Een ramp kan je dag ruïneren

Terwijl de precieze toedracht en contouren van de rampen in Japan nog nauwelijks bekend zijn, tieren de speculaties al welig over de mogelijke implicaties voor de Japanse samenleving, voor de wereldeconomie en de toekomst van de nucleaire energie. Hieraan wagen we ons niet. Wel een paar bedenkingen, en enkele vragen, met een wisselend strategisch gehalte.

Menig commentator haalt het al vertrouwde vocabularium weer boven. De oude Rumsfeld-quotes in verband met the known unknowns versus the unknown unknowns (over welke soort gaat het hier nu eigenlijk?) en de zwarte zwanen die sinds de financiële meltdown nog nauwelijks uit het zicht verdwenen waren, zijn van de partij (bijvoorbeeld bij John Kay in de Financial Times, 16 maart 2011). Thinking the unthinkable had de krant ons al eerder aangeraden onder de waarschuwende titel Black swans can put your company into the red (Risk Management Supplement, 9 november 2010).

Maar waar zijn we dan in godsnaam mee bezig? Zijn die goed bedachte uitdrukkingen niet op zijn best een futiel, maar niet ongevaarlijk, woordenspel geworden? Of erger nog: een grandioze oefening in zelfverblinding, in een wanhopige poging om onze gebrekkige kennis en kunde, onze wetenschappen en theorieën (of zeg maar militaire strategieën) halsstarrig te proberen overeind te houden – een laatste stuiptrekking van postmodernistische hybris die alleen maar tot grotere calamiteiten kan leiden?

Persoonlijk heb ik het nooit goed begrepen. Known unknowns en thinking the unthinkable… Wat een nonsens, wat een gegoochel met schijnbaar ingewikkelde en gesofisticeerde termen die de lezer of luisteraar de indruk geven te dom te zijn om het te kunnen begrijpen? Waarom niet nederig toegeven dat we het gewoon niet weten, en zeker nooit allemaal kunnen weten?

Einstein wist beter natuurlijk, vaak geciteerd maar zelden op zijn consequenties bediend: Not everything that counts, gets counted – and not everything that’s counted, counts. En wellicht is een van de redenen waarom het niet geteld wordt, dat het gewoon niet mogelijk is. Natuurlijk moeten we altijd proberen grootteordes in te schatten – vooral als die dan het optimaliseren met gesofisticeerde modellen meteen in het niets doen verdwijnen.

Whatever gets counted always ends up dominating what does not get counted – even if from the outset we knew that what does not get counted may be much more important. En dat verwijst naar het permanente gevaar om ons steeds weer meer met de mogelijk minder belangrijke maar wel kwantificeerbare elementen in te laten, dan met gezond verstand het bredere plaatje voor ogen te durven houden. Het gebrek aan kwaliteit van kwaliteitsprogramma’s die binnen het kader blijven, de obsessie van allerhande stresstests en simplistische ratio’s (al dan niet in Basel bedacht), de waardevernietigende impact van modellen voor shareholder value, de mechanische invulling van (un)balanced scorecards, om maar enkele voorbeelden te noemen.

Tot slot toch enkele strategische vragen of mogelijke lessen ter overweging:

– Hadden we betere en nauwkeurigere voorspellingen kunnen maken? Moeten we vooral daarin investeren?

– Wat is het nut van gesofisticeerde riskmanagementmodellen en compliancevereisten als de grootste (niet gekwantificeerde) risico’s erbuiten vallen of deze modellen buiten werking stellen?

– Is het niet meer zinvol om zich beter voor te bereiden op de consequenties van zulke mogelijke gebeurtenissen?

– Zouden aandacht voor flexibiliteit, informatieverwerking en reactievermogen soms niet belangrijker zijn dan de meest gesofisticeerde voorspellingen?

– Wat met onze prachtige systemen van ‘global supply chain management’ en 6 (7-8?) sigmaprogramma’s als de tiende of honderdste sigmagebeurtenis het hele toneel van de kaart doet verdwijnen?

Het is mooi berekenen dat zo’n ramp – of samenloop van rampen – statistisch gezien maar eens om de 150 of 150.000 jaar kan voorvallen, en dus de verwachte impactwaarde quasi nihil is, maar het heeft zich allemaal wel gisteren voorgedaan. One nuclear bomb can ruin your whole day.

De auteur is houder van de leerstoel Strategie en Organisatie aan de Solvay Business School en hoogleraar Strategie aan de Universiteit van Tilburg en de KU Leuven.

PAUL VERDIN

Waarom niet nederig toegeven dat we het gewoon niet weten, en zeker nooit allemaal kunnen weten?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content