Goede wil volstaat niet

De Brusselse Leopoldwijk is het hart van een economische regio met 400 miljoen inwoners. Maar ziet de Belgische overheid er wel het belang van in?

Toen Europa zich in het begin van de jaren zestig in Brussel vestigde, kon niemand verwachten dat de liefde tussen ons land en de Europese instellingen zo groot zou worden. Door de jaren heen werd de hoofdstad van België beetje bij beetje – met de komst van de Europese Commissie en het Europees Parlement – de hoofdstad van Europa. Een rol met meer prestige is moeilijk denkbaar. Jammer genoeg volstaat een bezoekje aan de Leopoldwijk om te beseffen hoe nalatig onze overheid is op het vlak van stedenbouw.

PROJECTEN GENOEG.

Dat de politici van goede wil zijn, zal niemand ontkennen. Alleen loopt het vaak fout bij de concrete uitwerking van hun plannen. Zo kondigden ze met veel tromgeroffel verscheidene grote projecten aan… die tot op vandaag nog steeds in de projectfase zitten.

Het programma Paden van Europa zal sterk worden afgeslankt. In plaats van de vereiste 3 miljard frank zou naar verluidt nog maar 300 miljoen beschikbaar zijn.

De overheid zegt ook al twee jaar dat ze de Wetstraat zal verfraaien (bredere voetpaden, minder rijstroken, hangende tuinen, nieuwe straatverlichting enzovoort), maar de plannen hebben nog niets concreets opgeleverd.

De sage van de vestiging van de Europese vertalers in La Plaine wijst eveneens op een malaise tegenover de ontwikkeling van de Europese instellingen. Waarom verspreidt men Europa over andere delen van de stad als er in de Leopoldwijk voldoende ruimte is? Of, zoals Michel Pilette, gedelegeerd bestuurder van Jones Lang Lasalle ( JLL), het verwoordt: “Met alle vastgoedprojecten die nu op de markt komen of voor de nabije toekomst zijn voorzien, zullen we op korte en middellange termijn bijna 250.000 vierkante beschikbaar hebben.”

Het gaat daarbij vooral om speculatieve projecten, onder meer renovaties. Voorbeelden zijn Eurosquare (AG, 30.000 m²), dat in januari 2000 zal worden opgeleverd; Wetstraat 51 (Maes, 14.000 m²); Emerald Court (Bernheim, 20.000 m²), dat net klaar is; het Van Maerlantklooster (9000 m²); en de hoofdzetel van Sofina in de Marsveldstraat (23.000 m²), die in 2001 in gebruik zal worden genomen.

Beschikbare ruimten zijn er dus genoeg. Alleen is het wachten op kandidaten. Daarbij zijn de blikken natuurlijk op de Europese instellingen gericht. Maar die kunnen pas een beslissing nemen als de nieuwe Commissie is geïnstalleerd. “De Commissie had aangekondigd dat ze een aantal kleinere gebouwen die nu nog worden gehuurd, wou ruilen voor grote ruimten. Maar ze heeft de huurcontracten verlengd, omdat er geen beslissingsbevoegdheid is,” merkt Pierre Bondelé (JLL) op.

Meer belangstellenden.

De Leopoldwijk heeft een jaarlijkse take-up van gemiddeld 100.000 m². Dit cijfer kan echter verdubbelen en zelfs verdrievoudigen bij uitzonderlijke Europese transacties, zoals in 1997, toen het Europese Parlement de Espace Leopold koos. De beschikbaarheidsgraad ligt meestal onder het gemiddelde van de negentien gemeenten (gemiddeld 4,55% in de voorbije tien jaar, tegenover 5,49% voor de negentien gemeenten), maar kan sterk schommelen. Momenteel bedraagt hij 7,86%, als logisch gevolg van de grote kantoorgebouwen die op de markt komen. De Europawijk telt ongeveer 3,211 miljoen m² (33% van de Brusselse markt), waarvan 1,2 miljoen door Europa wordt gebruikt. De blikvangers, zoals Breydel, Karel de Grote, Berlaymont (Commissie), Justus Lipsius (ministerraad) en Leopold (Parlement) vertegenwoordigen 16% van de oppervlakte. De Belgische ministeries zijn goed voor 13% van de oppervlakte, terwijl de ambassades en andere buitenlandse gezantschappen 3% vertegenwoordigen. Alles samen gaat 52% van de oppervlakte naar openbare besturen.

In het licht van deze analyse kan men zich afvragen hoe realistisch het is om, afgezien van de lobbyisten, nieuwe kandidaten aan te trekken. “Er zijn mogelijkheden genoeg,” besluit Michel Pilette. “De Leopoldwijk bezit immers alle troeven om succesvol te zijn: toegankelijkheid (station, metro, autowegverbinding) en gebouwen van hoge kwaliteit tegen redelijke huurprijzen (gemiddeld 7500 frank/m²). Ze ligt in een uitgestrekte residentiële zone en heeft, in tegenstelling met wat men vaak denkt, winkels en restaurants op loopafstand. Daarnaast wordt het tijd dat men het lot van deze wijk ernstig neemt, door het concept van de gebouwen bij te schaven – onder meer door kleine gebouwen te renoveren – maar ook en vooral door haar het gastvrije, dynamische imago terug te geven dat bij de hoofdstad van Europa past.”

V.P.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content