EUnet onder dak

Bruno Leijnse Redacteur bij Trends

Met de overname van EUnet zet een agressieve Amerikaanse carrier voet aan wal in Europa: Qwest.

J oe Nacchio, de president en chief executive officer van Qwest Communications, is gekomen met een missie. Wat goedkope energie was voor de 20ste eeuw, wordt bandbreedte voor de 21ste eeuw: de motor van de economie. Zo predikt hij tijdens een exclusieve teleconferentie vanuit Londen. En bandbreedte is wat Joe Nacchio komt brengen. Vanochtend om vijf uur heeft hij de formaliteiten afgerond voor de overname van EUnet International, de laatste grote Europese Internet-dienstenleverancier die nog onafhankelijk was van een carrier, een eigenaar van telecomcapaciteit. De acquisitie levert Qwest vestigingen op in dertien Europese landen in zijn core business: communicatiediensten op basis van datanetwerken.

In de VS bouwt Qwest tegen het tweede kwartaal van volgend jaar een glasvezelnetwerk van 16.250 mijl tussen 125 Amerikaanse steden. De capaciteit zal tot 2 terabit (2000 miljard bit) per seconde bedragen. Een kleine 4000 mijl zijn al in gebruik. De beurs stuwt het aandeel omhoog omdat ze gelooft dat dit Macro Capacity Fiber Network veel concurrentiëler zal zijn dan de netten van AT&T of WorldCom-MCI.

Joe Nacchio: “Drie factoren spelen daarin mee. Eén, we hebben op een ogenblik dat men in de VS niet dacht dat er behoefte aan bandbreedte was, doorgangsrechten onderhandeld langs de spoorwegen doorheen de VS. Twee, we konden op een heel nieuwe technologie springen om onze netwerken te bouwen. De meeste glasvezelnetwerken zijn in de VS in de tweede helft van de jaren tachtig aangelegd; wij bouwen de onze in de late jaren negentig. Dat is als een pc die tien jaar nieuwer is. De kostprijs van de componenten is verschrikkelijk gedaald en de functionaliteit ongelooflijk gestegen. We krijgen een veel betere prijs-prestatieverhouding en veel meer bandbreedte per geïnvesteerde dollar.” Last but not least zijn de kapitaalmarkten enorm veranderd in de jongste vijf tot zeven jaar. Nacchio: “De instapdrempel is weggevallen, vooral in de VS. Kapitaal kost ons ongeveer evenveel als wat veel gevestigder en kredietwaardiger bedrijven betalen. Dat houdt onze financieringskosten laag.”

Joe Nacchio, een voormalig topdirecteur van AT&T, kauwt zijn woorden niet als hij de schaalvoordelen van dit netwerk-in-aanbouw beschrijft: “Wij kunnen al het verkeer van AT&T, MCI, Sprint en WorldCom samen verwerken met maar 2% tot 4% van onze middelen,” zegt hij, “terwijl ons balanstotaal ettelijke ordegroottes kleiner is dan het hunne.”

Stroomafwaarts

Qwest haalde vorig jaar bijna twee derde van zijn omzet uit de verkoop van ruwe glasvezelcapaciteit ( dark fiber) aan andere carriers, vooral WorldCom, Frontier en GTE. Daarnaast verkocht het 75% meer (669 miljoen) minuten hogesnelheidsdatadiensten en langeafstandstelefonie aan carriers, ISP’s, bedrijven en consumenten. In maart 1998 – terwijl het de overname van EUnet onderhandelde – kwam de grote slag, met de overname van de nummer vier in langeafstandstelefonie in de VS, LCI, voor 4,4 miljard dollar in aandelen. Marketingdirecteur Eric Pieters van EUnet Belgium: “Tot dan toe leek onze keuze voor Qwest een gok, maar na LCI waren we zeker. De overname deed Qwest twee jaar tijd winnen. In één klap wonnen ze een nationale verkooporganisatie, klantenbasis, facturatie- en klantenopvolgingssystemen.”

Het op bedrijven gerichte

EUnet past erg goed in de familie van netwerkdiensten voor multinationale ondernemingen die Qwest aanbiedt en waar het zich ook als een integrator wil profileren. “Een combinatie van hogesnelheidstoegang tot het Internet, herbergen van websites, extranet-capaciteit en intranet-capaciteit,” noemt Joe Nacchio het. EUnet Belgium levert bijvoorbeeld al virtuele particuliere netwerken, waarin dure huurlijnen vervangen worden door beschermde kanalen op gewone Internet-verbindingen, onder meer aan Concentra.

Telefoneren via Internet

Maar Qwest Communications loopt wereldwijd vooral in de kijker omdat het de eerste firma met envergure is die telefoneren via het Internet tot een standaardonderdeel van zijn productenpakket wil maken. “De kosten van IP-telefonie (nvdr – Internet Protocol telefonie) liggen merkelijk lager dan traditionele langeafstandstelefonie,” zegt Joe Nacchio. De Q.talk IP-telefoniedienst van Qwest startte in februari 1998 in negen Amerikaanse steden uit Californië, Colorado, Utah en Missouri. Doelgroep zijn vooral de kleine ondernemingen. De oproepen worden niet gecomprimeerd en nemen net zoals normale telefoongesprekken 64 kilobit per seconde aan bandbreedte in. Maar het verschil is wel dat Qwest voor gesprekken tussen staten maar 7,5 dollarcent (2,8 frank) per minuut vraagt, geen abonnementskosten rekent en geen onderscheid maakt tussen piek- of daluren. Vergelijkbare oproepen bij de gewone Amerikaanse telefoonmaatschappijen kosten tot het dubbele. “Twaalf tot vijftien dollarcent,” verklaarde analiste Stephanie Comfort van Morgan Stanley in maart aan de beleggersbrief The Red Herring.

Dit is een verhaal

van regen in Denver, Qwests hoofdkwartier, en van druppels in België. “IP-telefonie zat ook bij ons in de pijplijn. Nu kunnen we de koppen bij mekaar steken,” zegt gedelegeerd bestuurder Luc De Vos van EUnet Belgium. Niet dat Belgacom al hoeft te beven. Jeremy Morgan van het pr-bureau van EUnet International: “We hebben uitgebreide tests gedaan. Met de bandbreedte van de huidige infrastructuur in Europa is het niet haalbaar om een kwaliteitsvolle Internet-telefoniedienst te bieden. Maar nu we de kracht van Qwest achter ons hebben, bekijken we de situatie opnieuw en ziet het er veel waarschijnlijker uit dat we in voice-over IP zullen stappen, zelfs in Europa.”

Joe Nacchio wijst er herhaaldelijk op dat zijn expansie op het continent tijd nodig zal hebben. Qwest heeft momenteel wel vier transatlantische verbindingen van 155 megabit per seconde, maar nog geen netwerkinfrastructuur in Europa. Over de aanvraag van een operatorlicentie in België is nog niets beslist.

Maar waar EUnet International noch Qwest aan twijfelen is dat alle bandbreedte – hoeveel ook – zal worden gebruikt eens ze is aangelegd. Joe Nacchio: “Een hele reeks terreinen zal ontsloten worden, van telegeneeskunde tot teletraining. Elektronische handel zal videobeelden gaan gebruiken. E-mailteksten worden videoclips. En in het spoor van bandbreedtepromotoren zoals wij, zal een hele industrie volgen waarvoor wij de basisvoorwaarden creëren: creatieven, schrijvers van besturingssystemen, bouwers van chips en uitrusting.”

De “zittende” operatoren leveren een achterhoedegevecht als ze die evolutie proberen tegen te houden, zegt Joe Nacchio, met een verwijzing naar de roep om ook de toegangslijn naar de eindgebruiker vrij te geven. “De markten worden onvermijdelijk verder geliberaliseerd. Er hangt gewoon te veel van af in termen van economische en sociale ontwikkeling.”

BRUNO LEIJNSE

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content