Gevoelig voor gas

De toenemende milieudruk opent in de automobielindustrie nieuwe markten voor de gesofisticeerde meetapparatuur van Heraeus Sensor-Nite. Deze jonge dochter van de Duitse Heraeus-groep hevelt z’n productie over naar Haasrode, en investeert er 1 miljard frank.

In aanwezigheid van Vlaams minister van Economie Eric Van Rompuy (CVP) opent Heraeus Sensor-Nite morgen, 19 maart, zijn nieuwe thuishaven in de technologievallei van Haasrode bij Leuven. Deze spin-off van Heraeus Electro-Nite uit Houthalen (dat op zijn beurt een dochter is van de Duitse familiale holding Heraeus) produceert sensoren voor de automobielindustrie. En heeft grote ambities: de huidige 600 miljoen frank omzet moet tegen 2003 klimmen naar 2 miljard. Het aantal arbeidsplaatsen – momenteel 40 – wordt de komende vijf jaar opgekrikt tot 200. Dit jaar nog bouwt de onderneming een bijkomende productiehal in Haasrode om de capaciteit op te trekken. De totale investering bedraagt ruim 1 miljard frank, gespreid over vier jaar.

Meten is weten.

Vóór Heraeus Sensor-Nite besloot naar Haasrode te komen, deelde het in Houthalen tafel en bed met Heraeus Electro-Nite. In het midden van de jaren ’60 opende het Amerikaanse Electro-Nite in Limburg een productievestiging. Het bedrijf specialiseerde zich in dompelsensoren voor temperatuurmeting in vloeibaar staal, waardoor het productieproces tijdens het smelten kan worden bijgesteld, wat de kwaliteit van het staal ten goede komt. Na een management buy out in 1986 promoveerde Houthalen tot hoofdkwartier. Twee jaar en een overname later kreeg het de familienaam van z’n nieuwe Duitse moeder Heraeus mee. Die groep (omzet ’98: 160 miljard frank) combineert knowhow op het vlak van edele metalen en meetinstrumenten in vijf industrietakken: de aanmaak van edele metalen voor micro-elektronica, producten voor medische tandrestauratie, productie van kwartsglas, ontwikkeling van sensoren en de bouw van medische instrumenten.

Heraeus Electro-Nite, dat vandaag wereldwijd 24 vestigingen telt en met 2300 medewerkers een omzet van circa 10 miljard frank haalt, ontwikkelde naast de dompelsensoren (voor eenmalig gebruik) ook vlakke temperatuursensoren, geschikt voor toepassing in massaproducten. Het bedrijf bespeurde nieuwe mogelijkheden voor z’n technologie in de auto-industrie. Met die markt voor ogen werd begin 1997 Heraeus Sensor-Nite boven de doopvont gehouden. “We delen voor een groot stuk dezelfde knowhow,” weet algemeen directeur Francis De Blauwe van Sensor-Nite. “Maar de autonijverheid heeft een andere mentaliteit en vraagt een andere aanpak dan de staalindustrie, waar het om eenmalige metingen gaat, terwijl in een auto minstens 160.000 km betrouwbaarheid gegarandeerd moet worden. Daarom besloten we de nieuwe activiteit onder te brengen in een aparte dochter.”

“Het idee om de automobielindustrie af te tasten, ontstond al in 1992,” vertelt De Blauwe. De doorbraak kwam er in 1996 met de acquisitie van Roth Asentik in Gaggenau in de Duitse deelstaat Baden-Württemberg. Hierdoor breidde de “onderneming in spe” haar kennis over sensorconcepten en -opbouw uit en kon de specifieke afzetmarkt van de automobielindustrie daadwerkelijk aangeboord worden. De vestiging in Gaggenau ging eind 98 dicht, de productie verhuist naar de nieuwe fabriek van 10.000 vierkante meter die dit jaar in Haasrode opgestart wordt. Daarnaast behoudt het bedrijf nog een productie-eenheid in Kleinostheim (Duitsland) en een in Peru (een stad in de VS), die verder uitgebouwd wordt.

Waarom werd voor Haasrode gekozen? Algemeen directeur Francis De Blauwe verwijst naar het Flanders Foreign Investment Office, dat Vlaanderen promoot als “Flanders Automotive Valley”. Binnen een straal van 65 kilometer bevinden zich immers vier grote autoproducenten, en de toegang naar de rest van Europa is uitstekend. “Ook kunnen we van hieruit nauw samenwerken met de nabijgelegen onderzoeksinstellingen van de KU Leuven en met Imec. De ontwikkeling van sensoren wordt immers van langsom ingewikkelder.”

Milieuwet als bondgenoot.

De milieuwetgeving in de EU en de VS wordt de komende jaren aanzienlijk strenger. Dat heeft invloed op de bouw van automotoren. “Bovendien moet je voor een wagen kunnen bewijzen hoe hoog de uitstoot van koolwaterstof en stikstofoxide is,” vertelt De Blauwe. “Permanente metingen door ingebouwde sensoren worden dan onontbeerlijk.”

Belangrijke concurrenten zijn Bosch, Delphi van General Motors en Nippon Denso van Toyota, die alledrie al een geïntegreerd systeem voor motormanagement aanbieden. “Maar wij geloven dat er naast deze grote spelers ook plaats is voor kleinere en flexibele bedrijven die individuele oplossingen bieden.”

Heraeus Sensor-Nite is in de markt trouwens niet helemaal een onbekende. “We hebben al naam gemaakt met onze sensor voor temperatuurmeting in katalysatoren. Daarmee bouwden we ervaring op en raakten we geïntroduceerd bij de belangrijkste autobouwers.”

R.B.