Een nieuwe inspiratiebron voor uw business

Zitten uw spirit en inspiratie onder het vriespunt? Tracteer uzelf op een bezoek aan een literair festival. De hors d’oeuvres van schrijvers, tegendraadse ideeën en natuur smaken goed én ze smeren uw scheppingsdrift als ondernemer. Trends trok naar het Britse Hay Festival, en wist bij zijn terugkeer: literatuur is leuker dan consultants.

Hay-on-Wye (Verenigd Koningkrijk)

Hay is een dotje aan de visrijke Wye op de grens van Engeland en Wales. Hardgroene welvingen, hofsteden, schapen, slingerwegjes en bloeiende meidoorn maken van het marktdorp, op twee uur rijden van Oxford en één uur van Bristol, een lyrisch boerengat. Op die plek kunt u ideeën oppikken over Wall Street, biotechnologie, kolonialisme, kunstmatige intelligentie, erfelijkheidsleer, de Tweede Wereldoorlog, India, de verhouding tussen de Verenigde Staten en Europa, de boekdrukkunst, de ijstijd enzovoort. In het literaire dorp vindt u bakken vol boeken, vol slimmigheid die zakendoen in een boeiend perspectief plaatsen.

Met zijn tientallen antiquarische boekenwinkels haalt Hay het hoogste aantal boeken per inwoner ter wereld. In 1977 begon ene Richard Booth in zijn geboorteplek met de uitbouw van het eerste boekendorp ter wereld. Bij ons zouden het Waalse Redu en het Vlaamse Damme zijn voorbeeld volgen. Elf jaar later ging in Hay de eerste editie van een literair festival van start, dat intussen een internationale renommee geniet en rond Hemelvaart telkens 50.000 bezoekers lokt.

De editie 2003 bracht auteurskunst, ideeën, muziek, documentaire film en 39 boekhandels, 263 schrijvers, 100 musici, 54 restaurants, 520 vierkante mijl nationaal park en dertien huwelijken van koppels die elkaar leerden kennen tijdens het festival 2002. In een grillige schikking rondom de dorpsschool (de kinderen hebben vakantie) zijn de tenten, restaurants, cafés, de boekhandel en het bespreekbureau verbonden met overdekte houten vlonders. Tien dagen lang leven schrijvers, lezers, toeristen, lanterfanters, arm en rijk, oud en jong in jeans en slobbertrui er tussen de boekenzaken, de vaandels, de tenten, het kasteel van de excentrieke Richard I, de methodistenkerk, en de tuin van The Swan met zijn degelijke pub food en smakelijke afternoon tea. Tussen de happen door gaap je als bezoeker naar Jilly Cooper, Don DeLillo, Naill Ferguson, Andrew Roberts of Mark Tully; het zijn maar enkele namen van de ruim 200 auteurs die in 2003 tijdens het boekenfestival opdoken.

Baalt u even van de poëzie en de eruditie, dan kunt u een namiddag langs Offa’s Dyke, het lange- afstandspad dat de Wye volgt en aan Hay de Black Mountains inkruipt. Of u eet organisch bij Oscars, schapenroomijs bij Shepperds of vleespastei in de Blue Boar. Tot 25 kilometer buiten het dorp hangen de B&B’s het bordje ‘no vacancies’ op. Hay is trots op zijn eretitel van ‘the Woodstock of the Mind’.

Tussen belletrie en economie

Literaire zomerfeesten zijn er heus niet alleen voor ouden van dagen met zeeën van tijd. Boekenfestivals bieden ook debatten, bronnen van inspiratie, de kans om terug te bijten naar ideeënmannen en hun dada’s. Terwijl een boek eenrichtingsverkeer is, is een festival interactief. De auteur leest niet, hij vertelt, verdedigt, krimpt en groeit. Schrijven is een eenzaam beroep, en veel auteurs houden dan ook van letterkundige fuiven en boekenbeurzen om hun isolement te bekampen. Noem Hay gerust het literaire equivalent van een bar voor eenzame harten. Op een uur kun je wereldschrijvers zien die zo uit de jongste boekenbijlagen van De Morgen en De Standaard tuimelen.

En dan gaat het niet alleen om schrijvers van de schone letteren. Ondernemers die hun opinies willen aanscherpen over maatschappelijke én economische thema’s als biotech, kernenergie of ecologie, komen op festivals als dat van Hay zeker aan hun trekken.

De Amerikaanse auteur Don DeLillo, bijvoorbeeld , zou een formidabele geldspeculant zijn met zijn gave om koorden te spannen tussen technologie en kapitaal, grillige ideeën en menselijke gedragingen, de massa en de onderwereld. De bestsellermaker werd gefêteerd om zijn jongste boek Cosmopolis; het verhaal van Erick Packer, een miljardair-wisselhandelaar die op zijn 28ste een appartement van 48 kamers bewoont op de Upper West Side in New York en met een gedemilitariseerde nucleaire bommenwerper reist. Het pretentieuze hoofdpersonage meent dat mensen die diep genoeg in de chaos peilen de symmetrie van de natuur – zoals ‘de vleugel van een vogel en de schelp van een weekdier’ – kennen. Tijdens een infernale rit in een limousine langs de kolossen van Manhattan vergokt Packer zijn fortuin op een daling van de yen. Zijn zekerheid verkruimelt, de yen klimt en een psychopatische moordenaar sluipt om zijn kar. Kortom, Cosmopolis is een zwarte komedie van het hoogste kaliber voor wie Enron, Lernout & Hauspie, WorldCom of Tyco literair wil vatten.

Is DeLillo een mestkever? “Ik schrijf over de cultuur waarin ik leef,” countert de schrijver. “Ik heb er geen spijt over.”

Het is intussen zaterdag, vroeg in de ochtend, en de grootste tent in Hay zit tjokvol. “Wees niet naïef en westers in de inschatting van de kinderarbeid in India,” mompelt Mark Tully in de microfoon. De schrijver is geboren in Calcutta, liep school in Engeland en was 25 jaar correspondent van de BBC in India. Zijn radiopraatje op zondagochtend had de status van een kerkdienst. “De bureaucratie in India verdedigt anno 2003 nog altijd niet haar zelfstandigheid van de politiek. Het subcontinent blijft ontstellend corrupt, al brengt de liberalisering van de economie een verbetering.”

Nog zo’n man met een uitgesproken mening is StevenPinker. Hij heeft het champignonkapsel van de Fab Four uit Liverpool. De intellectuele duizendpoot van het Massachusetts Institute of Technology licht in zijn boek The Blank Slate onder meer de tegenstelling tussen natuur en cultuur toe. Het boek zoekt naar de manieren waarop ons denken en bewustzijn door religie en laïcisering gevormd zijn. Pinkers eerste succesboek, How the Mind Works (1994), bewees dat taal een instinct is, even aangeboren in de mens als vliegen bij de gans. Pinker: “In ons denken is na Jean-Jacques Rousseau de gedachte gedrongen dat de natuur goed en onschuldig is en alles wat cultuur is – dat kan technologie zijn, nieuwe producten, biotechnologie, globalisering – verdacht of slecht.”

Margaret Atwood was eveneens een ster in Hay. De Canadese succesauteur presenteerde er Oryx and Crake, het verhaal over een gekke wetenschapper die door bio-engineering de beschaving uitroeit. De virussen doen hun slachtoffers smelten als sorbet op een barbecue. Atwood past bij het heersende klimaat met zijn afkeer van risico’s: technologie en wetenschap zijn taboe, hocus-pocus krijgt de bovenhand. Haar debuut uit 1985, The Handmaid’s Tale, over fundamentalistische christenen die de VS controleren was levensechter en beitelde haar faam. Oryx and Crake is echter sciencefiction zonder nuances.

Naill Ferguson is dan weer een jonge, sympathieke historicus met een grote cliënteel voor zijn dikke boeken. De tent in Hay stroomt voor zijn causerie barstensvol, het applaus is ovationeel. Een ruziënde opposant wordt buitengeduwd door de ordedienst. Empire, Fergusons jongste creatie, is gekoppeld aan een televisiereeks op Channel Four over het Britse keizerrijk. Ferguson: “Ik ontken ten stelligste dat Empire een verdediging of loflied van de kolonisering is geworden. Maar dat mag niet beletten dat ik in Empire ook de gunstige kanten van het Westen in het Zuiden toon. Het Britse imperialisme verliep in fasen, en één daarvan waren de antislavernijcampagnes. Het contact met de Aziatische en Afrikaanse voogdijgebieden heeft die landen ontsloten voor de internationale handel en de modernisering. Van de vele landen die de Britten in Afrika kolonialiseerden, is er maar één dat er vandaag beter aan toe is dan vóór de onafhankelijkheid. Wij gaven de wereld een gemeenschappelijke taal, het Engels, en exporteerden het kapitalisme, het christendom en het parlementarisme. In tegenstelling met het Amerikaanse imperium van vandaag stuurden wij burgers uit die voor rust, orde en administraties zorgden.”

De schoenen van de immigrant

Vreemdelingen wordt geregeld de toegang tot het Verenigd Koninkrijk geweigerd omdat ze ‘de verkeerde schoenen’ dragen. Vooral Afrikanen zijn het slachtoffer van deze ongeschreven regel. “Ze mogen een mooi pak dragen maar hebben altijd de foute schoenen. Soms loop ik langs de rij wachtende en dan zie ik het meteen: jij zal geweigerd worden om die rotschoenen,” bekent Tony Saint, een immigratieambtenaar die vijf weken geleden ontslag nam. In Refusal Shoes doet hij het verhaal van zijn ervaringen met vluchtelingen en asielzoekers. Vooral zogenaamde Nigerianen en passagiers van lijnvluchten uit Noord-Cyprus worden uitgekamd. Saint werkte tien jaar op de twee moeilijkste posten: de luchthaven van Heathrow en de Eurostar-terminal in Waterloo Station. Tijdens zijn presentatie verklapte hij hoe willekeur een grote rol speelt. “De controleur moet de snit van je haar leuk vinden,” klinkt het. Sommige immigratieambtenaren blijken inwijkelingen te weigeren, gewoon om zichzelf bezig te houden tijdens de werkdag. “Er is nood aan een eerlijker immigratiesysteem, met een open deur voor de mensen met de talenten die we nodig hebben en met strengere maatregelen wie die niet heeft,” aldus Saint. “Het is om neerslachtig van te worden als je de dossiers leest over de georganiseerde criminelen die binnensluipen onder het mom van het asiel. Immigratie en asiel mag je niet door elkaar halen.”

Roger Kimball, de redactiechef van het verfijnde en in continentaal Europa onbekende Amerikaanse intellectuelentijdschrift The New Criterion, hield in Hay de Charles Douglas Home Lecture (gesticht ter gedachtenis van een vroegere hoofdredacteur van The Times), waarin hij zijn neoconservatisme beleed. “Ik zie een nieuw, zacht totalitarisme om me heen. De campagnes om de deugd bij wet te institutionaliseren verspreiden zich als een bacterie in de bureaucratieën van de Europese Unie en de Verenigde Naties. De drang naar gelijkheid is de vijand van de vrijheid,” aldus Kimball, stijlvol met vlinderdas en driedelig pak een opvallende verschijning in de losse sfeer van Hay. “Goedaardigheid is een instinct dat onderworpen moet worden aan het strengste toezicht. De mensen zijn vergiftigd door de deugd en willen afdwingen wat zij als goed aanzien. Dat bedreigt de vrijheid en de identiteit van het Westen.”

De EU mist volgens de journalist elk gevoel voor humor en is een machine die naar overtreders speurt. “Totalitaire stelsels zijn nors. Als het vertellen van een etnische grap niet alleen onbeleefd en ongepast is maar een overtreding die kan leiden tot een gevangenisstraf, zoals de EU stipuleert, dan is er een zwaar probleem.” Kimball schreef onder meer Tenured Radicals, een onderzoek naar de corruptieve werking van de politiek op het Amerikaanse hoger onderwijs. “Door twintig jaar politiek correct denken is de kans voor een blanke man om in een Amerikaanse topschool te geraken sterk afgenomen,” betreurt Kimball.

Benieuwd welke consultants u zulke inzichten aan de hand kunnen doen.

Een literair festival biedt meer dan schone letteren. U kunt er met auteurs ook discussiëren over Wall Street, biotechnologie, kolonialisme en migratie.

Literatuur is leuker dan consultants.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content