‘Familiale stempel blijft aanwezig’

De loopbaan van Yves Dumon speelt zich af in het bankwezen en meer in het bijzonder in het vermogensbeheer. In eigen land, maar ook in Luxemburg en het Verenigd Koninkrijk. Van 2000 tot 2010 werkte hij in Luxemburg aan de klantenpolitiek, aanvankelijk voor Banque Degroof Luxembourg, vervolgens voor BIL Luxembourg. Voor Delen Private Bank voerde hij diverse managementfuncties uit in beleggingen, activaspreiding en private banking. Tijdens de jongste acht jaren van zijn carrière deed hij dat deels in Londen. Vorig jaar stapte hij over naar Lombard Odier. Hij werd managing director en lid van het Belgische directiecomité.

Waarom deed u die stap?

YVES DUMON. “In vermogensbeheer is Lombard Odier het neusje van de zalm. Dat is al een sterk argument. ( lacht) Het was een logische stap. Ik werkte voor een sterke Belgische speler, nu voor een sterke internationale speler. Lombard Odier bestaat al 223 jaar. De vermogensbank is ouder dan België, en ze is nog altijd in handen van dezelfde families. Dat merk je aan de manier waarop ze wordt gerund. Er zijn vestigingen in 26 landen en 2500 personeelsleden. We beheren een vermogen van 250 miljard euro. Toch merk je nog die familiale stempel.”

U draagt de verantwoordelijkheid over de Belgische markt.

DUMON. “Vijftien jaar geleden werd een vestiging in Brussel geopend. We kenden een snelle start op de Belgische markt en de vestiging is nog altijd erg strategisch voor de groep. We zijn een ondernemend land en de ondernemer is cruciaal in ons klantenbestand. Meer dan een bank, zijn we zelf een ondernemer. We doen alles voor en door ondernemers. Ondernemerschap zien we erg breed. Dat gaat van iemand die aan het begin van zijn traject zit, tot iemand die van plan is zijn zaak te verkopen. Iedereen die zich ergens daartussen bevindt, kan bij ons terecht. Een ander kenmerk is onze gepersonaliseerde aanpak. Die is erg belangrijk op het ogenblik dat de markt steeds meer institutionaliseert.”

Wat valt u op wanneer u op het voorbije jaar terugblikt?

DUMON. “Het verschil tussen een Belgische en een internationale speler is natuurlijk groot. Nu heb ik collega’s in Tokio, Singapore en de Verenigde Staten. Dat perspectief inspireert me. Een ander punt is dat alles wat me is beloofd, ook klopt. Er zijn zeven managing partners die ons alle omkadering geven in de uitbouw van ons filiaal. Is hun aanwezigheid vereist, dan komen ze naar Brussel. En nog belangrijker: ze hebben ook het DNA van een bankier. Bij Lombard Odier is vrijwel iedereen een bankier.”

Waar mogen we u over enkele jaren op afrekenen?

DUMON. “De bedoeling is natuurlijk te groeien op de Belgische markt, maar op de juiste manier. Daarmee bedoel ik met respect voor de collega’s en de klanten. We bouwen voort op wat bestaat, weliswaar met nuances en nieuwe invalshoeken, maar die fundering mogen we nooit uit het oog verliezen. Op zich zijn we een vreemde eend in de bijt. Sommige spelers zijn groot, maar publiek. Anderen zijn privé, maar eerder klein. Maar wij zijn groot en privé. Dat is apart. Er is een quote die we in onze bank vaak horen: ‘We zijn niet goed omdat we oud zijn, maar we zijn oud omdat we goed zijn.’ Dat moet ons leidmotief zijn en blijven.”