Een sportieve hybride uit Luik

De Luikse autoproducent Imperia is begonnen met de productie van een krachtige roadster met twee zitplaatsen. Het merk heet Imperia, naar het allerlaatste Belgische automerk, dat tot 1958 zo’n 20.000 wagens bouwde.

1 Fraaie welvingen

Een Luiks bedrijf levert het koetswerk van de hybride wagen van Imperia, maar de gietvormen worden gemaakt in Noord-Frankrijk. De eerste twee modellen krijgen een koetswerk uit polyester; daarna wordt het koetswerk vervaardigd uit carbon-epoxy. Fans van elegante wagens waren van meet af aan weg van de Imperia met zijn retrolijn en zijn fraaie welvingen.

2 Assemblagebedrijf en netwerk van onderaannemers

De ophanging met dubbele, boven elkaar liggende driehoeken is geïnspireerd op de ophanging van raceauto’s. Het buisvormige chassis voor de eerste modellen wordt geproduceerd in de gebouwen van Imperia, in het Liège Science Park van Angleur. Op termijn doet Imperia Automobiles daarvoor een beroep op onderaannemers. Net als andere autoconstructeurs is de kmo een assemblagebedrijf dat zijn onderdelen betrekt bij onderaannemers — doorgaans andere kmo’s.

3 PowerHybrid: samen sterk

Het bijzonderste kenmerk van de Imperia is de aandrijving door een hybride motor, de PowerHybrid. Een verbrandingsmotor en een elektrische motor leveren samen een vermogen dat niet moet onderdoen voor dat van een Porsche. De auto trekt in 4 seconden op van 0 tot 100 kilometer per uur, maar het verbruik en de CO2-uitstoot zijn volgens het bedrijf vergelijkbaar met dat van een Smart, die een CO2-uitstoot van nog geen 45 gram per kilometer heeft.

4 Elektrische autonomie van 60 kilometer

De elektrische motor is van Engelse makelij en levert een vermogen van 150 pk. Hij kan de wagen aandrijven in zijn eentje — de autonomie bedraagt dan 60 kilometer — of samen met de verbrandingsmotor. De bestuurder kan op elk moment zelf het type aandrijving kiezen, afhankelijk van het traject. Hij kan bijvoorbeeld beslissen zijn batterijen volledig op te gebruiken door elektrisch naar huis te rijden en ze daar opnieuw op te laden. De motor weegt niet meer dan een dertigtal kilogram.

5 Twee liter per 100 kilometer

De verbrandingsmotor is een BMW-PSA 1,6 liter turbobenzinemotor met directe injectie (200 pk), dezelfde die in de krachtigste Mini’s zit. Dankzij de combinatie met de elektrische motor verbruikt die minder dan twee liter per 100 kilometer. De motor bevindt zich vooraan, achter de imposante radiator die kenmerkend is voor de wagen en een sportieve Italiaanse look heeft.

6 0,016 euro per kilometer

De lithium-polymeerbatterijcellen (95 kilo) komen uit Zuid-Korea, dat wereldleider is in die technologie. De bestuurder kan ze thuis in vier uur opladen aan een gewoon stopcontact. Imperia zet niet in op het snel opladen aan oplaadpalen, want dat zal volgens het bedrijf altijd duurder uitvallen dan thuis opladen. De batterijen volledig opladen duurt 4,5 uur. Dat brengt de kostprijs per kilometer (tegen nachttarief) op 1,6 cent per kilometer. Tijdens het rijden recupereren de batterijen energie wanneer de auto remt of vaart mindert, en de verbrandingsmotor neemt het automatisch over wanneer de batterijen leeg zijn. Het battery-managementsysteem (BMS) waakt erover dat de batterijen altijd een minimumlading behouden.

7 Handwerk

De pre-industriële versie is het resultaat van tienduizenden uren research en ontwikkeling. De Imperi GP is de eerste hybride sportwagen, uitgerust met een exclusieve motor die heel wat meer autonomie biedt dan die van zijn volledig elektrische concurrenten. De eerste vijftig exemplaren van deze wagen, die bijna helemaal met de hand wordt gebouwd, kosten 124.900 euro.

MICHEL DELWICHE, FOTOGRAFIE RAPHAËL DEMARET

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content