ETERNIT. MEER DAN ÉÉN POOTJE

Gaan de buizen wat minder goed, dan “marcheren” de brandwerende materialen. Eternit wedt op vele paarden en handhaaft daardoor haar omzet.

“Dit hier is onze modelfabriek, ” knipoogt Jean Beeckman, verantwoordelijk voor Eternit West-Europa. Eternit uit Kapelle-op-den-Bos wordt met liefde gekoesterd in de schoot van de wereldwijd vertakte Eternit Group, in ’93 goed voor een omzet van 47 miljard frank. Indien het Franse Etex dat in ’94 werd overgenomen, mee zou gekonsolideerd worden (wat nog niet het geval zal zijn), stijgt de omzet naar 70 miljard.

De Belgische vestiging van Eternit West-Europa, één van de vier kontinentale pijlers waarop de gigant rust, betekende in 1905 de kiem van een groot suksesverhaal. Het Vlaams-Brabantse bedrijf realizeerde in 1994 een omzet van 5,9 miljard en stelt 1200 mensen tewerk. De Eternit-boekhouding bundelt de resultaten van twee fabrieken die ruimtelijk een goede kilometer van elkaar gescheiden zijn. Naast het bedrijf in Kapelle is er nog de buizenfabriek in Tisselt. Samen werken ze aan vier soorten van bouwmateriaal. Het meest bekend zijn de dakmaterialen voor woningbouw en de agrarische sektor. Het gaat om leien, betondakpannen en de legendarische golfplaten. Veel minder bekend maar een nummer-1-hit op de exportmarkt zijn de wanden, plafonds en andere konstrukties in brandwerend materiaal. Tot 95 % ervan wordt uitgevoerd onder de merknaam Promat. De klassieke buizen in vezelcement doen het tegenwoordig wat minder goed, een tegenslag die voor een stuk wordt goedgemaakt door de nieuwe glasvezelversterkte polyester-types. Tenslotte biedt Eternit ook een beperkt gamma aan gevelmaterialen.

“We hebben meer dan één pootje om op te staan, ” merkt gedelegeerd bestuurder Beeckman op. Meteen de verklaring voor het al jaren slechts lichtjes schommelende zakencijfer van de Belgische vestiging. “Hierbij komt nog dat het bedrijf voor 55 % uitvoert, ” voegt hij eraan toe. “Voor het zakencijfer scherp zou dalen, moet er al veel gebeuren. “

Eternit kijkt alvast niet lijdzaam toe hoe de wereld op architektonisch vlak evolueert, maar dokterde een strijdvaardig investeringsbeleid uit. “Er zijn twee grote investeringen, ” legt Alfons Peeters, direkteur-generaal van het Belgische Eternit, uit. “Bij de brandwerende materialen trekken we 450 miljoen uit voor een kapaciteitsuitbreiding. Bij de buizen streven we naar diversifiëring met de kreatie van de glasvezelversterkte polyesterbuizen : een investering van 400 tot 450 miljoen. Tenslotte worden nog eens tussen de 300 en de 400 miljoen vrijgemaakt voor een produkt- en rendementverbetering bij leien en golfplaten. De laatste drie jaar hebben we tussen de 1,2 en 1,3 miljard frank aan nieuwe investeringen besteed. “

Voor een bij uitstek arbeidsintensief produkt is de loonkost een teer punt. Met uitzondering van de brandwerende materialen, zullen de investeringen bij Eternit zelden gericht zijn op een drastische verhoging van de tonnages. Rendabiliteit en groei, maar dan vooral via diversifiëring, is de drijfveer achter de toekomstige investeringspolitiek van Eternit.

PPG

JEAN BEECKMAN EN ALFONS PEETERS (ETERNIT) Eternit doet zware investeringen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content