Franstaligen stellen solidariteit Vlamingen op proef

De Franstaligen hebben het alleen aan zichzelf te danken dat de Vlamingen sinds kort een nieuw middel gebruiken in de communautaire discussie: de budgettaire solidariteit. Overigens, als de politici er deze zomer niet in slagen een nieuw groot communautair akkoord te sluiten, mogen we het vergeten tot na de deelstaatverkiezingen van juni 2009.

De communautaire akkoorden uit onze geschiedenis zijn gestoeld op: meer bevoegdheden en meer geld voor de deelstaten. De Vlamingen vroegen het eerste en de Franstaligen het tweede. Zo vonden ze elkaar telkens weer. De regering-Verhofstadt gedroeg zich gul om de geldhonger van het zuiden van het land te stillen – maxi-geld voor minibevoegdheden. Het noorden verloor daardoor zijn middel om het zuiden aan de onderhandelingstafel te krijgen.

De communautaire radicalisering in Vlaanderen vloeit voort uit de opstelling van de Franstaligen, die te lang neen zegden tegen elke vorm van regionalisering en ze dachten daarmee weg te komen. Vlamingen mogen daar niet revanchistisch op reageren, maar vasthoudend en met geduld op de uitgestippelde koers verder varen. Het is goed dat er weer ruimte is om de splitsing van BHV in rustiger omstandigheden te bespreken en dat de kwestie in een breder pakket is gestopt. Een mens vraagt zich af wat de Franstaligen bezielde om het tijdsmechanisme van de BHV-tijdbom te vervroegen van 15 juli naar 8 mei en die aanpassing veertien dagen later weer ongedaan te maken.

De politici kunnen weer meer tijd en energie steken in de sociaaleconomische dossiers en in de begroting. Dat is meer dan broodnodig gezien het economische klimaat. Maar het is zeer de vraag of er voldoende vertrouwen tussen de regeringspartners bestaat om een krachtdadig beleid te voeren. We kunnen alleen maar hopen dat er verantwoordelijke politici bestaan die achter de schermen aan oplossingen werken.

De Vlamingen hebben twee stokken achter de deur. Hun meerderheid in het federaal parlement om de splitsing van BHV goed te keuren, is geen goed instrument. Geld blijft wel een doeltreffende hefboom. De eersten die dat begrepen, zaten bij de Open Vld. De partij dreigde tijdens de onderhandelingen over een oranje-blauwe regering de federale geldstroom voor het grootstedelijke beleid, een deelstaatbevoegdheid overigens, stop te zetten.

Vlaams minister-president Kris Peeters (CD&V) gaf een forser schot voor de boeg. Hij komt de federale begroting niet met Vlaams geld te hulp als de staatshervorming dode letter blijft. Het gaat dus niet meer om: ‘we willen bevoegdheden en wat moet dat kosten’. We zitten in de fase: ‘we willen bevoegdheden en als we die niet krijgen, sponsoren we de federale overheid niet meer’.

In economische kringen is te horen dat er dan maar een begroting moet komen met een groter deficit. Dat is een opmerkelijke en onrustwekkende vaststelling. (T)

Door Boudewijn Vanpeteghem

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content