Export is oorlog om welvaart

De titel hierboven klinkt als een cliché, maar Voka-voorzitter Urbain Vandeurzen verwees bij de voorstelling van het verkiezingsmemorandum van zijn organisatie naar ‘het orkestje van de Titanic’ – woorden met een even hoog clichégehalte. De realiteit van een veranderende wereld is, zoals Vandeurzen te kennen gaf, nog te weinig doorgedrongen bij de bevolking en bij de politici.

En ook niet in de Vlaamse media. Telkens een Belgische minister Beijing aandoet, luidt de eerste prangende vraag van de meereizende journalisten: “Hebt u het over de mensenrechten gehad?” Terwijl het enige wat aan de orde zou moeten zijn, de vraag is: wat vernam u over de economische plannen van China en hoe zal België daar tegenover zijn strategie aanpassen? Om het met de steeds alerte Leuvense emeritus professor Louis Baeck te zeggen: “De tijd van westerse zetpillen is voorbij. Het systeem van rommelkredieten en krediet is ten einde. En deze ramp bespoedigt de overgang naar een nieuw tijdperk: de industriële opmars van de groeilanden, geleid door de ‘ontwikkelingsstaat’ die alle krachten bundelt om snel te klimmen op de technologische ladder.”

Wij hebben in Europa verleerd te denken in geopolitieke machtstermen, maar de opkomende staten niet. De Washington-consensus is begraven, de Beijing-consensus wint aanzien. We beleven met de globalisering geen verwesterlijking van de wereld, maar een confusionalisering, zoals Eamonn Fingleton in zijn boek In the Jaws of the Dragon uitvoerig aangeeft. Hij beschrijft de kruiperigheid van westerse ondernemers, die Beijing handig tegen elkaar uitspeelt om hun een maximum aan spitstechnologie te ontfutselen. Waarna de communistische vrijemarktstrategen hun beste talenten aan het werk zetten om een tandje bij de steken en naar het voorbeeld van Japan wereldleiderschap te verwerven in specifieke niches en/of volumemarkten, zoals elektrische auto’s.

Mensenrechten zijn universeel en belangrijk, maar het is niet België of Vlaanderen – met bevolkingsaantallen van een buitenwijk van Peking, Mumbai of Jakarta – dat indruk maakt. Niet op Aziatische locomotieven, ook niet op assertieve islamlanden die mee de mondiale ontwikkelingspolen herschikken. Neem Indonesië, dat land groeit in volle economische wereldcrisis met bijna 5 procent. Geen mens weet dat hier. Ook niet dat dit grootste moslimland ter wereld op vreedzame wijze en op een subcontinentale schaal democratische verkiezingen organiseerde.

Akkoord, de westerse wereld is ver van uitgeteld, we moeten het ook niet dramatiseren. Ook Vlaanderen-Brussel-België-Europa heeft troeven en we kunnen versterkt uit deze crisis komen. Op voor-waarde dat – zoals de werkgeversorganisaties in deze Trends bepleiten – we onze structurele handicaps afbouwen. De diagnose om van Vlaanderen een topregio te maken, is bekend. De wereldwijde concurrentieslag voor welvaart zal heftiger woeden dan ooit tevoren, zodra de crisis uitgezweet is. (T) Focus.

Vlaamse export zoekt tweede adem, blz. 44.

Door Erik Bruyland

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content