Fusie tussen GBL en Electrafina?

Door consequent aandelen te ruilen heeft Albert Frère zichzelf van Belgisch tot Europees topfinancier bevorderd. Maar als hij zijn imperium verder wil zien groeien, moet hij nu andere wegen inslaan.

Op maandag 5 februari ruilde de Groep Brussel Lambert ( GBL), een van Albert Frères investeringsmaatschappijen, haar belang van 30% in de radio- en televisiezender RTL Group (het vroegere Audiofina) voor 25% van de Duitse Bertelsmann Group. De mediagroep van de familie Mohn wordt in België genoemd als mogelijke overnemer van Mediaxis, de groep die onder meer Humo en Flair in portefeuille heeft.

De transactie geeft Frère twee zitjes in de Aufsichtsrat van Bertelsmann (het Duitse equivalent van een raad van bestuur), maar het verleent hem vooral het recht om binnen de vier jaar de beursgang van het mediaconcern te eisen. Het is GBL’s enige recht, want zonder blokkeringsminderheid heeft GBL weinig in de pap te brokken in het beleid van de Duitse mediagroep.

Niettemin past de Bertelsmann-deal perfect in de onweerstaanbare drang van Albert Frère om met de Groep Brussel Lambert een Europese topinvesteerder te worden. In België was GBL al enkele jaren aan het einde van zijn Latijn: diversifiëren in nichebedrijven of internationaliseren waren de enige keuzes. Frère koos voor het tweede en ruilt nu systematisch zijn participaties in de vroegere parels van de Belgische economie voor belangen in Europese spelers. De Waalse financier bezet intussen een strategisch zitje bij de Franse nutsmaatschappij Suez Lyonnaise des Eaux, hij zit op een cruciale positie bij petroleumgigant TotalFinaElf en verovert via Bertelsmann ook een sleutelrol in de internationale (vooral Europese) mediawereld.

Met dank aan de vrienden

GBL is een dochter van Frères Nationale Portefeuillemaatschappij ( NPM), een investeringsholding die veel meer dan GBL gericht is op het realiseren van een aantrekkelijke meerwaarde. Tracht Frère met GBL ook echt zijn greep op de Europese economie te vergroten? “Neen,” denkt Ivan Lathouders, analist bij KBC Securities. “Frère zocht geen macht, wel rendement. GBL heeft nooit onder stoelen of banken gestoken dat het niet tevreden was met de resultaten van, pakweg, PetroFina. Dus was internationaliseren de enige optie.”

In totaal heeft de Groep Brussel Lambert vier participaties in portefeuille: Electrafina, Bertelsmann, de Franse marktleider in dakpannen Imerys en chemiebedrijf Rhodia, een voormalige dochter van farmareus Rhône-Poulenc. Onder Electrafina ressorteren onder meer de participaties Suez Lyonnaise des Eaux en TotalFinaElf (zie ook organigram: De ruggengraat van Albert Frère). Verdere ruiltransacties die de groep nog meer internationale allure geven, lijken dus niet in het verschiet.

Alleen nieuwe opportuniteiten kunnen GBL en Frère nog nadrukkelijker op de Europese kaart zetten. Frères talrijke zakelijke of politieke vrienden staan ongetwijfeld klaar om die te helpen zoeken. De Waalse financier bouwde zijn rijk op een netwerk van vrienden en relaties. Het was dankzij zijn politieke vrienden bij de Waalse overheid dat Frère de verlieslatende staalfabrieken van Hainaut-Sambre kon verkopen, maar het commerciële monopolie op staalhandel in handen houden. Zijn stek op de voorzittersstoel van de (toen noodlijdende) Groep Brussel Lambert heeft hij te danken aan toenmalig vice-premier Willy De Clercq ( VLD), die liever een “Belgische verankeraar” op de stoel zag dan een buitenlandse investeerder. Wel is het zo dat de Brusselse salons de Waalse staalboer nooit echt hebben aanvaard.

Frère toonde zich een loyale bondgenoot voor Gérard Eskenazi, de toenmalige topman van Paribas die de nationaliseringsplannen van François Mitterrand wilde doorkruisen. Hij ruilde gedwee aandelen met Suez Lyonnaise des Eaux, toen vriend Gérard Mestrallet bleek te azen op de Belgische nutsmaatschappij Tractebel. En met Bertelsmann-topman Thomas Middelhof had Frère een nauwe band, sinds de twee in april 2000 vanuit hun joint venture CLT-Ufa investeerden in Baywatch-producent Pearson TV.

Misschien moet Frère voor de verdere expansie van zijn rijk in de toekomst vooral rekenen op Paul Desmarais, de Canadese financier die via zijn Powercorp voor de helft eigenaar is van Parjointco en Pargesa, de moeder van GBL. Moet Frère de verdere groei van zijn imperium vooral in Noord-Amerika zoeken? Waarschijnlijk niet, want Desmarais’ Powercorp profileert Pargesa in zijn jaarverslag vooral als zijn Europese investeringspoot, die geen expansie richting Amerikaanse markten ambieert.

Fusie GBL-Electrafina?

Welke groeiopties blijven er vandaag dan nog over? Weinig, beseft analist Pascal Nachtergaele van Delta Lloyd Securities: “Ik denk dat Frère stilaan aan zijn plafond zit. Hij moet nu vooral zijn holding stroomlijnen. Nu Frère participeert in een gediversifieerde mediagroep met een mondiale reputatie, zal GBL op de voet worden gevolgd en moet de holding doorzichtiger worden. Wellicht is een fusie tussen GBL en Electrafina het einddoel.”

Toch is die fusie een werk van lange adem, denkt Marc Ernaelsteen, analist bij Bank Dewaay: “Voor Frère is dat geen probleem – hij is een geduldig man. De deal met Bertelsmann is daarvan trouwens het zoveelste bewijs. Albert Frère speelde er de handige opportunist: hij stapte op het juiste moment uit RTL, toen de vooruitzichten voor die mediagroep niet echt rooskleurig meer waren. Omdat de mediasector in zijn geheel slabakt, doet Frère er goed aan zijn activiteiten in de sector te consolideren.”

Frank Demets Alain Mouton

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content