Fout.fout.fout

U werkt voor Ford of Procter & Gamble of Shell of BASF of Microsoft en denkt dat u nuttig bezig bent voor de samenleving en uw brood eerlijk verdient. U dwaalt. U werkt voor een monster. Uw multinational is de oorzaak van het wereldleed. 11.11.11 decreteert deze waarheid. Dankzij een inkomen dat voor drie vierde drijft op uw belastingeuro – in 2001 rond 17 miljoen – bespot een belangrijk vrijwilligersagentschap voor de Derde Wereld opnieuw de ondernemingen. Dat mag, mits het zijn vergif zelf betaalt en niet met voor het leeuwendeel gemeenschapsgeld. Vlaams minister Jaak Gabriëls van Economie en Tewerkstelling, en een representatieve groep van bedrijfsleiders pikken de semi-overheidspropaganda niet langer en protesteren (zie Cursief, blz. 5 en Briefing, blz. 22). Het is billijk dat de publieke financiering van de ontwikkelingsvoorlichting herbekeken wordt, zodat alle schakeringen van de samenleving blinken, dus ook het bedrijfsleven. Vandaag is het monopolie van de voorlichting in handen van een groepje intellocraten dat bedrijven hooguit kent van de boekjes van Naomi Klein en Noreena Hertz. Deze babes van het antiglobalisme zijn economische lichtgewichten.

11.11.11 is boos als gewezen wordt op de schizofrenie van de organisatie ten aanzien van het bedrijfsleven. In interviews verdonkeremaant de leiding haar verachting van ondernemers. Elk jaar is het echter prijs en verschijnt een verborgen agenda: de ondernemers of de vrije markt staan aan de schandpaal, niet de cultuur, de politieke elite van een ontwikkelingsland, de breedtegraad, een achterlopende godsdienst enzovoort. Wie die leugen voldoende herhaalt op de buis, beïnvloedt een generatie jongeren die weinig leest en televisiefabels slikt. Het verschil tussen reclame, nieuwsberichten, soaps, muziekvideo’s is bij hen weggeëbd. 11.11.11 brainwasht het publiek.

We toetsen de drie 11.11.11-stellingen voor het campagnejaar 2002.

Onze economische ontwikkeling gaat vaak ten koste van het Zuiden” is onwaar. Economische ontwikkeling is geen nulsomspel. Het is niet omdat Europa en Noord-Amerika rijker worden dat Afrika en Azië verarmen. De Wereldbank bewijst onomstotelijk dat in landen die het meest uitgesproken deelnemen aan de globaliserende vrijemarkteconomie, de gemiddelde levensstandaard het snelste stijgt. Het inkomen per hoofd van de bevolking klom in de periode 1980-1999 gemiddeld met 4,5% per jaar in de sterk globaliserende ontwikkelingslanden (3 miljard burgers) tegenover 1,1% in de niet of weinig globaliserende ontwikkelingslanden (1 miljard burgers). In de rijke industrielanden steeg het gemiddelde inkomen over dezelfde periode met 2,3%. De kloof versmalt door de globalisering.

Multinationale ondernemingen versterken hun greep op arme landen om er maximale winst uit te halen” is onwaar. Ondernemingen trachten hun winst te maximaliseren. We weten sinds Adam Smith (1776) dat ondernemingen die de meeste winst boeken, ook het best voldoen aan de maatschappelijke behoeften. Anders halen zij nooit de verkoopvolumes en -prijzen die tot winst leiden. Zijn bedrijven die winst nastreven uitbuiters? Zij betalen de lonen, overal ter wereld, die overeenstemmen met de arbeidsproductiviteit, dus minder in Bangladesh dan in Vlaanderen. Onderzoek door het Institute for International Economics bewijst dat multinationals in de Derde Wereld echter gemiddeld het dubbele betalen van de lonen die door de lokale ondernemers in de ontwikkelingslanden worden uitgekeerd. Honderden miljoenen mensen in het Zuiden zijn vandaag beter af door de multinationals.

Regeringen kijken machteloos toe” is onwaar. Lijstjes met die dwaasheid van Miss Hertz en anderen circuleren. U, evenmin als de studaxen van 11.11.11, zal ooit een belastingbrief ontvangen van Interbrew of een verkeersboete van Nike of een stemoproep van Sara Lee. Hertz en haar voorgangers en imitatoren mengen bewust (of onbewust en dat is dan oerdom) het meten van de sterkte van een onderneming (via de omzet) en het meten van de sterkte van een staat (via het bruto binnenlands product, dus een optelsom volgens de toegevoegde waarde). Een wereld van verschil. Derdewereldijveraars showen de tophonderd van de grootste economische actoren, dat zouden 49 landen en 51 ondernemingen zijn. Als we het BBP vergelijken met de toegevoegde waarde van de ondernemingen, verschuift de verhouding van 49/51 naar 63/37 en belangrijker: dan blijven er in de topvijftig twee ondernemingen over, Wal-Mart en Exxon. Wal-Mart verschijnt op de 44ste plaats, achter Chili en Pakistan. België is nummer negentien. De Belgische economie weegt zwaarder dan de wereldwijde optelsom van Wal-Mart, Exxon, General Motors en Ford. Gaat deze rekenkunde de pet van 11.11.11 te boven?

Met de miljoenen euro’s van uw en andermans belastinggeld is ernstig studeren mogelijk. De analyse van 11.11.11 blijft vandaag steken in bad guys (het bedrijfsleven) en good guys (zij zelf). De liberale democratie en de markt staan bij de good guys in een kwade reuk. Zij leven zelf welvarend in een regio, Vlaanderen, die een hoorn des overvloeds werd door de decennialange investeringen van multinationals.

Frans Crols, Johan Van Overtveldt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content