runde samen met Tony Coppers Coppers & Partners, gespecialiseerd in travel pr. Vier jaar geleden stapte Coppers eruit. De Ceuster wilde voort met een grotere partner, omdat hij de bedrijfsmatige knowhow miste. Het grote knelpunt van vele kleine bureaus is net het vinden van het evenwicht tussen klanten, personeel en cashflow. “Ik ben weliswaar nog altijd zelfstandige, maar ik sta er niet alleen meer voor en ik kan mijn tijd veel nuttiger besteden. Ook de financiële draagkracht van de grote firma is een voordeel, zeker bij het aantrekken van belangrijke klanten. Nu kan ik zelfs een beroep doen op het Europese netwerk van Huntsworth, het moederbedrijf van PR Force.”

Ondernemingsschap

Het samenwerkingsmodel lijkt op Buurtslagers: zelfstandige slagers die bezwijken onder administratie en financiële lasten, kunnen er aansluiten. Via franchise brengt Buurtslagers hen onder bij distributieketens. Kegels noemt vooral de manier waarop PR Force omgaat met zijn medewerkers uniek. Anders dan vennoten bij een zakenkantoor, behouden de vennootschappen onder de koepel hun ondernemings- schap. De bureaus die zich aansluiten bij PR Force blijven zelfstandig. “Zij kopen zich niet in bij ons en wij kopen ons niet in bij hen,” legt Kegels uit. “We stellen een managementovereenkomst op. In ruil moet een percentage worden afgestaan aan de koepel voor de naamsbekendheid en de managementondersteuning.” De vennootschappen factureren onder de koepel, maar ze behouden hun klanten, hun zaken.

Die werkwijze doet sterk denken aan het franchiseprincipe, maar daar heeft het volgens De Ceuster van Trimedia Travel niets mee te maken. “Ik ben een onderdeel van de organisatie en kan volledig meedraaien. Als het franchise was, zou ik gewoon op kantoor gebleven zijn. Dan kreeg ik een stempel van de organisatie.” Ook Kegels spreekt over vennoten wanneer hij het heeft over de pr-bureaus die onder zijn koepel werken, al zijn deze bureaus dat in strikt juridische zin niet.

Niet om het even wie

“De samenwerkingsverbanden van PR Force bevatten wel degelijk kenmerkende elementen van franchising,” vindt Jan Van Camp, vennoot bij advocatenkantoor De Broeck-Van Laere-Van Camp-Coopman. Volgens Van Camp kan het voor kleine bedrijven interessant zijn in zee te gaan met een gevestigde waarde. Je krijgt dankzij het gebruik van beproefde knowhow, een bedrijfsconcept en een bekende naam gemakkelijker toegang tot de markt. Je prijszetting kan meteen wat hoger, ook al moet je een winstpercentage afstaan.

“De bedrijven kunnen best afwegen hoeveel tijd en kosten er nodig zijn om hetzelfde te bereiken als wanneer ze onder een koepel werken en daarop hun besluit baseren,” adviseert Van Camp. “Ik raad wel aan om de rechten en plichten van beide partijen nauwkeurig te omschrijven. Dat is niet alleen voor de vennootschappen onder de koepel, maar ook voor de koepelvennootschap belangrijk. De koepelvennootschap leent haar merknaam en knowhow en moet dus zeker zijn dat de vennootschappen onder de koepel kwaliteit leveren.”

Kegels gaat niet met om het even welk bureau in zee. “We willen een ambitieus verhaal schrijven. Die minimumambitie verwachten we ook van de andere vennootschappen. Ze moeten niet zozeer een minimumcijfer halen, maar ze moeten wel absoluut marktleider willen zijn in hun vakgebied. Iemand die zich wil aansluiten omdat het makkelijk lijkt, weren we. Het moet echt de ambitie zijn om met je kantoor het verschil te maken. Dat willen wij als groep ook.”

Sjoukje Smedts

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content